Cultuur & boeken

Leiden door te volgen

Een goede leider is vooral in staat om te volgen. Deze op het oog tegenstrijdige gedachte ontvouwt trainer en coach Caroline Perrée in ”Volgen voor gevorderden”.

Rudy Ligtenberg

27 November 2015 10:19Gewijzigd op 15 November 2020 23:40
Beeld RD, Henk Visscher
Beeld RD, Henk Visscher

Waar leiders zijn, kunnen volgers niet ontbreken – dat klinkt logisch. Sommige mensen zijn in de positie om voorop te gaan, leiding te geven, aan te sturen. Anderen doen eenvoudig wat er van hen wordt gevraagd. Toch is dat te zwart-wit gesteld, vindt Perrée. Krachtige leiders luisteren naar de mensen aan wie ze leidinggeven en sluiten aan bij hun wensen en behoeften. Ze bewegen mee en hebben oog voor het gezamenlijke doel. Kortom, ze volgen, al weten ze heel goed waar ze zelf staan en stellen ze kaders.

En volgers zijn geen pluisjes die meedansen op de wind. Ze laten zich leiden, maar niet als makke schapen. Ze laten zien waar ze zelf staan, wat ze willen en geven desnoods wat tegendruk. In een goede volger zit dus als het ware een prima leider verscholen. Samengevat: een leider is niet doof en een volger is niet blind.

Vanuit dit vertrekpunt probeert Perrée het volgerschap naar een hoger plan te tillen. Want goed volgen (voor volgers én voor leiders!) is nog een hele kunst. Het vraagt geduld, oprechte aandacht voor de ander, de bereidheid om vragen te blijven stellen. Maar het is niet de bedoeling dat volgers in het contact met anderen zichzelf kwijtraken. Want dat kan ook.

Tocht door bergen

Perrée beschrijft de zoektocht naar vruchtbaar volgerschap als een tocht door de bergen. Vanuit een basiskamp worden verschillende etappes afgelegd, die uiteindelijk leiden naar een knusse berghut met een mooi uitzicht. De stijl die Perrée hanteert is losjes en populair (op het frivole af) en ze geeft talloze voorbeelden uit de praktijk. Dat ze vaak verwijst naar de film-, sport- en muziekwereld zal niet bij elke lezer aansluiting vinden en ook het taalgebruik laat op enkele momenten te wensen over.

Toch is de theorie die Perrée naar voren brengt de moeite waard om nader te bekijken. Het is een verademing om te lezen hoe belangrijk zij het vindt dat mensen oprecht geïnteresseerd zijn in anderen. Niks haantjesgedrag. Het kan goed zijn om de eigen opvattingen even opzij te zetten en te luisteren naar wat de ander beweegt. Want het gaat niet in de eerste plaats om het eigen gelijk, maar om het belang van het grotere geheel (de onderneming, de vereniging, het gezin).

„Als mensen zich werkelijk in elkaar verdiepen en elkaar echt proberen te volgen, kan dat een ongekende energie geven en zelfs leiden tot een vriendschap voor het leven”, aldus Perrée. ”Volgen is dienen” luidt de bijna Bijbelse titel van een hoofdstuk. Een dienende leider is in haar optiek iemand die zijn macht gebruikt „ter wille van anderen en in dienst van een gedeeld doel” en macht ziet als iets wat hij kríjgt, niet als iets wat hij zich toe-eigent. Het gaat om volgens Perrée om „verbondenheid”, want daar zijn we als mensen „voor gemaakt.”

Innerlijk kompas

Daarbij is het echter wel van belang dat mensen zichzelf (kunnen) zijn, varen op een innerlijk kompas, persoonlijk leiderschap vertonen. Misschien is dat aspect in christelijke kring weleens wat veronachtzaamd. Je dienstbaar opstellen is iets anders dan jezelf wegcijferen. Juist een gezond zelfbewustzijn stelt je in staat om er voor anderen te zijn. God heeft ons immers allerlei talenten meegegeven. In 1 Korinthe 12 gebruikt de apostel Paulus het beeld van een lichaam. Dat bestaat uit verschillende leden, die elkaar nodig hebben en daarom alle van even groot belang zijn. „Ware het gehele lichaam het oog, waar zou het gehoor zijn? Ware het gehele lichaam gehoor, waar zou de reuk zijn?”

Perrée zoomt in haar boek in op, wat zij noemt, de ”mentale TomTom” – het geheel aan opvattingen, overtuigingen, ideeën en beelden die iemand zich in zijn jonge jaren heeft eigen gemaakt. Vaak laat hij zich daar (meestal onbewust) door sturen. Mensen volgen automatisch bepaalde patronen zonder dat ze het zelf doorhebben. Dit stempelt ook hun gedrag en dat kan soms tot problemen leiden. Perrée laat zien dat onze „innerlijke besluiten” en „opgeslagen emoties” ons in de weg kunnen staan, omdat in de praktijk andere opties misschien wel beter werken.

De manier waarop Perrée dit mechanisme beschrijft is verhelderend. Als we weten hoe onze geest werkt en ons gedrag bepaalt, dan kunnen we daar wellicht in sturen. En Perrée zou geen coach zijn als zij op dit punt niet voluit inzet. In haar visie is de mens in staat het heft in eigen handen te nemen. „Hierin onderscheiden we ons van, ik noem maar wat, de tijgermug. Uiteindelijk zijn wij de baas over onszelf en kunnen we ervoor kiezen nieuwe mentale verbindingsweggetjes aan te leggen en die te volgen, hoe lastig dat soms ook lijkt.” De volwassene neemt het dan over van het kind of juist van de ouder in ons. We nemen onze verantwoordelijkheid.

Autonome mens

Deze benadering heeft praktisch nut (Perrée weet dit uit ervaring), maar bij het achterliggende mens- en wereldbeeld zijn wel kanttekeningen te plaatsen. Hoe autonoom is de mens werkelijk in zijn handelen? Hebben we echt vanuit onze ”volwassene”-toestand „alle mogelijkheden om datgene te doen wat op dit moment passend is?” Gedragswetenschappers en neurowetenschappers zijn daar al niet zo zeker van, maar ook Bijbels gezien is dit te optimistisch gesteld. En is het wel juist om onze innerlijke overtuigingen zo scherp te contrasteren met ons gezonde verstand? Ontzag voor het gezag van Gods Woord geeft beter houvast.

In tegenstelling tot wat Perrée veronderstelt heeft ook bepaald niet elk gedrag een positieve intentie. Daar is het menselijke hart te „arglistig” voor. Onvermijdelijk zullen mensen teleurgesteld raken als ze te hooggespannen verwachtingen koesteren van de mogelijkheden om zichzelf en hun omgeving in positieve zin te beïnvloeden. Een dosis Bijbelse nuchterheid kan hier heilzaam werken.

Dat laat onverlet dat het nuttig is om te doen aan „zelfonderzoek” (een term die Perrée hanteert), door onze ”mentale TomTom” te checken, maar ook om aan anderen om feedback te vragen. In de woorden van Perrée: „Ik vind het van belang om jou én mezelf er op te wijzen dat het in allerlei situaties –zowel professioneel als persoonlijk– de moeite loont om kritisch te blijven op je eigen volgerschap, te leren van je keuzes en fouten en je ervan bewust te zijn dat volgerschap en leiderschap écht bij elkaar horen.”


Boekgegevens

Volgen voor gevorderden, Caroline Perrée;
uitg. A. W. Bruna, Amsterdam, 2015; ISBN 978 94 005 0569 8; 256 blz.; € 19,95.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Gezag

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer