EconomieDefensie-industrie
Voor bommen en raketten moet Nederland de grens over

Defensie is in. Europese landen schroeven hun uitgaven aan defensie op. Hebben Nederlandse bedrijven daar wat aan? En wat voor defensie-apparatuur maken die eigenlijk?

Koos Schwartz, Trouw
Damen bouwt van alles: van fregatten, tot speedboten, patrouilleschepen en landingsvaartuigen. beeld Damen Shipyards
Damen bouwt van alles: van fregatten, tot speedboten, patrouilleschepen en landingsvaartuigen. beeld Damen Shipyards

Oorlog, defensie. Dan denk je aan bommen en granaten; geschut en munitie; kogels, tanks, raketten; bommenwerpers en straaljagers. Wie daarnaar zoekt, hoeft Nederland niet aan te doen. Nederland maakt dat niet. Sinds Muiden Chemie in 2004 dichtging, maakt het zelfs geen kruit.

Nederland heeft geen ‘echte’ defensiebedrijven. Geen bedrijf als het Duitse Rheinmetall, ’s werelds grootste fabrikant van munitie, dat ook pantservoertuigen en onderdelen van tanks maakt. Geen Leonardo, de Italiaanse producent van helikopters, tanks en geschut. Geen Northrop Grumman, dat onder meer bommenwerpers maakt. Nederland heeft, zegt Frederik Mertens, defensiespecialist bij het Den Haag Centrum voor Strategische Studies, maar twee bedrijven die als je defensiebedrijf zou kunnen bestempelen. Al leveren die ook aan niet-militaire klanten.

Die twee zijn Thales en Damen. Thales Nederland, dat tot 1990 Hollandse Signaalapparaten heette en onderdeel is van een Frans concern, is vooral bekend om zijn radarsystemen. Die worden in Hengelo in elkaar gezet. Luchtverdediging van marineschepen is Thales’ specialiteit, vooral de laatste jaren is daar veel vraag naar. Er werken bijna 3000 mensen, de radars worden over de hele wereld verkocht. Negentig procent van Thales’ omzet komt uit de defensiehoek – uitzonderlijk voor Nederlandse begrippen.

Speedboten

Thales werkt vaak samen met scheepsbouwer Damen, dat andere ‘defensiebedrijf’. Damen bouwt van alles: van fregatten, tot speedboten, patrouilleschepen en landingsvaartuigen. Sommige schepen kunnen zowel voor militaire als voor civiele doelen worden ingezet.

Veel schepen worden in Nederland ontworpen, maar in het buitenland gebouwd. Het afbouwen – het plaatsen van installaties en apparatuur op de schepen – gebeurt vaak wel in Nederland. Damen afficheert zich als de grootste marinescheepsbouwer van Europa, is hofleverancier van de Nederlandse marine en leverde recent vaartuigen aan Nederland, Duitsland, België, Indonesië, Nigeria en Mexico. Een order voor vier onderzeeërs liep het onlangs mis, de bouw van vier fregatten en zes amfibische transportschepen sleepte het, met Thales, wel binnen.

Thales en Damen zijn samen goed voor een flink deel van de circa 5 miljard euro die de Nederlandse defensie-industrie omzet (ongeveer een achtste van de jaaromzet van Northrop Grumman). De rest is verdeeld over zo’n 900 bedrijven, waarvan er ruim 200 zijn aangesloten bij de Stichting Nederlandse Industrie voor Defensie en Veiligheid, een branchevereniging annex lobbyclub. Het gros van de leden hoort tot het midden- en kleinbedrijf, zegt defensiespecialist Dick Zandee van onderzoeksinstituut Clingendael. De ledenlijst bestaat, oneerbiedig gezegd, uit een apart allegaartje van bedrijven.

Onderhoud

Wie er zoal lid zijn? Fokker Services, dat onderhoud pleegt aan (militaire) vliegtuigen. En GKN Fokker, dat vliegtuigonderdelen maakt. De onderhoudspoot van Air France-KLM is lid, net als het Schiedamse Huisman, beroemd om zijn kranen maar ook fabrikant van onderdelen voor onderzeeërs. KPN, dat een tak voor defensie en nationale veiligheid heeft, is lid. En ook het Amerikaanse Avient en het Japanse Teijin zijn dat.

Avient is sinds kort eigenaar van Dyneema, de supersterke vezel die ooit door DSM werd ontwikkeld en onder meer zijn weg vindt in kogelvrije vesten. Teijin maakt Twaron, een oersterke vezel die ooit door Akzo werd bedacht. Die wordt verwerkt in helmen, veiligheidsvesten en marineschepen.

Defensiebedrijven? In Nederland zijn dat bijna altijd kleine firma’s die onderdelen maken of die maar een (klein) deel van hun productie leveren aan militaire klanten. Dat is, zegt Mertens, zowel de zwakte als de kracht van Nederland.

„Productiecapaciteit, daar draait het om. Die heeft Nederland niet” - Frederik Mertens, defensiespecialist

Het is de zwakte, omdat Nederland geen bedrijven heeft die snel wapens en militaire apparatuur kunnen maken. Mertens: „Wij denken vaak: we kunnen die Russen wel aan omdat we veel rijker zijn. Maar wat zegt rijkdom? Hollywood zorgt voor rijkdom, maar niet voor tanks. Productiecapaciteit, daar draait het om. Die heeft Nederland niet. Ik kan me hoogstens voorstellen dat Nederland, als het wil, snel munitie en artillerie zou kunnen maken. Daar is veel voor te zeggen.”

Niet efficiënt

Zandee ziet dat laatste anders: „Vroeger produceerde de overheid munitie. Nu is dat aan private partijen. Maar geen private partij die daar in Nederland aan begint.”

Volgens Mertens en Zandee is het ook niet efficiënt om een eigen militaire industrie op te bouwen. Waarom pantservoertuigen maken als Rheinmetall dat al doet? Waarom wapensystemen maken als NAVO-partners die produceren? Zandee: „Je moet toe naar meer Europese samenwerking. Dat bedrijven alleen doen waar ze echt goed in zijn en andere dingen aan anderen overlaten. Maar zie dat maar eens te regelen met private bedrijven.”

Twee terreinwagens van Dutch Military Vehicles uit Etten-Leur. beeld Dutch Military Vehicles 

Daarmee is niet gezegd dat Nederland niks kan op defensiegebied. Want civiele bedrijven kunnen wel degelijk militaire toepassingen bedenken waar de defensie-industrie wat aan heeft, zeggen Mertens en Zandee. Denk aan Dutch Military Vehicles, voorheen Deba Bedrijfswagens, uit Etten-Leur. Dat maakt militaire voertuigen op basis van onderstellen van Iveco. Of aan Robin Rotor, dat begon met het detecteren van vogels rond vliegvelden en nu ook radars maakt die drones kunnen zien.

„Een eigen defensie-industrie? Nee, we zijn afhankelijk geworden van anderen” - Dick Zandee, defensiespecialist

Zandee: „Nederland is heel goed in sensoren, in de ontwikkeling van materialen en ICT. Daar zit zeker toekomst in. Maar een eigen defensie-industrie? Nee, we zijn afhankelijk geworden van anderen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer