Parttimer Jan-Brand Mastenbroek zou graag meer uren draaien
Meer dan een miljoen Nederlanders behoren tot het zogeheten onbenut arbeidspotentieel, meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vorige maand. Deze groep bestaat niet alleen uit werklozen, maar ook uit parttimers die graag meer zouden willen werken.
Jan-Brand Mastenbroek (25) uit Lunteren behoort tot die laatste categorie. In december ging Mastenbroek aan de slag als Helpende Plus bij verzorgingstehuis Dennenhorst in Veenendaal. Daar heeft hij geen moment spijt van gehad. „We hebben een leuk en hecht team. En ook met de bewoners heb ik een goede band. Ik merk dat ze aan me gehecht zijn.”
Op een normale werkdag brengt Mastenbroek veel tijd door met deze –vaak dementerende– bewoners. Zo helpt hij ze met aankleden, brengt hij de maaltijden en doet hij de was. „Ik help de mensen dus met het ‘normale’ leven. In het weekend doen we vaak een leuke activiteit, zoals een gymoefening of een geheugenspel. Het is erg mooi werk om te doen.”
Het enige waar het aan schort is het aantal werkuren. De Lunteraan heeft een contract voor 28 uur, maar wat hem betreft worden dat er 32. „Vier uur extra lijkt niet zo veel, maar per maand heb je het dan toch over zestien uur. Ik zit nu in een fase van m’n leven dat ik het geld goed kan gebruiken.”
Starter
Op dit moment huurt Mastenbroek een bovenwoning, maar hij zou graag een appartement willen kopen. „Als starter is het al moeilijk genoeg om aan een koopwoning te komen. Maar als ik door meer te werken meer kan verdienen, worden mijn kansen wel groter. Daarnaast heb ik ook nog een studieschuld die ik graag zou willen aflossen.”
Daarom gooide hij een balletje op bij zijn werkgever. Die hield de boot alleen af. Omdat Mastenbroek een chronische ontsteking aan zijn dikke darm heeft, durfde de manager het niet aan om hem meer te laten werken. Daar snapt Mastenbroek niet veel van. „Ik draai vaak genoeg overuren, hij zou dan toch moeten zien dat dat me goed afgaat.”
Van het ziekenhuis krijgt Mastenbroek groen licht; volgens de artsen gaat het zo goed met zijn gezondheid, dat hij makkelijk meer kan gaan werken. Toch durft zijn werkgever in Veenendaal het niet aan. Daarom werkt de Lunteraan de gewilde vier extra uren bij verpleeghuis Norschoten in Barneveld.
Mastenbroek is blij dat hij twee banen kan combineren, maar hij vindt het verre van ideaal. Zo is het soms nog weleens puzzelen in de agenda om aan de wensen van beide werkgevers te voldoen.
Maar dat is niet het grootste probleem, legt hij uit. „Het is aantrekkelijker om bij één werkgever te werken, want ik krijg geen loonheffingskorting op mijn tweede baan. Dat kost me zo’n honderd euro in de maand.”
Daarom hoopt Mastenbroek zijn werkgever in Veenendaal alsnog zover te krijgen om meer uren te mogen werken. „Het is mij te makkelijk om dan maar meteen ander werk te zoeken. Ik heb het daar erg naar mijn zin, dus ik geef het niet zomaar op.”
Studieboeken
Als hij wekelijks 32 uur zou kunnen werken, is zijn werk-privébalans helemaal in orde. Mastenbroek kan dan meer verdienen dan nu én hij houdt voldoende vrije tijd over om bijvoorbeeld door te leren.
Op termijn wil de Lunteraan nog eens de studieboeken induiken. „Ik zou over een paar jaar graag ambulancechauffeur willen zijn. Maar daarvóór wil ik veel ervaring hebben opgedaan in de zorg. Dat is voor mij nog een belangrijke reden om meer uren te willen draaien in het verzorgingstehuis in Veenendaal.”