Laat Nederland aanhaken bij Duits regeerakkoord
Het ambitieuze regeerakkoord van Duitsland biedt kansen voor Nederland. De Duitsers willen tot meer Europese autonomie komen op economisch vlak. Het is van belang dat Nederland daar mede vorm aan geeft.
Het nieuwe kabinet-Scholz is afgelopen woensdag geïnstalleerd, na een voor Nederlandse begrippen razendsnelle formatie van iets meer dan twee maanden. Het coalitieakkoord heeft de pakkende titel ”Mehr Fortschritt wagen” (Meer vooruitgang wagen) en straalt werkelijk ambitie uit, zeker waar het gaat om het klimaat. Dat is hoopgevend. Want de verkiezingsstrijd zelf was vrij inhoudsloos. Het was vooral een strijd om de vraag: Wie is de beste Merkelimitatie? Er was geen ”Wechselstimmung” (roep om verandering). Het ging vooral om het benadrukken van continuïteit: keine Experimente! En dat was niet voor niets. De Merkeljaren waren een periode van economische groei, lage werkloosheid en welvaart.
Iedereen besefte wel dat het nu tijd werd voor groot onderhoud, want het succes had er ook toe geleid dat er weinig structurele hervormingen hadden plaatsgevonden. Merkel was meer een politica die prudent op de winkel past dan van grootse politieke programma’s of toekomstvisioenen. Het dagelijkse crisismanagement, zeker ook op Europees niveau, dat was haar kracht. Maar het besef dat er een moderniseringsslag gemaakt moet worden rond klimaat, energie, elektromobiliteit en digitalisering ging ook gepaard met een zekere angst. Wat gaat dit kosten en wat betekent het voor economische groei, werkgelegenheid en welvaart? Scholz profileerde zich als een politicus die zich bekommert. Hervormingen zijn noodzakelijk, maar we zullen ervoor zorgen dat u er zo min mogelijk van (in uw portemonnee) merkt.
Maar na de verkiezingen sloeg de stemming toch om en werd de roep om meer ambitie groter, waardoor de drie coalitiepartijen aangespoord werden de lat hoger te leggen, zeker als het gaat om het klimaat. Het hele coalitieakkoord staat nu in het teken van klimaatdoelstellingen en er is een apart superministerie voor klimaat en economie ingericht waar vicekanselier Robert Habeck de ambities van de Groenen mag realiseren.
Duurzame energie
De drie partijen hebben besloten tot grote investeringen in duurzame energie. Tot 2030 moet 80 procent van het stroomgebruik uit duurzame bronnen komen, zoals zon en wind. In dat jaar moeten ook de kolencentrales en kolenmijnen ‘idealiter’ zijn gesloten, acht jaar eerder dan gepland. Twee procent van het Duitse grondgebied wordt gereserveerd voor windmolens. Kernenergie blijft zoals verwacht taboe. De verwachtingen ten aanzien van waterstof zijn hooggespannen. Dat moet ook wel, want de coalitie wil dat over tien jaar 15 miljoen auto’s in Duitsland volledig op elektriciteit rijden. Dat zijn er nu nog maar een half miljoen. Een enorme groei dus in de vraag naar stroom.
Deze energietransitie biedt voor Nederland grote kansen. De toeleveranciers van de Duitse automotive-industrie zullen moeten inspelen op deze omschakeling. Dat is niet alleen een risico maar vooral ook een kans.
Ook kan Nederland een belangrijke rol spelen als het gaat om het ontwikkelen van een waterstofenergie-infrastructuur. Dit alles kan natuurlijk alleen als we de ontwikkelingen in Duitsland nauwlettend volgen en de samenwerking opzoeken. Dat lijkt vanzelfsprekend maar is het in de praktijk jammer genoeg niet altijd.
Niet minder belangrijk is de politieke samenwerking, zowel bilateraal als op Europees niveau. De nieuwe Duitse regering wil een actieve Europese politiek om enerzijds de effectiviteit en interne structuren van de EU te versterken. Denk daarbij behalve aan democratisering en rechtstatelijkheid aan uitbreiding van het aantal terreinen waarop met een gekwalificeerde meerderheid gestemd kan worden, in plaats van het vetorecht dat de lidstaten nu nog hebben. Dat is zeker voor de buitenlandse politiek en veiligheidsbeleid van het grootste belang. Hiertoe wil Duitsland vooral inzetten op de ”Conferentie over de toekomst van Europa”. Dit uiteraard in nauwe samenwerking met Parijs dat bovendien 1 januari het Europese voorzitterschap gaat bekleden. Maar het is belangrijk dat ook Den Haag hier een actieve rol speelt. De Nederlandse invloed in de EU is al relatief groot, maar door aansluiting te zoeken bij Duitsland en Frankrijk kan Den Haag ook zijn eigen agenda kracht bijzetten.
Europese autonomie
Niet minder belangrijk is de Duitse ambitie om tot meer Europese autonomie te komen. Niet alleen wat betreft veiligheid en defensie, maar vooral ook als het gaat om de Europese economie. De coronacrisis heeft geleerd dat de toevoer van essentiële producten al snel in gevaar kan komen. In een hyperverbonden wereld wordt bovendien handel bij geopolitieke spanningen meer en meer als wapen gebruikt. De grote afhankelijkheid van vooral Rusland (gas) en China moet daarom tegengegaan worden. Dit vergt onder meer een Europees industriebeleid voor een robuustere economie, door onder meer de productieketens minder gevoelig te maken voor misbruik door andere landen. In Nederland als handelsland is er traditioneel een zekere afkeer van industriebeleid, maar het is voor ons van groot belang hier samen met Duitsland vorm aan te geven. Onze onderlinge handel is immers groter dan die tussen welke andere twee landen in Europa ook en de infrastructuur en industrie zijn nauw met elkaar verweven.
Kortom, het coalitieakkoord van de nieuwe Duitse regering verdient het in Den Haag goed gelezen te worden. Misschien is het nu een voordeel dat de Nederlandse formatie zo lang duurt. Bij het schrijven van het Nederlandse regeerakkoord zou het ambitieuze Duitse coalitieakkoord een goede inspiratie kunnen zijn. Lees het, zou ik zeggen!
De auteur is hoogleraar Duitslandstudies.