PolitiekNaval-IHC
Deining om onderzeeboot nog niet voorbij

De kogel is door de kerk. Met de keus van het kabinet voor Franse onderzeeboten is de deining over de miljardenorder echter nog niet voorbij.

Een verouderde onderzeeboot van de Walrusklasse. beeld Defnsie
Een verouderde onderzeeboot van de Walrusklasse. beeld Defnsie

Nederland werkt al tien jaar aan vervanging van vier sterk verouderde onderzeeboten in de Walrusklasse. Met de vrijdag officieel bekendgemaakte keus van het kabinet wint de Frans-Nederlandse combinatie Naval-IHC de race. Het Zweeds-Nederlandse Saab-Damen en het Duitse ThyssenKrupp vissen achter het net.

Wat maakt de vervanging van de onderzeeboten zo bijzonder?

De bouw van vier nieuwe onderzeeboten dreigt op te lopen tot een slordige 4 tot 6 miljard euro. Daarmee gaat het om een van de grootste wapenorders uit de Nederlandse geschiedenis.


Verder zijn de economische belangen groot. De Nederlandse maritieme industrie probeerde afgelopen jaren met man en macht de order –of delen daarvan– binnen te hengelen.

De keus voor Saab-Damen leek jarenlang een gelopen race. Vanwaar die omslag?

Vijf jaar geleden waren Defensie en de regeringspartijen VVD, CDA en CU vóór Zweeds-Nederlandse onderzeeboten. Tijdens de NAVO-top van 3 en 4 december 2019 in Londen zou de Franse president Emmanuel Macron bij premier Mark Rutte hebben aangedrongen de keus voor Saab-Damen uit te stellen, blijkt uit onderzoek van de Volkskrant. Eind 2019 besloot de ministerraad de drie consortia een offerte te laten uitbrengen.

Maakt het voor de Nederlandse maritieme industrie nou zoveel uit: een Franse onderzeeboot of een Zweedse?

Dat is officieel niet bekend; de offertes zijn geheim. In de maritieme industrie leeft echter de vrees minder te profiteren van een Franse onderzeeboot dan van een Zweedse. Het Franse Naval, voor 85 procent in handen van de staat, zou de bouw vooral zelf willen uitvoeren, ook al schakelen de Fransen nu tien Nederlandse bedrijven in. De maritieme industrie vraagt zich af of in hoeverre die inzet is gegarandeerd en of er boetes staan op het niet nakomen van gedane beloftes.

Overigens is niet alleen de bouw van de boten, maar ook het onderhoud en noodzakelijke updates in de toekomst van belang. De bouw duurt pakweg tien jaar, het onderhoud dertig jaar, waarmee ook pakweg 4 tot 6 miljard is gemoeid. Een klant die niet bij de bouw is betrokken, kan ook geen onderhoud uitvoeren.


Gelijktijdig met het uitlekken van de keus voor de Fransen werd bekend dat Defensie fregatten en amfibische transportschepen wil laten bouwen door Damen. Zit daar een dealtje achter?

Dat is niet uitgesloten. De timing van het nieuws over onderzeeboten én fregatten is opvallend. Voor de maritieme sector voelt het alsof er achter de schermen een dealtje is gesloten; hard te maken is dat niet.

Het kabinet kiest nu voor de Fransen. Is het daarmee een gelopen race?

Nee, officieel niet. De Tweede Kamer moet er nog mee instemmen. Hoe die politieke besluitvorming uitpakt, laat zich lastig voorspellen.

Het kabinet heeft nog wel iets uit te leggen. De keus voor de Fransen is tot stand gekomen na een langdurig afwegingsproces. Niet duidelijk is welke criteria precies zijn gehanteerd en welke het zwaarst hebben gewogen. Het proces zal altijd in nevelen blijven gehuld, omdat er bedrijfsgevoelige informatie en staatsgeheimen een rol spelen.

Verder gaat het kabinet in tegen een initiatief uit 2022 om de Noord-Europese maritieme industrie te stimuleren, waarvan Nederland een kartrekker is.

Hoe lang kan de marine nog wachten op nieuwe boten?

Niet lang. Het water staat de marine aan de lippen. De nieuwe onderzeeboten hadden al in 2031 moeten uitvaren. De eerste boot loopt nu waarschijnlijk pas tussen 2034 en 2037 van stapel. Door de jarenlange vertraging dreigt de zeemacht enkele jaren niet met onderzeeboten te kunnen opereren. Een spookscenario voor de marine.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer