Moord op Anne Faber maakt duidelijk dat naar tbs-systeem moet worden gekeken
De moord op Anne Faber (25) uit Utrecht houdt de gemoederen bezig. Op 12 oktober werd het lichaam van de jonge vrouw in de bossen bij Zeewolde gevonden. Enkele dagen daarvoor werd de verdachte, de 27-jarige Michael P., aangehouden. Hij verbleef in de forensisch kliniek Altrecht Aventurijn in Den Dolder.
Dat de commotie over de moord groot is, blijkt uit het feit dat een petitie gericht op het „falende rechtssysteem” al door meer dan 400.000 mensen is ondertekend. De kliniek kreeg eveneens van vele kanten felle kritiek.
De massale verontwaardiging komt ook door wat de verdachte in het verleden heeft gedaan. Michael P. werd in 2012 veroordeeld tot elf jaar cel voor onder meer een dubbele verkrachting van twee minderjarige meisjes in Nijkerk en roofovervallen.
De grote vraag is nu hoe het mogelijk is dat P. zo veel bewegingsvrijheid kreeg van de kliniek, terwijl hij in de woorden van het gerechtshof in Arnhem „berekenend en nietsontziend” is. Desondanks mocht hij in het kader van zijn herintreding in de samenleving kennelijk regelmatig alleen op stap. Gezien de ernst van zijn misdaden is dat onbegrijpelijk.
De behandeling van P. roept des te meer vragen op omdat hij weigerde mee te werken aan een gedragskundig onderzoek in het Pieter Baan Centrum toen hij terechtstond voor de twee verkrachtingen. Omdat hij niet onderzocht wilde worden, kreeg hij geen terbeschikkingstelling (tbs) opgelegd, maar alleen een celstraf. Juist zo’n onderzoek is belangrijk, omdat dan wordt gekeken of een verdachte kampt met stoornissen en of er een intensieve behandeling nodig is. Veel verdachten weigeren echter inzicht te geven in hun geestesgesteldheid, omdat een tbs-maatregel kan leiden tot een levenslange maatregel.
Juridisch is zo’n weigering mogelijk, omdat niemand aan zijn eigen veroordeling hoeft mee te werken. Maar gezien de ernst van de problematiek vinden sommige deskundigen dat rechters regelmatig te gemakkelijk instemmen met het weigeren van een gedragskundig onderzoek. De rechterlijke macht zou beter moeten aanvoelen wat er aan de hand is als misdadigers niet mee willen werken.
Ook de zaak rond Anne Faber maakt wederom duidelijk dat er naar het tbs-systeem gekeken moet worden. Een evenwichtige, maar ook rechtvaardige straf is noodzakelijk. De overheid is geroepen tot het doen van recht en gerechtigheid. En daarbij kan de bescherming van de medemens het belang van de daders overtreffen.
Uit de zaak-Faber blijkt opnieuw tot welke ontzettende daden een mens sinds de zondeval in staat is. Maar laten we ons niet verheffen. Wie in zondag 40 van de Heidelbergse Catechismus het antwoord leest op wat ten diepste bedoeld wordt met het zesde gebod ”Gij zult niet doodslaan” zal beseffen hoezeer ook wij vaak niet leven volgens Gods gebod om onze naaste lief te hebben als onszelf. Daarom past gebed voor de nabestaanden of de Heere hen wil ondersteunen, maar ook gebed of Hij de moordenaar oprecht berouw wil schenken, zoals de moordenaar aan het kruis.