Op studiedag Nashvillewerkgroep vielen kerkmuren even weg
De werkgroep Nashvilleverklaring belegde donderdag in Putten een bijeenkomst over Bijbels denken over huwelijk en seksualiteit. Het betrof de studiedag die eind vorig jaar was toegezegd. Na de onrust rondom de publicatie van de Nashvilleverklaring is gekozen voor een zorgvuldige voorbereiding en dat heeft zijn vruchten afgeworpen. „Er zal veel gebeden zijn voor deze dag”, zei een betrokkene.
Opvallend aan de bijeenkomst was de brede samenstelling van zowel publiek als sprekers. Zij vertegenwoordigden een kerkelijke breedte die je in Nederland zelden op één podium bijeen ziet: van de Vergadering van Gelovigen tot de Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Dat is veelzeggend. Het doet terugdenken aan bijeenkomsten rond abortus met pater Koopman uit de jaren tachtig of de breedkerkelijke appeldagen rond de Algemene wet gelijke behandeling in de jaren negentig van de vorige eeuw. Zo’n bijeenkomst is bemoedigend en roept de vraag op of dat ook rond andere thema’s mogelijk zou zijn. Als christenen van zo’n diverse komaf elkaar kunnen vinden en zonder moeite de psalmen op hele noten afwisselen met gezangen, wekt dat in elk geval de indruk dat er veel op het spel staat.
Is dat ook zo? Zeker, benadrukten alle sprekers. En dan komt het tweede dat opvalt: op de studiedag ging het nauwelijks over de Nashvilleverklaring zelf. Er werd geen woord uit geciteerd en ook de commotie van begin dit jaar kwam hoegenaamd niet aan de orde. Het ging, zoals beloofd, over Bijbels denken over huwelijk en seksualiteit. Daarbij klonk -terecht- grote bezorgdheid over de seksualisering van de samenleving, over de revolutie in het waarheidsbegrip die daarachter schuilgaat, en over de drang om Gods scheppingsorde van zich af te schudden.
Maar tegelijkertijd waren er pastorale woorden over homo’s die „heel mooie mensen zijn” en kwamen er homo’s aan het woord die „rein voor Jezus willen leven.” Terwijl bij de Nashvilleverklaring de kritiek klonk dat de pastorale notie was verpakt in een aanhangsel, gaat dat verwijt zeker niet op voor de studiedag. Zo was er deze dag ook meer nuance in het oordeel over gevoelens van homoseksuelen dan in de verklaring zelf. Het ging niet meer over het doden van zondige verlangens, maar over het verschil tussen gebrokenheid en bewuste zonde en over een innerlijke worsteling die tot aan de dood blijft bestaan.
Zo bezien verwoordde de inhoud van de studiedag de intenties van de werkgroep beter dan de Nashvilleverklaring zelf. Dat biedt ruimte voor een waardevolle suggestie die ook klonk in Putten: vorm een brede alliantie van christenen voor Bijbels spreken over álles rond seksualiteit – dus niet alleen over homo’s en transgenders, maar durf ook in het eigen vlees te snijden als het gaat om pornoverslaving, weinig verhullende kleding, seksuele gemeenschap voor het huwelijk, echtscheiding en seksueel misbruik.