Nederland aborteert evenveel kinderen per dag als er kinderen sneuvelen in Gaza
Er is in onze samenleving iets eigenaardigs aan de hand met de beeldvorming rond het menselijk leven: we meten met twee maten. Media tonen gruwelijke beelden van oorlogsslachtoffers om ons ervan te doordringen dat het geweld rond Gaza direct moet stoppen. Intussen vindt diezelfde samenleving dat wakers bij een abortuskliniek geen foto’s mogen tonen van een ongeboren kindje en moet het leed dat abortus met zich meebrengt –voor moeder én kind– verdoezeld worden. Dat is selectieve verontwaardiging. Die dient ontmaskerd te worden.
„Drie klaslokalen kinderen per dag komen om”, berichtte de NOS deze week. Nee, dit gaat niet over het aantal abortussen in Nederland, maar over slachtoffers in het afschuwelijke conflict tussen Israël en Hamas in Gaza. Dat zijn 3540 kinderen in 3,5 week en dus 100 per dag – overigens volgens niet te controleren berichten van het Palestijnse ministerie van Volksgezondheid dat onder controle staat van Hamas.
Maar intussen komen er óók drie klaslokalen kinderen per dag om door abortus in Nederland. Dag aan dag, week op week. Vorig jaar waren het er in totaal 35.606, dat is ook circa 100 per dag.
Veel Nederlanders vinden zo’n vergelijking volstrekt ongepast. Dat is niet zo vreemd. Want wie vergelijkt nu een geaborteerde foetus van tien weken met een meisje van acht dat door een scherf van een raket getroffen is, of een jongen van dertien die onder het puin van een ingestort gebouw om het leven kwam? En wie vergelijkt nu de wanhoop van een ongewenst zwangere vrouw met het oorlogsgeweld in het Midden-Oosten?
Maar toch: er is iets eigenaardigs aan de hand met de beeldvorming rond het menselijk leven. Aan tegenstanders van abortus wordt nogal eens het verwijt gemaakt dat ze heel bezorgd zijn over het ongeboren leven terwijl ze makkelijk omgaan met geboren leven. Die christenen scharen zich immers wel achter Israël dat zoveel bloed aan de handen heeft? Of achter oud-president Trump, die wél fel tegen abortus is maar weigerde de wapenwetten aan te scherpen?
Dat verwijt is niet terecht. Een christen –en overigens: ook een Jood– hecht waarde aan élk mensenleven. Ongeacht hun woonplaats, binnen of buiten de muren van Gaza. En ongeacht hun godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, handicap, seksuele gerichtheid, leeftijd, fysieke gezondheid, mentale toestand, zelfstandigheid, wilsbekwaamheid en de mate van ontwikkeling of juist ontluistering. Die waarde is onlosmakelijk verbonden aan het menselijk leven omdat God dat geschonken heeft en omdat Hij de mens geschapen heeft naar Zijn beeld.
De maatschappelijke verontwaardiging over prolife-demonstraties is selectief. Niemand heeft het recht een ander mens minderwaardig te keuren, zijn waardigheid te ontnemen, laat staan van het leven te beroven. En toch gebeurt het, 100 abortussen per dag. Daarom blijft de Week van het Leven nodig.