„Objectiviteit lhbti-index voor kerken aanvechtbaar”
De objectiviteit van de deze maand verschenen ”regenboogindex” voor kerken is „aanvechtbaar”, stelt drs. P. J. Vergunst.
De algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond binnen de Protestantse Kerk in Nederland schrijft dat deze week in het weekblad van de bond, De Waarheidsvriend. Ook stelt hij vragen bij de rol van de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) bij de totstandkoming van de index.
De PThU presenteerde begin mei een lhbti-index waarmee kerken beoordeeld worden op de vraag hoe „inclusief” zij zijn voor onder meer homoseksuelen en transgenders. Het onderzoek werd uitgevoerd in samenwerking met lokale christelijke lhbti-groepen. Daaruit ontstond een ranglijst van 46 Europese kerken.
Vergunst noemt het „tragisch als de PThU zich inlaat met een actueel maatschappelijk debat en voor velen relevante vragen zónder het eigene van gereformeerde of protestantse theologie te honoreren.” Ook mist hij het gebruik van de Bijbel „als een normatief instrument om genderrollen te definiëren.”Discriminatie
Als door de index geweld en discriminatie binnen kerken richting lhbti-gemeenteleden aan het licht komen, is dat „van veel betekenis”, schrijft Vergunst. Hij stelt echter vragen bij de in het onderzoek gebruikte definitie van discriminatie. „Dat het Woord van God het huwelijk ziet als de levensverbintenis van één man en één vrouw, geeft een beslissend onderscheid met het homohuwelijk. Anders kijken naar een man-vrouwrelatie dan naar een relatie van twee mannen, is geen discriminatie. Het gaat immers niet om gelijke dingen.”
De stelling van de PThU dat met dit onderzoek voor het eerst „objectieve informatie” over dit thema beschikbaar is, noemt Vergunst „aanvechtbaar.” „Hoe kun je op basis van persoonlijke meningen van mensen uit de lhbti-gemeenschap tot objectieve uitspraken komen?”
Bij het advies in het rapport aan kerken om „lhbti-stellen te ondersteunen als ze kinderen adopteren en opvoeden” rijst volgens Vergunst de vraag „met welk mandaat de universiteit van de Protestantse Kerk tot deze aanbeveling komt.” De secretaris wijst op „het intolerante klimaat naar degenen die in hun visie op huwelijk en relaties de doorgaande lijn in de Bijbel vasthouden.” Als voorbeeld noemt hij recente voorvallen in Europa, zoals de ophef rond de Duitse voorganger ds. Marcus Piehl.