Tweede Kamer steunt strengere aanpak malafide uitzendbureaus
Duizenden uitzendbureaus buiten sinds jaar en dag arbeidsmigranten uit als verdienmodel. Om daar strenger tegen op te treden, stemde de Tweede Kamer dinsdag in met een vergunningsplicht voor 20.000 uitzendbureaus.

Zonder vergunning mogen uitzendbureaus –payrollbedrijven en detacheerders idem– geen arbeidskrachten meer uitlenen. Voor werkgevers wordt het verboden om nog zaken te doen met een uitzendbureau dat niet beschikt over het vereiste certificaat. De minister van Sociale Zaken bepaalt voortaan wie er wel of geen vergunning krijgt.
Tot op de dag van vandaag overtreedt 15 procent van de uitzendbureaus willens en wetens de wet
De Tweede Kamer steunt de vergunningsplicht vrijwel unaniem, bleek dinsdag tijdens de stemmingen. Alleen regeringspartij BBB en FVD stemden tegen de Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten (Wtta).
Waarom wil het kabinet deze wet invoeren?
Om misstanden in de uitzendsector aan te pakken. Het kabinet wil paal en perk stellen aan uitzendbureaus die profiteren van het uitbuiten van arbeidsmigranten.
Welke misstanden?
De Arbeidsinspectie stuit tijdens controles vaak op arbeidsmigranten die illegaal aan het werk zijn, geen vergunning hebben. Zeer regelmatig heeft de werkgever hun identiteit niet vastgesteld. Ook worden uitzendkrachten onderbetaald: ze krijgen niet het wettelijk minimumloon, geen vakantiegeld of overuren slechts deels uitbetaald. In het ergste geval is er zelfs sprake van mensenhandel.
Ook signaleert de inspectie dat werkgevers die arbeidsmigranten huisvesting, zorgverzekering en vervoer aanbieden, daar een verdienmodel van maken. Arbeidsmigranten worden te krap, in slecht onderhouden woningen, gehuisvest, terwijl daarvoor het maximale op hun salaris ingehouden wordt. Ook worden er boetes opgelegd voor het niet opruimen van de vaat of vuile kleding.
Op welke schaal speelt dit?
Vooropgesteld, er zijn veel werkgevers die hun arbeidsmigranten fatsoenlijk behandelen. Tegelijkertijd speelt de problematiek al sinds jaar en dag. Tot op de dag van vandaag overtreedt 15 procent van de uitzendbureaus willens en wetens de wet, geeft de Arbeidsinspectie desgevraagd aan. Dat zijn er ca. 3000, uitgaande van in totaal 20.000 uitzendbureaus.
De Arbeidsinspectie krijgt jaarlijks tussen de 800 en 1000 meldingen over potentiële misstanden. Bij twee op de drie bedrijven is de boel niet op orde als de inspectie controleert. In de periode 2020-2022 leidde dat tot 274 boetes en 12 afgeronde strafrechtelijke zaken. Die leidden tot enkele gevangenisstraffen en taakstraffen.
Hoe komt een uitzendbureau aan een vergunning?
Uitzendbureaus moeten daarvoor aan een aantal voorwaarden voldoen. Een VOG voor rechtspersonen is een eerste vereiste, naast een waarborgsom van 100.000 euro. Verder moet een uitlener kunnen aantonen dat hij aan het normenkader voldoet. Dat vereist onder meer dat hij: netjes belasting afdraagt, het minimumloon uitbetaalt, een arbeidsovereenkomst verstrekt en identiteits- en vergunningsgegevens op orde heeft. Private inspectiebureaus zullen er blijvend op toezien dat uitzendbureaus zich aan het normenkader houden.
Wat als de vergunningsplicht geschonden wordt?
De Arbeidsinspectie zal uitzendbureaus en werkgevers waar zij zaken mee doen daarop controleren. De inspectie kan boetes uitdelen, een last onder dwangsom op leggen of in het uiterste geval een bedrijf stilleggen. Het boetebedrag moet nog vastgesteld worden, maar de minister denkt aan maximaal 19.000 euro per arbeidsmigrant. Bij herhaling wordt het bedrag verdubbeld.
De Arbeidsinspectie krijgt 135 fte extra mankracht om de vergunningsplicht te kunnen handhaven. Dat vergroot de kans dat overtreders gepakt worden. De pakkans werd tot voorkort als te laag verondersteld.
Zorgt deze wet voor minder arbeidsmigranten?
Het Aanjaagteam bescherming arbeidsmigranten, onder voorzitterschap van voormalig SP-leider Emile Roemer, wilde een vergunningsplicht om misstanden tegen te gaan. Dat is het doel van de wet. Tegelijkertijd kán de Wtta een remmende werking hebben op de instroom van het aantal arbeidsmigranten, omdat het verdienmodel van malafide uitzendbureaus wordt aangepakt.
Wanneer gaat de wet in?
Oorspronkelijk was het de bedoeling dat de vergunningsplicht dit jaar ingegaan zou zijn, maar inmiddels is duidelijk dat ook 1 januari 2026 niet gehaald wordt. Dat komt mede omdat tot begin dit jaar nog niet duidelijk was welke instantie namens de minister zou besluiten of uitzendbureaus wel of geen vergunning krijgen. Eind april informeert minister Van Hijum (Sociale Zaken) wanneer de Wtta ingaat.