OpinieOpinie
Dominee, mogen we met elkaar naar bed?

„De Bijbel bevat toch geen verbod op geslachtsgemeenschap, zolang je maar van plan bent om met elkaar te trouwen?” is een vraag die menige predikant of pastor te horen krijgt. Is dat wel zo?

Dr. B.A. Zuiddam
Voor onze gelovige voorouders was de Bijbel op dit punt best duidelijk: geslachtsgemeenschap hoort alleen thuis in een wettig huwelijk. beeld Unsplash
Voor onze gelovige voorouders was de Bijbel op dit punt best duidelijk: geslachtsgemeenschap hoort alleen thuis in een wettig huwelijk. beeld Unsplash

Uit recent wetenschappelijk onderzoek wordt opnieuw duidelijk dat wie dat denkt zijn Bijbel niet goed gelezen heeft. Ook getuigt de vraag van onvoldoende besef van welke diep ingrijpende gevolgen geslachtsgemeenschap heeft voor betrokkenen: persoonlijk, sociaal en maatschappelijk. Volgens de belijdenis van de Kerk kun je Gods wil kennen via de natuur en de Schriftuur (Nederlandse Geloofsbelijdenis artikel 2). Dat blijkt ook hier.

Toch is die vraag of het ”mag”, zolang we het maar goed bedoelen, wel begrijpelijk in onze tijd. In de wetenschappelijke theologie wordt de Bijbel immers niet meer gezien als gezaghebbend Woord van God. Nederlandse universiteiten spreken tegenwoordig liever van religiewetenschap, waarbij de Bijbel gezien wordt als een feilbaar product van godsdienstige mensen. Daarmee kun je iets doen als het je inspireert. Religiewetenschappers zijn dan ook vooral een spreekbuis voor de eigen cultuur en zeden. Voor zover de Bijbel daarbij past, mag hij meedoen. Dat is een nieuwe manier van Bijbellezen, die soms ”nieuwe hermeneutiek” genoemd wordt. Ten diepste doet men niet aan uitleg van de primaire bron, maar aan betekenistoekenning vanuit de eigen tijd.

Spreekbuis

Wie wetenschappelijke artikelen raadpleegt, ziet dat voor internationaal gewaardeerde theologische vaktijdschriften de vrije seksuele moraal van onze samenleving normatief is. Orthodoxe lezingen van de Bijbel op het gebied van (homo)seksualiteit en genderisme worden niet gepubliceerd.  De standaardopvatting die wel ‘mag’, luidt ongeveer als volgt: Overspel blijft natuurlijk niet netjes, je hebt het immers anders beloofd en moet om je gezin denken, maar als je vrijgezel bent en seks wilt hebben met een andere single die dat ook wil, zou de Bijbel niet in de weg mogen staan. Zolang je er geen geld voor vraagt of deelneemt aan een heidens godsdienstig ritueel, moet het allemaal kunnen.

Deze voor Bijbelvaste lezers wel zeer bevreemdende opvatting werd in 1972 voor het eerst onder woorden gebracht door socioloog en voormalig priester Bruce Malina in het tijdschrift Novum Testamentum . Wie terugblikt op deze opvatting, moet constateren dat die meer zegt over de vrije moraal die vanaf de jaren zeventig zijn intrede deed dan over de inhoud van de Bijbel. Voor de twintigste eeuw zou geen enkele onbevangen joodse of christelijke Bijbellezer bij het lezen van Mozes of Paulus ooit tot die conclusie gekomen zijn.

Toch kwam deze omslag niet onverwacht. De maatschappij was gaan denken vanuit de normativiteit van het eigen gevoel en in de theologie heerste inmiddels de Schriftkritiek. Sinds Malina zijn de opvattingen zelfs geradicaliseerd. Wie bladert door het gezaghebbende tijdschrift van de Society of Biblical Literature, waar ik als bijzonder hoogleraar ook actief lid van was, ziet dat mijn collega’s vinden dat je in de Bijbel ook als prostitué eerlijk je brood kon verdienen ( Kyle Harper ), of dat het volgens de Schrift prima is om met je slavinnen naar bed te gaan als dat zo uitkomt ( Jennifer Glancy ).

Duidelijk

Dat religiewetenschappers tegenwoordig zulke vrije opvattingen huldigen, komt door een nieuwe manier van lezen en niet door de inhoud van de Bijbel als zodanig. Zeker niet zoals die tot ons komt vanuit de joodse en christelijke traditie.

Wat de joodse leer betreft: Rabbi Maimonides, een van de invloedrijkste rabbijnen, was van mening dat verloofden die geslachtsgemeenschap hadden, gegeseld moesten worden. Bepaald geen onschuldig vergrijp dus en  een duidelijk antwoord op de vraag aan het begin van dit artikel.

Dan viel het in de kerk nog mee. Daar werd je niet gegeseld, maar moest je wel in het openbaar schuld belijden. Tot in de twintigste eeuw was dit in de kerk verplicht. Meestal gebeurde dit omdat het meisje zwanger geraakt was en daarmee de zonde aan het licht kwam. De schuldbelijdenis was dan ook vanwege de geslachtsgemeenschap, die volgens de kerk alleen in een wettig huwelijk thuishoorde. Al met al was de Bijbel voor onze voorouders op dit punt best duidelijk.

Geen misverstand

Daarbij kwamen de opvattingen van onze gelovige voorouders niet uit de lucht vallen. Malina baseerde zich voor zijn vrije moraal op de uitleg van één woordje in het Oude Testament. Als iets geen ”hoererij” (”porneia”) was in strikte zin, zou het zogenaamd mogen. Maar er zijn in de Bijbel meer dingen op seksueel gebied die niet mogen. Bovendien negeerde Malina dat het Nieuwe Testament het woord hoererij ook in de zeer brede zin van ”seksuele ontucht” gebruikt. Wie meent dat de apostel Paulus het prima vond om met een hoer naar bed te gaan, zolang ze er maar geen geld voor vroeg en het niet voor een afgod deed, heeft behalve van het Nieuwe Testament ook zeer weinig van de moraal van het vroege christendom begrepen.

Echter, ook het Oude Testament is niet voor tweeërlei uitleg vatbaar. Deuteronomium 22:13-21 is klip-en-klaar. Als een meisje bij haar trouwen door eigen schuld geen maagd bleek te zijn, moest ze door de plaatselijke gemeenschap gestenigd worden. De Thora noemt die zonde ”hoererij in het huis van haar vader”. Of de seksuele gemeenschap plaatsvond voor of na de verloving met de man waarmee ze zou trouwen, was niet van belang. De buitenhuwelijkse promiscuïteit (het onderhouden van wisselende seksuele contacten) was de reden voor de doodstraf.

Rein

Hoewel uit de Bijbel duidelijk is dat doodstraffen voor seksuele overtredingen dikwijls niet uitgevoerd werden (denk aan koning Davids overspel), is er geen misverstand over de zondigheid ervan. Dat blijkt ook in de passage over de zondige vrouw in Johannes 8, waarin de situatie van Deuteronomium resoneert. „Ga heen en zondig niet meer” (Johannes 8:11) laat zien dat zonde altijd verkeerd blijft en nooit goedgepraat kan worden. Ook niet door nieuwe hermeneutiek.

Wel laat de houding van de Heere Jezus zien dat we juist bij dit onderwerp een toekomstgerichte houding mogen hebben. We mogen heengaan en breken met de zonde. Dat geeft niet alleen hoop voor zondaren, maar ook motivatie voor een rein leven, juist in onze geseksualiseerde tijd. Laten we aan de Heere en onze naaste zien dat we er echt spijt van hebben? Dan is er een belofte: vergeving en reiniging (1 Johannes 1:9).

De auteur is als ethicus verbonden aan het Hersteld Hervormd Seminarium (VU Amsterdam), lid van de vakgroep Bijbelwetenschappen aan de theologische faculteit van Potchefstroom (NWU) en lector bij Bijbels Beraad M/V.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer