Geregeld zie ik ze vliegen, letterlijk. Ze maken interessante capriolen door de lucht en volgen de meest wonderlijke routes.
Er bestaan zelfs meerdere documentaires die hun reis volgen vanuit de stad naar de gezamenlijke eindbestemming van miljoenen soortgenoten in de Stille Oceaan (zoek bijvoorbeeld eens op ”the majestic plastic bag”; bit.ly/2R0kflx). Ze vinden daar tot in lengte van jaren een vredevol en rustig bestaan. Van die vederlichte, witte plastic tasjes.
Jaarlijks worden er zo’n vijf biljoen van in omloop gebracht (5.000.000.000.000 – inderdaad, een vijf met twaalf nullen). Dat zijn er 160.000 per seconde of ruim 600 tasjes per jaar voor elke persoon op aarde. Maar wat zeggen zulke kille cijfers ons nu eigenlijk?
U kent ook vast wel zo’n opmerking over een wegwerpbekertje dat beter voor het milieu is dan een stevige mok die jarenlang meegaat en steeds met zorg wordt afgewassen. Of over een papieren tas die je 43 keer moet hergebruiken voordat die beter is voor het milieu dan een plastic tasje. Een tas van biologisch katoen zou je zelfs 20.000 keer moeten hergebruiken, wil het volgens de getallen beter zijn dan een plastic tas.
Ik heb me altijd ongemakkelijk gevoeld bij zulk soort opmerkingen. Daarin klopt iets niet. Ze slaan direct alle discussie dood. En dat is waarschijnlijk ook precies de bedoeling.
Het probleem is dat de cijfers niet het hele verhaal vertellen. Gebruik van wegwerpartikelen ontmoedigt een houding van zorgvol omgaan met materialen en spullen die we gebruiken. Hergebruik is niet van belang en ik hoef dus niet verder te denken dan het gebruik op dit moment. Het hoeft ook niet heel of mooi te blijven. Na gebruik kan ik het zo weer wegmikken. Opruimen is het werk van een ander. Heerlijk kortzichtig.
Zo gaan we allemaal om met veel spullen die we vandaag de dag gebruiken. Spullen die op de een of andere manier allemaal deel uitmaken van Gods schepping. En die daarom van zichzelf al te waardevol zijn om ze na één keer gebruik al af te danken.
Weer terug naar de grote getallen van zojuist. Al die cijfers en achterliggende berekeningen maken onderliggende waarden en belangen onzichtbaar. Het zijn kale cijfers die leiden tot beslissingen zonder emotie. Iedereen weet dat tien meer is dan een. Dus als we zeggen dat tien het best is, kiest iedereen voor tien. Heel simpel en eenvoudig.
Het punt is dat iedereen op aarde van God een stukje gezag krijgt om te zorgen voor de dingen en mensen om hem of haar heen. Door alle techniek die we vandaag de dag tot onze beschikking hebben, heeft iedereen daarnaast ook heel veel macht gekregen om te doen wat we willen met bijvoorbeeld de natuur om ons heen. Goed omgaan met macht is altijd iets heel moeilijks voor mensen. Dat is iets wat we echt moeten leren. We gebruiken macht heel gemakkelijk om onszelf te laten bedienen. Terwijl God ons de macht niet heeft gegeven om onszelf, maar om Hem te dienen door het zorgen voor het deel van Zijn schepping dat binnen ons bereik ligt.
De ridderidealen in de middeleeuwen laten dat heel mooi zien. Ook toen was er al sprake van techniek en bijbehorende macht die op twee manieren ingezet kon worden. Gericht op mijzelf (ik word bediend door mijn horigen) of gericht op God (ik dien de mensen om mij heen). De ideale ridder werd getraind en geoefend om op een goede manier met de hem toevertrouwde macht om te gaan. Belangrijke hoofdwaarden waren: eer, kracht en moed, trouw, vrijgevigheid en eerlijkheid. Dat alles moest worden ingezet tot bescherming van zwakkeren en tot heil van de naaste. Zo nodig met verlies van eigen leven en zeker met opoffering van eigen gemak.
Vandaag de dag kun je dit gedrag herkennen in de vele mensen die in een reflecterend harnas en gewapend met bijpassende lansen het rondvliegend plastic te lijf gaan. Het wordt tijd om de orde van de plastic ridders voor hen op te richten.
De auteur studeerde Sustainable Energy Technology en is docent aan de opleiding Werktuigbouwkunde op het Hoornbeeck College.