„De kerk op Cuba bloedt én bloeit”
De kerk in Cuba is schatrijk, aldus ds. W.L. van der Staaij. „Niet in materiële zin, want de omstandigheden zijn erbarmelijk. Maar ondanks die armoe bewaart de Cubaanse kerk de schat die in Christus is.”
Ds. Van der Staaij, voorzitter van de stichting Spaanse Evangelische Zending (SEZ), zei dit zaterdag in zijn openingswoord van de jaarlijkse SEZ-zendingsmiddag. De bijeenkomst, in het kerkgebouw van de hersteld hervormde gemeente in Hardinxveld-Giessendam, werd bijgewoond door bijna 200 belangstellenden. Het thema luidde ”De schat in aarden vaten, opdat de uitnemendheid der kracht uit God zou zijn en niet uit ons”.
„De kerk van Cuba bloedt én bloeit”, zegt ds. Van der Staaij ter inleiding op het thema. „Enerzijds is er veel materiële nood en verwarring en dwaling, maar anderzijds ook een ongekende honger naar Gods Woord. God bouwt Zijn Koninkrijk wereldwijd, ook in Spanje en in Cuba, de landen waar de SEZ actief is. Bijzonder veel zegen is er onder de Bijbelcursussen die met steun van de SEZ worden verspreid.”
Regenval
H.O. van de Ridder, de SEZ-bureaumanager, informeert over Cuba, waar veel belangstelling blijkt te zijn voor de SEZ-Bijbelcursussen, en Spanje, waar naast de steun voor het IBSTE, het Theologische Instituut, veel hulp werd verleend in het door regenval getroffen gebied rondom Valencia. De Ridder: „Cuba verkeert in de grootste economische crisis sinds tijden. Behalve gebrek aan alles hapert de elektriciteitvoorziening, zodat de Cubanen meestal twee uur stroom per dag hebben.”
Zendingsteam
Twee Cubaanse predikanten spreken op de SEZ-zendingsmiddag, maar willen liever niet met naam in de krant en worden daarom als ”broeder José” en ”broeder Enrique” aangeduid.
Broeder Enrique, die coördinator is voor de verspreiding van Bijbelcursussen in het oosten van Cuba, vertelt: „Mijn vrouw en ik en al mijn kinderen zijn betrokken bij dit zendingswerk. Mijn hele gezin beschouw ik als een zendingsteam. Wij zijn interkerkelijk bezig, want de cursussen worden verstuurd naar verschillende soorten kerken en ook naar gevangenen in gevangenissen. De Cubanen zijn in het algemeen leergierig en willen gretig meer weten over de Bijbel en Bijbelse boodschap. Zij sturen ijverig de lessen op, die zij gecorrigeerd terugkrijgen om verder te gaan. Behalve het cursusmateriaal worden ook Bijbels en christelijke lectuur verstuurd. Bij voltooien van de cursus, krijgen de cursisten een getuigschrift.”
„De Cubanen zijn in het algemeen leergierig en willen gretig meer weten over de Bijbel en Bijbelse boodschap” - Broeder Enrique, coördinator Bijbelcursussen
Internet
Tijdens de forumbespreking vertelt broeder José over de eerste contacten met Nederland. Destijds was toegang tot internet niet mogelijk in Cuba. José zocht door middel van handgeschreven brieven contact met evangelist Maarten Aleman. „Het was een wonder dat evangelist Aleman de brief ontving, want veel post vanuit Cuba kwam nooit aan. Toen de SEZ-medewerkers Anton Stam en Jan Haeser broeder José kwamen bezoeken, begonnen de Bijbelcursussen en werd een christelijke bibliotheek opgericht”, zegt de Cubaanse voorganger.
Broeder Enrique, die zich op het westelijk deel van het eiland richt, noemt ook de zegeningen van de Bijbelcursussen. Soms mag ook daadwerkelijk hulp worden geboden als, gesteund door de SEZ en Bijzondere Noden van de Gereformeerde Gemeenten, voedselpakketten worden gegeven aan ouderen en mensen met weinig inkomen. „In de Cubaanse context heeft dit liefdebetoon veel impact en zo worden deuren geopend voor Evangelieverkondiging.”
Broeder Enrique verhaalt welke betekenis de Bijbelcursussen hebben in een land waar geen christelijke boekhandels zijn. Hij heeft 16.300 cursisten die uit alle denominaties komen. Rooms-katholieken, Jehovah’s Getuigen en Zevendedagsadventisten. Volgens Enrique heeft het grote voordelen dat de cursussen nu niet meer vanuit Nederland worden gestuurd, maar vanuit Cuba zelf.