Luther in 1517: alléén de Schrift. Nu nodig: héél de Schrift
Stel dat Luther vandáág zijn 95 stellingen ergens aan de deur van een Nederlandse kerk zou spijkeren, wat zou er dan op staan?
De eerste vraag is natuurlijk: bij welke kerk moet hij zijn? Aan de Boezemsingel in Rotterdam? Bij de Jacobikerk in Utrecht? Of bij een van de drie gebouwen van de christelijke gereformeerde kerk in Zwolle? Bij een van die twee megakerken aan de zuidrand van Barneveld? Bij die kleinere hersteld hervormde gemeente, een paar straten verderop? Of juist langs de A30, bij de Doorbrekers?
Het zou me niet verbazen als hij aan al die kerken een boodschap had en nog ongeveer dezelfde toon zou aanslaan als in 1517. Destijds maakte hij zich grote zorgen over mensen die bedrogen werden voor de eeuwigheid. Is daar vandaag de dag nog steeds reden toe?
De stellingen uit 1517 gingen over het vagevuur, de aflaat en de inhalige paus van Rome. Luther sprong in de bres voor de gewone kerkganger die misleid werd met valse beloften over vergeving van hun zonden. De paus klopte hun geld uit de zak en in ruil daarvoor beloofde hij vrijspraak van alle straf, zonder onderscheid (stelling 24).
Wat Luther vooral dwars zat was het effect daarvan: „Daarom wordt een groot deel van het volk bedrogen”, schreef hij, want „zij die denken door aflaatbrieven zeker te zijn van hun behoud, zullen met hun leraars onder het eeuwig oordeel vallen” (stelling 32).
Alphacursus
Ketterijen vanaf de kansel, misleiding van zielen, mensen die zichzelf en anderen de hemel beloven maar bedrogen uitkomen – dat zou ook anno 2024 de zorg zijn van Luther. Hij zou nog steeds kerkdeuren aantreffen om er zijn ongenoegen op te uiten.
In een column in deze krant, twee weken geleden, toonde Steef Post zich ook bezorgd over leugens en misleiding door de Alphacursus. Dat is een populaire methode om het christelijk geloof uit te leggen aan mensen die daar weinig of niets van weten. De website Alpha-cursus.nl geeft een eenzijdig beeld van het Evangelie, stelde Post. Alpha zou de cursisten een soort goeiige God voorspiegelen Die graag zonden vergeeft en vervolgens allerlei problemen van mensen oplost. Zo’n feelgood-Evangelie misleidt mensen, vond hij. Omdat honderdduizenden Nederlanders die cursus volgden, moet je dat wel aan het hart gaan. Het gaat immers niet om een procentje meer of minder rendement op je spaargeld, maar om eeuwig heil óf eeuwig omkomen.
Met zijn column deed Post onvoldoende recht aan cursusleiders die wél op een evenwichtige manier de ernst van de zonde aan de orde stellen en wijzen op de noodzaak van verzoening met God door het lijden van Jezus Christus. Toch legde hij de vinger op een zere plek: de website van Alpha lokt bezoekers met de boodschap dat negen van de tien deelnemers een positieve invloed ondervinden op hun geloof en leven.
Het digitale uithangbord valt niet uit de toon in het rijtje van bijeenkomsten uit evangelische hoek, zoals: „Ontdek wat voor geweldig goed nieuws God voor jou heeft”, „Jezus maakt van ons succes en onze puinhoop, ons geloof en onze twijfel een fantastisch mooi kunstwerk”, we moeten „omzien naar elkaar zodat God tot Zijn doel kan komen met eenieder van ons”.
Mozaiek
Het idee dat God aan iedereen een toekomst vol van hoop belooft, schetst een eenzijdig en daarmee bedrieglijk beeld van God. Dit voorjaar analyseerden collega’s van de kerkredactie de werkwijze en de preken van de megakerk Mozaiek. Lichtzinnig, oppervlakkig, een huis zonder fundament, was het oordeel . Ja, het begrip zonde komt aan de orde, maar slechts vluchtig, waarna de boodschap klinkt dat Jezus uitkomst biedt aan gekwetste en beschadigde mensen en helpt om trauma’s te verwerken.
Dat de zonde de grote verwoester is die ons tot in de haarvaten heeft aangetast, dat verzoening door Christus waarde krijgt wanneer iemand zijn geestelijke onmacht en onwil inziet, dat er een levenslange worsteling is tussen de oude en de vernieuwde mens: die noties krijgen weinig aandacht.
Luther zou zich zorgen maken over zo’n bedrieglijk beeld van God als Therapeut in plaats van als Rechter: „Wij worden allen als zondaars geboren, leven als zondaars, blijven zondaars en sterven als zondaars. (…) Alle heiligen en christenen moeten belijden dat zij zondaren zijn en vrezen voor Gods rechterstoel (…) Wee over allen die niet vrezen, hun zonden niet voelen en zelfverzekerd door het leven gaan, het vreselijke gericht van God tegemoet. God, voor Wie geen goed werk voldoende kan zijn.”
Evenals bij Alpha en andere evangeliserende initiatieven geldt ook hier dat je in een paar zinnen onmogelijk recht kunt doen aan het goede wat óók gebeurt. Inderdaad, ieder jaar komen er vele duizenden mensen in aanraking met de boodschap van de Zaligmaker Die zondaren redt.
De vraag is echter wat die boodschap dóét. De gelijkenis van de zaaier laat zien dat er ook veel oppervlakkige en wereldgezinde hoorders zijn. Er is tijdgeloof, er zijn bijzondere gaven, succesverhalen en wonderen waar genade, ootmoed, liefde en heiligmaking ontbreken.
Tota Scriptura
De aansporing om jezelf te onderzoeken en te behoeden voor bedrog past echter ook op deuren van kerken die in het spoor van de Reformatie willen gaan. Zou Luther er daar niet op hameren dat ook het Evangelie moet klinken? Waar dat ontbreekt leidt prediken van de wet slechts tot gehuicheld berouw zonder liefde tot God. „David springt over de omheining van de wet het paradijs binnen, ja, de hemel van de Goddelijke genade en barmhartigheid.”
Maar zo eenvoudig raak je toch niet verlost van zonden? „Mensen moeten de gedachte dat de zonden hen onwaardig maken voor Gods ontferming uit hun hoofd zetten en ontvluchten, maar denken: omdát ik een zondaar ben, is de vergeving van zonden immers voor mij.”
En geldt dat dan iedereen? Ja, benadrukt Luther in zijn befaamde preek over Johannes 3:16, want God heeft de wereld zo liefgehad dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft. „Nu moet u toch erkennen dat de wereld niet ”Petrus”, ”Paulus” of ”Maria” heet, maar dat ”wereld” betekent: het gehele menselijke geslacht. Gelooft u dat u een mens bent? Als u dat niet weet of gelooft, grijp uzelf aan in de boezem of aan de neus, of u niet evengoed mens bent als ieder ander.”
Sola Scriptura, schreef Luther in 1517, alléén de Schrift. In 2024 is de variant erop niet minder nodig: Tota Scriptura, héél de Schrift.
De auteur is hoofdredacteur van het Reformatorisch Dagblad.