BinnenlandOnderzoek Malawi

Hoe bestuurders verstrikt raakten in inktzwart dossier

23 November 2024 08:52Gewijzigd op 25 November 2024 14:56
Bestuursvergadering. Afgebeelde personen zijn fictief en hebben geen relatie met de werkelijkheid. beeld Jan den Ouden

Terwijl er in 2020 in Malawi steeds meer vermeende slachtoffers opstaan die zeggen dat de voorman van Stichting Timotheos hen seksueel misbruikte, doet het Nederlandse bestuur er alles aan om de directeur in het zadel te houden.

Malawiër Chilungamo* wil niet langer zwijgen over zijn ervaringen met Wim Akster (1971), de man die hem ooit opnam in het sponsorprogramma van Timotheos. Hij was Akster dankbaar, destijds. Toen de financieel directeur vroeg of hij in de vakanties wat wilde bijverdienen, greep hij die mogelijkheid met beide handen aan. Hij hield de tuin bij, chauffeurde en gaf andere scholieren bijles.

„Ik bracht veel tijd met hem door”, zegt hij in een interview met het Reformatorisch Dagblad, „maar vanaf 2017 hoorde ik geruchten over zijn gedrag. Daardoor was ik niet verbaasd dat Akster mij liefdesberichten ging sturen via Facebook en WhatsApp.”

Chilungamo stuurt screenshots door van soortgelijke tekstberichten die Akster aan bekenden van hem verzond, maar vraagt de krant deze niet te publiceren, omdat ze als bewijsmateriaal dienen in de nog lopende rechtszaak. Akster moet zich voor de Malawische rechter verantwoorden voor verkrachting, pogingen tot verkrachting en andere vormen van seksueel misbruik. De negen aanklachten zijn afkomstig van werknemers en studenten van Timotheos, de stichting die in 2011 mede op initiatief van Akster is opgericht.

„Akster benaderde me op allerlei manieren met de vraag of ik met hem wilde slapen”, zegt de klusjesman. „Dan zou hij me alles geven wat ik wilde. Toen ik op een dag bij hem werd geroepen, kuste hij me bij binnenkomst. Omdat ik daar niet blij mee was, vertrok ik onmiddellijk weer. Hij vertelde me dat ik, als ik er met iemand over zou praten, weggestuurd zou worden bij Timotheos Foundation.”

Ondanks Aksters dreigement neemt Chilungamo begin april 2020 zowel een Nederlandse veldwerker als een Malawisch bestuurslid in vertrouwen. Zijn verhaal doet in Malawi alle alarmbellen rinkelen. Een Nederlandse rechercheur die in Malawi mensenhandel en seksuele uitbuiting bestrijdt, springt bij. Binnen enkele dagen verklaren twee andere Malawische medewerkers van Timotheos eveneens dat Akster op seksueel vlak tegen hun zin grenzen overschrijdt. De betrokken rechercheur vraagt de Nederlandse veldwerkers te zwijgen tegenover het Nederlandse bestuur, met het oog op het onderzoek, de bescherming van betrokkenen en om te voorkomen dat het bestuur Akster inlicht over de ophanden zijnde arrestatie.

De verklaringen zijn reden voor de Malawische politie om de financieel directeur op 15 april te arresteren. Uiteindelijk doen negen jongvolwassen mannen aangifte, zowel werknemers als studenten. Akster wil tegenover het RD niet reageren op de gebeurtenissen die tot zijn aanhouding hebben geleid.

Crisis

Duizenden kilometers noordelijker krijgt de voorzitter van Stichting Timotheos, ds. H. Lassche, diezelfde dag nog slecht nieuws. De predikant vindt het niet gemakkelijk om terug te blikken op de gebeurtenissen die het bestuur in grote verwarring brachten, zegt hij in februari 2024. Hij heeft „het boek dichtgedaan”. Ds. Lassche pakt zijn agenda erbij en wijst. Op die datum, 15 april, belde Akster op vanuit een politiecel. Hij bekende schuld tegenover de predikant. Zei dat hij met mannen in de fout was gegaan. Ds. Lassche: „Akster heeft zelfs tegen me gezegd: „Ontsla me maar.” Daarvan heb ik later gedacht: hadden we dat maar meteen gedaan. Het was de enige keer dat hij echt klein was.”

Want al snel legt Akster het boetekleed af en gaat hij een „heel andere toon” aanslaan. Binnen een week komt hij op borgtocht vrij. De handgeschreven bekentenis van vijf kantjes die hij aan de Malawische politie deed, trekt hij weer in. Het inmiddels zevenkoppige bestuur, dat aanvankelijk doet wat nodig is –Akster op non-actief zetten, een onafhankelijke onderzoeker inschakelen, slachtofferhulp regelen–, wijzigt vervolgens de koers. Hoe meer bewijzen tegen Akster pleiten, hoe meer verkeerde afslagen het bestuur neemt. Pas na ruim zeven maanden, in november 2020, maakt het bekend dat het afscheid neemt van de financieel directeur.

Het RD reconstrueerde de gebeurtenissen in deze periode op basis van tientallen interviews, tekstberichten, mailverkeer en verslaglegging van vergaderingen en andere interne besprekingen. De bronnen schetsen een ontluisterend beeld van de crisis. De aanpak is er vooral op gericht Akster te handhaven, welke feiten er ook boven water komen. „Het geheel overziende”, zegt ds. Lassche kort voor deze publicatie, „ben ik mij ervan bewust dat de gebeurtenissen een inktzwarte bladzijde vormen”.

Te weinig afstand

Het bestuur blijkt zonder Akster stuurloos. Door Akster al die jaren als vrijwel de enige betrouwbare gesprekspartner te zien, is het andere perspectieven kwijtgeraakt. Zoals die van de veldwerkers, van de Malawische bestuursleden en van andere mensen die op de compound van Timotheos werken. De gevolgen daarvan worden zichtbaar in de weken na de arrestatie, als Akster probeert om via een omweg de doodsbange klusjesman Chilungamo weer voor zich te winnen. Akster doet dat door een Nederlands bestuurslid, dat tijdens zijn reizen naar Malawi bevriend is geraakt met Chilungamo, privé op te bellen. Waarop het bestuurslid –op dat moment nog overtuigd van Aksters onschuld– Chilungamo een bericht stuurt via Facebook. „Chilungamo, wees niet bang, maar luister naar de tuinman” (vertrouweling van Akster, EHvS). Chilungamo, terugkijkend: „Ik maakte eruit op dat Akster dit bestuurslid niet de waarheid had verteld en hem probeerde te gebruiken.”

Bestuursvergadering. Afgebeelde personen zijn fictief en hebben geen relatie met de werkelijkheid. beeld Jan den Ouden

De kwestie laat zien hoe bestuursvergaderingen en vriendschappelijk overleg voortdurend door elkaar heen lopen. Een deel van de bestuursleden heeft nauwe banden met Akster. Dat blijkt ook als Aksters Nederlandse collega’s, de veldwerkers van Timotheos, zich zodanig door Akster bedreigd voelen dat ze tijdelijk op een geheim adres in Malawi verblijven. Nadat ze ds. Lassche hierover informeren, lekt de uiterst gevoelige informatie vrijwel direct via bestuurslid ds. D. Heemskerk uit naar Akster, wijzen interne stukken uit. Waarop Akster contact opneemt met een van zijn collega’s en vragen stelt over de genomen maatregelen. Volgens ds. Heemskerk zelf belde hij Akster om hem „te waarschuwen dat hij geen mensen bang mag maken”, zo schrijft hij later in een brief aan de veldwerkers. De werkers voelen zich er echter extra kwetsbaar door, geven zij aan.

En in plaats van dat het bestuur een onafhankelijke adviseur in de arm neemt, schakelt het na de arrestatie Bert Noteboom sr. in. Volgens Noteboom om de bestuursleden „onbetaald en op vrijwillige basis te ondersteunen”. Eerder trad hij voor de stichting op als mediator en organisatieadviseur in Malawi en had in die rollen al contact met veldwerkers, onder wie Akster. Anno 2024 werkt Noteboom nog met Akster samen.

Samen met ds. Heemskerk neemt Noteboom op belangrijke momenten het voortouw in deze crisis. Hij belt en sms’t in de eerste periode elke dag met Akster. Regelmatig deelt hij besprekingen en bevindingen van het bestuur met hem.

Complottheorieën

Aksters neiging tot samenzweren, zoals eerder beschreven in een onderzoeksrapport (2011) over de breuk tussen Akster en zijn eerdere werkgever Stichting Stéphanos, zorgt voor een voedingsbodem waarin complottheorieën gemakkelijk wortel kunnen schieten. Hij overspoelt de bestuursleden met berichten waarin hij zijn collega’s die meewerkten aan het politieonderzoek beticht van omkoping. Zij zouden de vermeende slachtoffers betalen voor een valse verklaring.

Correspondentie laat tegenstrijdigheden zien in de manier waarop Noteboom met de kwestie omgaat. Enerzijds bepleit hij kort na de arrestatie Aksters ontslag, met oog voor de feiten. Anderzijds betitelt hij de misbruikverhalen al op de eerste dag als een mogelijke „afrekening”. Hij vraagt zich af of anderen Akster daarmee in diskrediet willen brengen. Het is een gedachte die zal postvatten in het Nederlandse bestuur en die een evaluerend rapport later een „complot” noemt. Ds. Lassche schrijft enkele dagen na de arrestatie in een e-mail: „Ik ken Wim al bijna 25 jaar, denk ik. Mede daarom heb ik mijn grote twijfels bij hetgeen waar hij nu van beschuldigd wordt.”

Vier jaar later toont de Katwijkse predikant zich in gesprek met het RD kritisch op zijn handelen. „Ik ging erin mee”, erkent hij met betrekking tot de complotgedachte. En hij is niet de enige. Ook andere bestuursleden geven Akster lange tijd het voordeel van de twijfel. Totdat diens stellingname niet langer geloofwaardig blijkt.

Noteboom daarentegen is niet van gedachten veranderd, zegt hij, als twee RD-journalisten in het voorjaar van 2024 voor een gesprek aanschuiven in zijn kantoor. „Dat complot is 100 procent waar. Mensen wilden Akster daar weg hebben.”

Aksters handelwijze heeft Noteboom naar eigen zeggen „nooit kritiekloos geaccepteerd”. Het zit hem echter nog altijd dwars dat het managementteam in Malawi, waar ook de veldwerkers in zitten, het bestuur in het crisisjaar informatie onthield. Het voelde zich hierdoor vanaf het begin van de affaire op afstand geplaatst. „Het is hiermee iedere mogelijkheid ontnomen om zelf te reageren en orde op zaken te stellen. Dit terwijl er geen aanleiding was om te denken dat het bestuur niet in staat was om adequaat te handelen”, aldus Noteboom.

Brieven uit 2020 van het managementteam aan het bestuur laten zien waarom de werknemers „zeer voorzichtig” waren met het delen van informatie en juist wel twijfelden aan de onafhankelijkheid van de toezichthouders. „Niet omdat we iets voor u willen achterhouden, maar vanwege de veiligheid. Voor ons is het onacceptabel dat het bestuur nog steeds informatie deelt met Wim en vice versa, terwijl hij op non-actief is gezet.”

Slachtoffers

Door alle ophef binnen het bestuur over de samenzweringstheorie krijgen de belangrijkste vragen volstrekt geen aandacht: Hoe zorgen wij voor eventuele slachtoffers? Kloppen de beweringen over Akster? Jeroen*, die over de arrestatie hoort als hij net terug is van een werkvakantie in Malawi, wil ds. Lassche vertellen hoe Akster zich voor zijn ogen met een Malawische jonge man terugtrok in de slaapkamer en de deur op slot deed. „„Ik schrijf je nummer op”, zegt de voorzitter van Timotheos alleen. „Als wij er belang bij hebben, bellen wij je terug.””

Maar het telefoontje blijft uit. Dat had anders gemoeten, erkent ds. Lassche achteraf. „Vermoedelijk reageerde ik zo omdat we de handen vol hadden. Het was niet mijn bedoeling hem af te schepen.”

Voor de mannen die aangeven dat ze misbruikt zijn, is er evenmin aandacht, blijkt uit een ander verslag. Mede op advies van Noteboom schakelt het bestuur slachtofferhulp in, maar hier is lang aandringen vanuit Malawi voor nodig, stelt een betrokkene. Als een vrijwilliger het bestuur vraagt waarom er zo weinig aandacht voor de slachtoffers is, antwoordt ds. Heemskerk: „Slachtoffers? Dat is nog maar de vraag.” De predikant, die niet met het RD in gesprek wilde, kreeg dit artikel ter inzage voorgelegd. Na lezing verduidelijkt hij zijn uitspraak over de slachtoffers: „De rechter moet dit immers vaststellen.”

Perverse scènes

Het Timotheosbestuur sluit de ogen voor de onderzoeksresultaten van recherchebureau Restment uit Putten, dat in opdracht van datzelfde bestuur onderzoek doet naar de kwestie. Restmentdirecteur Lenard Prins, wiens bureau is geaccrediteerd door het ministerie van Justitie en Veiligheid, stelt het bestuur in mei en juni 2020 ervan op de hoogte dat de drie onderzochte laptops van Akster een grote hoeveelheid porno bevatten. Het gaat om duizenden links naar perverse homoseksuele pornosites en vele perverse scènes. Verschillende appberichten maken duidelijk dat Akster aan werknemers en studenten van Timotheos expliciete dwingende voorstellen deed om de nacht of een deel van de nacht in zijn slaapkamer door te brengen. Van een samenzwering tegen Akster is volgens Restment geen sprake.

beeld Jan den Ouden

Het bestuur weigert echter de bewijzen te erkennen. Ds. Heemskerk verwijt Restment leugens. Hij suggereert dat het onderzoeksbureau de porno zelf op Aksters laptops heeft gezet. „Voor dat soort mannen is het redelijk eenvoudig om computers te hacken en er fout materiaal op te zetten”, zegt de predikant volgens een gespreksverslag. Bestuurslid Jouk Boer weet nog hoe die reactie hem beïnvloedde, zegt hij terugkijkend. „Ik trok eigenlijk het hele onderzoek van Restment in twijfel. Achteraf weet ik zeker dat Restment gelijk had.”

In een reactie blijft ds. Heemskerk bij zijn „gereserveerdheid” richting het onderzoeksbureau. Hij stelt dat de laptops zouden zijn vernietigd zodat het bestuur deze niet kon inzien en betwijfelt de authenticiteit van de foto’s. Het Reformatorisch Dagblad heeft bewijsstukken ingezien die beide claims ontkrachten. De laptops en het andere bewijsmateriaal zijn niet vernietigd, maar afgegeven bij de Dienst Landelijke Recherche van de politie. Het materiaal is daar ten tijde van de publicatie van dit artikel nog altijd in bewaring. Een forensisch bureau dat een second opinion uitvoerde, stelde vast dat de foto’s niet gemanipuleerd en dus authentiek zijn.

Als een betrokken donateur in juli 2020 vraagt waarom het bestuur niet optreedt tegen Akster, zegt de predikant volgens een gespreksverslag: „Akster is geen boeman, maar een zeer gewaardeerde medewerker die ons vertrouwen geniet en zeer veel goeds voor de stichting gedaan heeft.” Donateur: „U kent de vele getuigenverklaringen en het inmiddels verzamelde bewijsmateriaal.” Ds. Heemskerk: „Ik heb de vele verklaringen nauwelijks gelezen. Het lust mij niet.” Donateur: „Dat is nu juist het probleem. U steekt moedwillig en tegen beter weten in het hoofd in het zand.”

Na inzage in de publicatie neemt de predikant afstand van het verslag omdat het „niet geaccordeerd” zou zijn. Hij geeft aan dat hij „inderdaad geen behoefte” had om „tot in detail kennis te nemen van de seksuele handelingen van vermeende slachtoffers. Voor mij persoonlijk viel dit onder het zevende gebod. Andere bestuursleden zagen de foto’s wel, dat was voor mij genoeg bewijs.” Ds. Heemskerk wil nadrukkelijk aangeven dat hij deze zonde „niet licht acht”.

Machtspolitiek

Wat er in het crisisjaar ook ter sprake komt, het bestuur pakt niet door. Het sluist via een omweg geld naar Akster zodat hij zijn werk kan blijven doen. Dat hij formeel op non-actief staat, verandert hier niets aan. Ds. Heemskerk, die in juni 2020 de voorzittershamer van ds. Lassche overneemt, benadrukt voortdurend dat er op grond van Aksters verklaring geen aanleiding is voor ontslag. Verder ingrijpen is volgens hem pas nodig als de rechter Akster schuldig acht.

Bestuursvergadering. Afgebeelde personen zijn fictief en hebben geen relatie met de werkelijkheid. beeld Jan den Ouden

Die redenering kan niet iedereen volgen. Veldwerkers dringen er bij het Nederlandse bestuur op aan „zo spoedig mogelijk beslissingen te nemen overeenkomstig onze christelijke waarden, in plaats van te wachten op een beslissing van de rechter”. Boer: „Een betrokken jurist zei op een zeker moment: „Akster kan iets bekend hebben of niet bekend hebben, maar ik neem aan dat jullie stichting ook een identiteitsprotocol heeft. En daar hoort dit gedrag niet bij.” Op dat moment realiseerde ik mij: hij heeft gelijk.”

Ds. Heemskerk blijft bij zijn standpunt. Bestuurslid Jan Visscher volgt ds. Heemskerk in zijn loyaliteit aan Akster. De bestuursleden Johan Arends, Nico Verdouw en Jan Vonk Noordegraaf daarentegen kunnen in de zomer van 2020 niet langer achter de handelwijze van het bestuur staan en bedanken als lid.

Ook Boer en ds. Lassche neigen gaandeweg naar de conclusie dat afscheid nemen van Akster onvermijdelijk is. Als zij tijdens een vergadering hun zienswijze uiten, dreigt ds. Heemskerk op te stappen. Daarnaast schrijft hij stevige e-mails aan de veldwerkers, waarvan de toon als dreigend wordt ervaren. De veldwerkers krijgen het verwijt dat zij achter de vermeende slachtoffers blijven staan. Het onderlinge vertrouwen is volledig weg. Ondanks dat besluiten ds. Lassche en Boer aan te blijven als bestuurslid. Boer: „Als wij ook nog opstapten, zou de hele stichting ter ziele gaan.”

Het gehavende bestuur heeft externe deskundigen nodig om grip te krijgen op de situatie. Een onafhankelijke commissie komt met aanbevelingen voor de reorganisatie van de stichting. Het onvermijdelijke ontslag van Akster zorgt voor een laatste breekpunt. In november 2020 legt zowel ds. Heemskerk als Visscher zijn bestuursfunctie neer. Ds. Heemskerk: „Als bestuur hadden wij ons jawoord gegeven om te wachten tot een rechterlijk vonnis. Toen de kleinst mogelijke meerderheid van het bestuur toch anders besloot, zijn wij afgetreden.” Ook anno 2024 benadrukt hij dat „de rechter zich nog steeds niet heeft uitgesproken”.

Begin 2021 neemt een interim-bestuur de schade op. Het constateert in een rapport dat het oude bestuur „verblindend loyaal” is geweest aan Akster. Vervolgens pakt het de bestuursstructuur grondig aan om de organisatie weer gezond te maken.

2024

Vier jaar na dato volgen de betrokkenen nog altijd twee sporen. Het gereorganiseerde Timotheos staat de slachtoffers tot op de dag van vandaag bij in de rechtszaak tegen Akster. Ds. Heemskerk en Bert Noteboom daarentegen staan nog steeds positief tegenover samenwerking met de ontwikkelingswerker, al tekent ds. Heemskerk daarbij aan dat er eerst „volledige vrijspraak” moet zijn.

Terwijl het interim-bestuur van Timotheos in 2021 verantwoording aflegde aan de achterban, deed de predikant een poging om samen met de van misbruik verdachte Akster een nieuwe stichting op te richten. Deze stichting zou zich onder anderen gaan richten op misbruikslachtoffers. Inmiddels is het volledig stil rond dit initiatief. Boer, terugblikkend: „Ik stond met mijn oren te klapperen toen ik hoorde dat hij Stichting Lukas op ging richten, voor mensen die seksueel misbruikt zijn. Hoe kun je nu zo de kat op het spek binden?” Hoewel de stichting half november formeel nog stond ingeschreven bij de KVK onder de naam ”Oog voor Malawi”, zegt ds. Heemskerk dat deze „al jaren” is opgeheven. Inderdaad is er geen activiteit van de stichting meer zichtbaar.

De predikant noemt het „onbegrijpelijk en verbijsterend” dat het RD op deze wijze aandacht aan de zaak schenkt. Hij wijst op een uitspraak van de Raad voor de Journalistiek, die oordeelde dat het RD in twee artikelen over de kwestie-Akster journalistiek onzorgvuldig handelde. De handelwijze van de krant is volgens hem in strijd met het negende gebod, omdat „allerlei zonden van de naaste uitgebreid voor het voetlicht” worden gebracht. Ds. Heemskerk geeft aan dat hij op geen enkele wijze zonden goed wil praten, „ook niet die van homoseksualiteit en zeker niet die van kindermisbruik”. Ook vraagt hij begrip voor de lastige keuzes die het bestuur moest nemen, iets wat door de coronatijd nog eens werd bemoeilijkt. Achteraf zegt hij „als geen ander zijn beslissing te betreuren om toe te treden tot het bestuur van Timotheos”.

Als het RD Noteboom eind april interviewt over zijn rol tijdens de crisis, zegt hij Akster „niet als de grote vijand” te willen zien. Wel erkent hij dat „Wim mensen manipuleert”. Noteboom vertelt op dit moment een „goed gecontroleerde” stichting neer te zetten in Malawi, waarbij hij minikredieten verstrekt aan bekenden van hem en Akster. De ontwikkelingswerker coördineert de projecten en krijgt een deel van de rente. Op de vraag of Akster hiermee niet opnieuw in de gelegenheid gesteld wordt om misbruik van zijn macht te maken, stelt Noteboom dat Akster „hierbij geen enkele macht heeft en intensief wordt gecontroleerd”.

In het bestuur van Notebooms stichting hebben ten minste drie predikanten zitting die lid zijn van het moderamen van de Reformed Presbyterian Church (RPC) in Malawi. Interviews maken duidelijk dat de RPC, tevens partner van de Hersteld Hervormde Kerk, tot op de dag van vandaag intensief contact onderhoudt met Akster. Tegenover de krant ontkennen de Malawische voormannen dit.

Rechter

De Malawische rechter heeft vier jaar na de arrestatie nog altijd geen uitspraak gedaan over het vermeende seksueel misbruik van negen studenten en werknemers van Timotheos, mannen die afhankelijk waren van de directeur voor hun werk of studie. Akster haalde eind juni bakzeil bij het Constitutioneel Hof in Malawi, waar hij zich een voorvechter van homorechten toonde om vrijspraak te krijgen. Maar het hof oordeelde dat de Nederlander zich opnieuw moet vervoegen bij de strafrechter.

Eind mei trok een van de negen mannen zich terug als getuige in de zaak, blijkt uit een officieel document dat in bezit is van het RD. Wel blijft hij bij zijn verklaring zoals eerder afgelegd tegenover de politie. Vier anderen zouden zich eveneens hebben teruggetrokken als getuige, maar deze geruchten zijn tot dusver niet bevestigd.

Akster op de hele kwestie bevragen, lukt niet, omdat hij contact met het RD vermijdt. Een van de pogingen van de krant om met hem te spreken, strandt in de omheinde tuin van zijn huidige huis in Mudi, een stadswijk in Blantyre. Akster wijst de journalisten meteen de deur en weigert elke toelichting. „Jullie moeten vertrekken. Nu meteen.”

* Gefingeerde naam

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer