Abortus uit het strafrecht; vanwaar die haast?
Een week voor de verkiezingen diende Kamerlid Corinne Ellemeet (GL-PvdA) woensdag nog snel haar initiatiefwet in die abortus moet schrappen uit het Wetboek van Strafrecht. Vanwaar die haast?
Ellemeet heeft zich al een paar keer laten ontvallen dat ze bezig was met haar initiatief. Zo verwees ze in mei een paar keer naar de wet in wording, toen de Tweede Kamer vanwege een burgerinitiatief debatteerde over de vraag in hoeverre een strafbepaling voor abortus nog wenselijk was. Niet meer, vonden de indieners van het initiatief. Net als Ellemeet dus.
Hun plannen om abortus uit het strafrecht te halen, riepen destijds nog best wat weerstand op. Ook bij diverse seculiere fracties, zoals VVD en FVD. Dat is goed te begrijpen voor wie bedenkt wat de consequenties kunnen zijn. Namelijk dat het beëindigen van beginnend menselijk leven wordt genormaliseerd en het afbreken van een zwangerschap een gewone medische verrichting wordt. Ellemeet, die na de verkiezingen uit de Kamer vertrekt, had ook nog eens rustig met haar tegenstanders om tafel kunnen gaan, en de indiening van het initiatief aan haar opvolger kunnen laten. Die heeft daar als het goed is nog vier jaar de tijd voor, maar het Kamerlid zag daar toch van af. Waarom die haast?
Allereerst heeft het er veel van weg dat Ellemeet met die snelle indiening een impuls wil geven aan de campagne van GL-PvdA. Nu met de initiatiefwet komen, is best handig voor de profilering van de partij. Zeker in de concurrentiestrijd met D66. Zij de voltooidlevenwet –ook ingediend in campagnetijd overigens–, de linkse combi dit initiatief.
Denkbaar is ook dat de snelle indiening voor Ellemeet zoiets is als de kroon op haar parlementaire werk. Niet voor niets schreef ze een maand geleden nog op haar LinkedIn-pagina alles op alles te zetten om nog voor ze afzwaait de conceptwet klaar te hebben. Dat is gelukt.
Voor de partijen die haar gedachtegoed delen en abortus liever vandaag nog dan morgen uit het Wetboek van Strafrecht willen halen, levert de snelle indiening procedureel gezien verder een belangrijk voordeel op. Dat kan best eens een derde argument zijn geweest om tempo te willen maken. Dat zit zo: na de installatie van de nieuwe Kamer blijft de Kameragenda vaak nog even leeg, zeker zo lang de formatie loopt. Het vertrekkende kabinet is demissionair en mag geen meters meer maken op dossiers die in de ijskast zijn gezet. Erg veel nieuwe wetten komen er dus nog niet naar de Tweede Kamer zolang er nog geen coalitieakkoord ligt en een nieuw kabinet nog niet beëdigd is. Wat wel naar buiten komt, kan dus voortvarend worden behandeld. En dat zou, zeker als de Raad van State net zoveel haast maakt, bijvoorbeeld deze wet kunnen zijn.
Hoe de nieuwe Kamer de wet zal beoordelen, staat dan nog te bezien. Hopelijk laat die zich leiden door het gezegde: Haastige spoed is zelden goed.