Meer dan „ik heb oog voor alles rondom de Extra Beveiligde Inrichting in Vught en wat daar gebeurt” wilde staatssecretaris Ingrid Coenradie (Justitie en Veiligheid) woensdag niet zeggen over de hongerstaking van gedetineerden die daar momenteel plaatsvindt. Het doel van de hongerstaking, die dinsdagochtend begon, was juist het detentieregime op de politieke agenda te zetten van het debat woensdag in de Tweede Kamer. „Alles wat ik daarover wil zeggen, heb ik gezegd”, zei Coenradie na afloop.
De gevangenen protesteren tegen de in hun ogen „onmenselijke en nagenoeg onhoudbare situatie” waarin zij zich bevinden. In een gezamenlijk statement namens acht personen die momenteel in de EBI verblijven, dinsdag verstuurd via hun advocaten, vragen zij aandacht voor het steeds strenger wordende detentieregime. Eerder oordeelde het anti-foltercomité (CPT) van de Raad van Europa dat het regime en de maatregelen in de EBI „buitensporig” zijn en dat de Nederlandse staat zich moet inspannen om het regime „te verbeteren en feitelijke eenzame opsluiting moet (worden) voorkomen”.
Het statement is ondertekend door de gedetineerden Willem Holleeder, Ridouan Taghi, zijn zoon Faissal, Saïd R., Benaouf A., Omar L., Urvin W. en Dennis G. Advocaat Chaimae Ihataren laat desgevraagd namens hen weten „verbaasd” te zijn dat politici het onderwerp niet hebben besproken. „Vanuit de EBI-directie is er wel aandacht voor en worden gesprekken met de gedetineerden gevoerd. Maar het is de politiek die over het regime gaat.” Ze hoopt dat er alsnog aandacht voor komt. „Vervolgacties worden niet uitgesloten.”
