Waarden en normen moeten thema blijven
Het debat over waarden en normen is vorige week gevoerd, maar dat mag niet betekenen dat het thema nu in de kast kan, stelt P. Schalk terugblikkend.
Nu het waarde- en normendebat in de Tweede Kamer is gevoerd, bestaat het gevaar dat het afgelopen is met dit thema. Maar dat mag niet gebeuren. Het politieke debat is gevoerd. Er is werk aan de winkel voor alles en iedereen, voortvarend en vanuit een vaste basis. Die twee voorwaarden zijn heel wezenlijk.Echter, de voortvarendheid was ver te zoeken bij een debat dat in 2002 werd aangezwengeld, een WRR-rapport dat in 2003 het licht zag, een schriftelijke reactie in 2004 en het uiteindelijke debat in 2005. En de tweede voorwaarde, de vaste basis, ontbrak bij een aantal politieke partijen. Dat leverde soms wonderlijke gedachtesprongen op.
Zomaar een paar voorbeelden. Het individualisme is aangewezen als een belangrijke oorzaak voor de teloorgang van waarden en normen. Voor Dittrich (D66) was dat aanleiding om uit te leggen dat juist de autonomie van het individu zo essentieel is om verantwoordelijkheid te nemen voor het geheel van de samenleving.
Een ander voorbeeld is het belang dat vrijwel alle partijen toekennen aan het belang van het gezin voor de overdracht van waarden en normen, zeker voor jonge kinderen. Maar dat leidde niet tot de logische conclusie dat een gedegen eenduidig gezinsbeleid uitgezet moet worden.
Ook ontstond door het ontbreken van een vaste basis een woordenstrijd over het verschil in grote en kleine moraal. Wat minister-president Balkenende aan het doen is, hoort volgens Bos (PvdA) alleen maar bij de kleine moraal en deed hij af als prietpraat. Maar de PvdA-leider vergat dat kleine moraal en grote moraal onlosmakelijk aan elkaar verbonden zijn, zoals de vlam bij de kaars hoort.
De hekkensluiter van het debat, Van Aartsen (VVD), noemde het debat een Babylonische spraakverwarring. Voor iemand die zo weinig in te brengen had, was dit wel een geslaagde opmerking. Om nu iets te doen aan die spraakverwarring moeten de woorden van het debat worden omgezet in de daden van alle spelers in het brede spectrum.
Gezin
De politiek zal haar wetgeving zodanig moeten aanpassen dat het barre individualisme niet leidt tot verdere verschraling, en dat gezinnen de ruimte krijgen om aan de eerste opdracht te voldoen, namelijk de opvoeding van kinderen en het bieden van warmte, geborgenheid, veiligheid en liefde.
Maatschappelijke organisaties dienen op hun eigen terrein concrete aanbevelingen en handreikingen te doen. Die moeten bruikbaar zijn voor de achterban en impact hebben in de samenleving.
De kerken zullen hun profetisch geluid moeten laten horen, maar ook de christelijke handreiking moeten doen aan de armen (materieel) en aan degenen die buiten staan. Dat laatste vraagt om een immateriële handreiking: een boodschap van heil!
Ten slotte, ieder persoonlijk zal op de plaats waar de Heere hem gesteld heeft daadwerkelijk christen moeten zijn. In het gezin, op het werk, in de buurt als een zoutend zout en een lichtend licht. Laat uw licht alzo schijnen voor de mensen, dat zij uw goede werken mogen zien, en uw Vader, Die in de hemelen is, verheerlijken.
Zo krijgen waarden en normen inhoud en vorm.
De auteur is voorzitter van het Platform Waarden en Normen en directeur van de reformatorische vakorganisatie RMU.