Geerten Jan van Dijk: Moeilijk om afscheid te nemen van een verhaal
Muziek luisteren of een boek lezen? Het liefst doet Geerten Jan van Dijk (41) het eerste. Maar ook boeken kunnen hem boeien. Als „trage lezer” kiest hij zijn lectuur zorgvuldig. En vervolgens kan hij maar met moeite afscheid nemen van het verhaal.

Zijn cd-collectie vult een heel aantal planken in de boekenkast bij de eetkamertafel. Een mooie installatie met goede boxen maakt het muziek luisteren tot een feest, zegt Van Dijk. „Ik zit hier graag ’s avonds laat om me in de muziek onder te dompelen.”
Denkend aan zijn jeugd in Zeist herinnert de muziekdocent van het Van Lodenstein College zich vooral het voorlezen. „Heerlijk relaxed. Ook toen ik ouder was, luisterde ik nog graag mee als mijn ouders mijn jongere broer of zus voorlazen.” Bijvoorbeeld een boek als ”Inde Soete Suikerbol” van W.G. van de Hulst. „Dat schiep een idyllisch plaatje, een wereld waar ik graag in was.” Van een „betere soort” waren de Narnia-boeken van C.S. Lewis. „Vanwege de gelaagdheid.” Van Dijk leest de verhalen op zijn beurt weer voor aan zijn jongens. „Van de Hulst vind ik te braaf en burgerlijk.”

1. Maarten Luther, ”Het Magnificat”
„In mijn studententijd lazen we op de CSFR Luther. Dat sprak mij aan. Hij is kordaat, stevig, stoer. Ook al staat de wereld in brand, wij hebben onze God. En dat is een bron van blijdschap. Luther is niet zo navelstaarderig, niet gefocust op onze gemoedsgestalten. Hij benadrukt dat het om God gaat, niet om mij. De verklaring van de Lofzang van Maria stamt uit 1521. Een vroeg boek dus, over een kernachtig gedeelte. Later heb ik meer van hem gelezen, waaronder de verklaring over de Galatenbrief. Luther is puur, verfrissend. Hij is op zoek naar Wie God is. Die vraag relativeert onze eigen sores. Het mooie is ook dat de stap van Luther naar Bach niet groot is. Bach kun je niet begrijpen zonder Luther.”

2. ”De kronieken van Narnia”, C.S. Lewis
„Bij ons thuis stonden alle delen van de Narnia-reeks van C.S. Lewis. Die lazen mijn ouders voor. De verhalen zitten in het collectieve geheugen van ons gezin. De combinatie van fraai geschreven verhalen, diepe waarheden en een vleug humor zorgt dat deze boeken raken. Neem die zinsnede waar gevraagd wordt of de leeuw Aslan niet gevaarlijk is. „Natuurlijk is hij gevaarlijk. Maar hij is goed.” Dat pikken mijn kinderen op, merk ik als ik ze voorlees. Het geeft ze ook een gezond godsbeeld. Aslan, die voor Christus staat, is volledig betrouwbaar, of hij te zien is of niet. Kinderlijk vertrouwen is wat deze verhalen uitstralen. Of ik een Lewisfan ben? Ja. Ook bijvoorbeeld ”Brieven uit de hel” vond ik erg mooi. Ik herken de existentiële zoektocht waar het bij Lewis vaak over gaat. Dat hielp mij in mijn studententijd. En nog steeds.”

3. ”Johann Sebastian Bach”, Christoph Wolff
„Componistenbiografieën las ik al voordat ik musicologie studeerde. Als ik muziek beluister, wil ik de achtergronden weten. De beste biografie over Bach is wat mij betreft het tweedelig werk van Christoph Wolff. Deze Duitse musicoloog is een heel goede wetenschapper, die alles mooi kan opschrijven. De Nederlandse vertaling is ook nog eens heel goed. Frustrerend was het lezen van deel 1 wel: we weten verschrikkelijk weinig van Bachs leven, én je leest op bijna elke pagina dat de besproken muziek helaas verloren is gegaan… Waar Wolff me de ogen voor heeft geopend, is dat de cycli van cantates die Bach schreef een monument zijn. In hun eenheid zijn ze groter dan de ”Matthäus” of de ”Johannes Passion”. Bach is voor mij altijd dichtbij, ook in mijn eigen geloofsleven. Bij allerlei Schriftgedeelten popt er altijd wel een cantate op.”

4. ”Baltische zielen”, Jan Brokken
„Ik ben een Brokken-fan. Hij is een ongelooflijk goede verteller. Weergaloos. Ik leerde deze schrijver kennen toen we tien jaar geleden vrienden in Letland gingen opzoeken. Dan oriënteer je je op zo’n land. Tussen de reisgidsen stond ”Baltische zielen” van Jan Brokken. Ik kende hem niet, maar ik vind een boek met verhalen over een land veel leuker dan een reisgids met wetenswaardigheden. De cultuur gaat meer voor je leven via de verhalen. Vervolgens ben ik meer van Brokken gaan lezen. ”De vergelding”, over Rhoon in de oorlog. ”De ontdekking van Holland”, over een kunstenaarskolonie in Volendam. Ik vind het mooi om via dit soort verhalen de wereld te leren kennen. Het mooie is dat de boeken van Brokken vaak over muziek en andere kunsten gaan. Daar sla ik op aan. Het is vervolgens wel moeilijk zo’n verhaal los te laten: het liefst wil ik erin blijven.”

5. ”De vlieg”, Luigi Pirandello
„De Italiaanse schrijver Luigi Pirandello ontdekte ik toen ik met Interrail heel Italië ben door gecrost. Dan rijd je door dat lieflijke landschap en ondertussen lees je over die streek. Pirandello heeft met zijn cyclus ”Verhalen voor een jaar” geprobeerd voor elke dag van het jaar een novelle te schrijven. Hij is tot ver in de 200 gekomen. Wat me in deze korte verhalen aanspreekt, zijn de krachtige personages en de terughoudendheid waarmee hij schrijft. Er is veel ruimte voor de verbeelding. Ik heb toen het genre verhalen ontdekt. In al de novelles van Pirandello speelt Italië een rol: de bakermat van veel kunst en cultuur. Oudheid, renaissance, barok, classicisme: het is daar samengebald allemaal te vinden. Mooie steden, gave musea, goed eten: daar kon ik m’n hart ophalen.”

6. ”De samoerai”, Shusaku Endo
„De Japanse schrijver Shusaku Endo is vooral bekend van ”Stilte”, over een Portugese priester die in de 17e eeuw als missionaris naar Japan gaat. ”De samoerai” gaat deels over hetzelfde thema. Het is zo mogelijk nog aangrijpender. In het verhaal maakt een aantal samoerai met een franciscaner monnik als tolk een handelsreis naar Mexico en Europa. De monnik zit vol bekeringsdrang, maar dat stuit op verzet. Uiteindelijk gaan sommige Japanners overstag, meer ondanks dan dankzij de monnik. In het verhaal komt indringend naar voren waar mensen op stuklopen: waarom zou je geloven in een uitgemergelde Man aan een kruis? Laat onze beschaving met rust, zeggen de Japanners. Dat is de lijn naar onze eigen cultuur, die ook niet zit te wachten op de boodschap van het Evangelie. Zo’n boek van Endo ervaar ik als heel existentieel; het zindert nog lang na.”

7. ”De lichtwachter”, Pieter Nouwen
„”De lichtwachter” van Pieter Nouwen heb ik op de middelbare school gelezen. Het was duidelijk te hoog gegrepen, maar de muziek die hierin een rol speelt triggerde me. Journalist Thomas Lugter gaat naar Spanje om te infiltreren in een criminele bende. Daar ontmoet hij de vuurtorenwachter Pedro de Luna, een intrigerende figuur. Hoog in de vuurtoren vinden veel gesprekken plaats. En daar staat ook een klavecimbel. Delen van die gesprekken begreep ik niet, maar er werd ook heel veel muziek besproken en gespeeld. Veel Bach, en bijvoorbeeld Schuberts ”Winterreise”. Die stukken ging ik dan opzoeken en beluisteren. Ik wil het boek graag nog een keer herlezen.”