De dichter is ver van huis. Hij is niet in het vertrouwde Sion. Hij is in het noorden van het Overjordaanse. Misschien is hij wel in het Hermongebergte, waar de Jordaan ontspringt. Daar kun je bij helder weer een glimp van Sion opvangen. De dichter voelt zich alleen. Er wordt hem onrecht aangedaan. Hij kan niet naar het heiligdom en vijanden vragen hem spottend: Waar is je God?
Hij brengt zijn verdriet bij de Heere. Hij noemt God zijn Sterkte. „Doe mij recht, o God, en twist Gij mijn twistzaak.” Maar het lijkt wel of Zijn gebed niet wordt gehoord. Waarom toch? Hij bidt toch voor een rechtvaardige zaak?
Is God hem vergeten? Hij voelt zich alleen en verlaten. Alles is duisternis. Ervaart u duisternis? Dat doet pijn vanbinnen. Het lijkt alsof de Heere niet dichtbij is. Door beproevingen en de moeiten kan dat zo voelen. Of Bijbellezen lukt niet meer. We missen de beleving van Zijn gunst. Wat hebben we dan nodig? De dichter gaat ons voor in een ootmoedig smeekgebed: „Zend Uw licht en Uw waarheid.”
Hij bidt om licht. Licht verdrijft de duisternis. De duisternis van angst en verdriet, maar ook van moedeloosheid. Licht geeft hoop en uitkomst. Daar ziet de dichter naar uit. Hij vraagt om verlossing, want hij ziet geen uitweg. Eigenlijk vraagt hij om de Heere Zelf, om het licht van Gods aangezicht. Wat is dat? Dat God niet toornig op ons is, maar Zich met Zijn genade naar ons toewendt. Dan is het licht. Al voelen we dat de Heere ver weg is. Dat voelde de dichter ook. Sion was immers ver weg. Maar als het licht van Gods vriendelijk gezicht nu maar over hem gaat, dan is het goed. Dan heeft hij hoop en moed. Dan kan hij weer verder. Dan mag hij weten dat de Heere er toch bij is.
Hij bidt ook om waarheid. Het Hebreeuwse woord dat hier wordt gebruikt is ”emet”. Ons woord ”amen” is daarvan afgeleid. Het zal waar en zeker zijn. God is trouw aan Zijn Woord en verbondsbeloften. Als God hem omringt met Zijn trouw, dan kan hij niet verloren gaan. Dan zal God hem niet verstoten. Nee, de Heere houdt trouw tot in der eeuwigheid.
„Zend Uw licht en Uw waarheid.” Gods licht en waarheid komen van boven. Zenden is hier het tegenovergestelde van inhouden. Hij bidt: Heere, houd Uw licht en Uw waarheid niet in, maar stort die overvloedig uit. Dat gebed is op bijzondere wijze verhoord in en door de Heere Jezus Christus. Hij is van de Vader gezonden, losgelaten. Hij kwam in onze duisternis en werd van God verlaten. Hij verlaten, opdat wij nimmermeer verlaten zouden worden. Hij is Licht en Waarheid in eigen Persoon. Die Hem volgt, zal in de duisternis niet wandelen.
Hij is de Weg, de Waarheid en het Leven. Daarom is er hoop voor iemand die voelt dat God niet dichtbij is. Zeg in uw persoonlijk gebed de woorden van de dichter maar na. In die weg wordt het licht en zult u ervaren dat het waar is: „Hij is de menigvuldige Verlossing mijns aangezichts, en mijn God.” De Heilige Geest geeft u oog voor Zijn licht en waarheid, die als reflectorpalen in de duisternis u op de weg naar Sion houden, waardoor heimwee zal overgaan in thuiskomen.
„Zend Uw licht en Uw waarheid.”
Psalm 43:3
