Vrijheid vraagt offers
Naar schatting honderdduizend mensen waren zaterdag aanwezig bij de herdenking van Operatie Market Garden, de militaire operatie waarbij de geallieerden tachtig jaar geleden tevergeefs probeerde via de bruggen bij Nijmegen en Arnhem een doorbraak te forceren. Dat is opmerkelijk.
Strikt genomen ging het zaterdag om de herdenking van een militaire mislukking. Ongeveer 1500 geallieerde soldaten lieten bij de Slag om Arnhem het leven. Daarnaast werden naar schatting 6000 militairen door de Duitsers gevangen genomen.
Opvallend was zaterdag, tachtig jaar na de Slag om Arnhem, het grote aantal bezoekers. Bij de vijftigste herdenking, in 1994, werd verondersteld dat het aantal belangstellenden nadien zou dalen. En in volgende jaren was er inderdaad sprake van enige terugloop. Maar eind vorige week bleek een enorme mensenmassa toch weer de moeite te nemen om naar de Ginkelse hei bij Ede te komen.
Ongetwijfeld zal het imposante karakter van de herdenking een rol spelen. De dropping van vele parachutisten draagt daar zeker aan bij. Maar dat blijkt uit reacties van bezoekers niet de enige overweging voor hun aanwezigheid. Zowel uit hun reacties als uit de toespraken van minister Ruben Brekelmans van Defensie en van Frank Grandia, commandant van de 11e Luchtmobiele Brigade, blijkt dat er een diep besef leeft dat de bevochten vrijheid offers vroeg.
Toen de geallieerden in 1945 de Duitsers op de knieën hadden, klonk de roep: ”Nooit meer oorlog”. Wereldwijd was er een verlangen en een streven om gewapende conflicten in de toekomst te vermijden. Geen oorlog, maar diplomatiek overleg moest voortaan de route zijn om problemen tussen landen en volken op te lossen.
Al snel bleek echter dat die wens niet realistisch was. Spoedig ontstond namelijk de Koude Oorlog tussen het communistische Oosten en het kapitalistische Westen. Maar tot een echt direct militair treffen tussen de grootmachten kwam het niet.
Gaande de jaren ontstond op het grondvlak de idee dat het niet langer nodig was om een goed leger in stand te houden. Jarenlang werd op defensie bezuinigd; wapens werden in de uitverkoop gedaan.
Nu, tachtig jaar na Operatie Market Garden, blijkt dit alles een misvatting te zijn. Dagelijks staan de kranten vol met verslagen over gevechten in Oekraïne, Gaza en Libanon. Ze zijn schokkend. Tegelijk geven die verslagen maar een deel van de werkelijkheid. Wat er in Afrika gebeurt, trekt nauwelijks de aandacht. Terwijl daar dagelijks honderden slachtoffers van oorlogsgeweld vallen. Iedereen beseft ook, dat er maar weinig nodig is of er ontvlamt weer een wereldbrand.
Bizar is dat tegelijk alle berichten over oorlogen lijken te wennen. De oorlogen in de verschillende landen zijn minder onderwerp van gesprek dan een jaar geleden.
Ook na tachtig jaar heeft herdenking van de Slag om Arnhem zeker betekenis. Vrijheid vraagt offers, is kostbaar en is kwetsbaar.