Nog nooit waren er in Wit-Rusland zo lang en zo veel protesten tegen de regering. Dat betekent dat elke voorspelling over het vervolg onmogelijk is. Voorlopig blijft de situatie aanhoudend spannend.
President Loekasjenko is al vaker op vreemde wijze herkozen. Ook toen waren er demonstraties in de hoofdstad Minsk. En ook toen was er in het buitenland verontwaardiging. De eerste week na de (vermoedelijk gefraudeerde) verkiezingen op 9 augustus leek daarom in hoge mate een herhaling van wat we zagen in 2010 en 2015.
Zelf had ik die eerste week daarom niet het gevoel dat er iets totaal nieuws gaande was. Het was wel nieuwswaardig, zoals presidentsverkiezingen altijd nieuwswaardig zijn, zeker als er een luchtje aan zit. Maar pas toen de demonstraties aanhielden en staatsbedrijven begonnen te staken, kreeg ik de indruk dat er een ander draaiboek uit de kast was gehaald.
Inmiddels is duidelijk dat de geest uit de fles is. Het lijkt er niet op dat de oproerpolitie de ontevreden mensen nog naar huis kan jagen. Niemand weet hoe het land er over een week bij ligt. Oppositiekandidaat Svetlana Tichanovskaja heeft in een video opgeroepen door te gaan met de protesten. Dat is natuurlijk ironisch. Onder het mom van ”opgeruimd staat netjes” dachten de Wit-Russische veiligheidsdiensten af te zijn van Tichanovskaja door haar uit te wijzen naar Litouwen. Maar dat was buiten de moderne tijd gerekend. Door video’s kan ze nog altijd tot de menigte blijven spreken.
Het ligt voor de hand dat veel demonstranten de oproep van Tichanovskaja zullen opvolgen en de komende weken op de straat blijven. Velen zullen denken: dit is het moment; deze kans krijgen we nooit weer.
Maar Loekasjenko zal dat wellicht niet op zijn beloop laten. Wit-Rusland is al sinds jaar en dag een politiestaat, net als alle communistische landen. Vrijwel alle regimes die beginnen in naam van hervormingen, eindigen op een zeker moment in een conservatief bolwerk, dat alleen met geweld overeind kan worden gehouden. De les daaruit is dat de samenleving niet geschikt is om mee te experimenteren.
Zoals een pianist zich het best voelt achter het klavier, zal ook Loekasjenko het instrument gebruiken dat hij het best kent: de harde hand. De oppositie kan proberen in gesprek te komen over zijn toezegging om eventueel na een referendum te vertrekken, maar zonder garanties op een goede uitkomst.
In Oekraïne verklaarde het hooggerechtshof eind 2004 de presidentsverkiezingen ongeldig. Die moesten worden overgedaan. Dat was een mooie oplossing. Het was de rechtsstaat die zichzelf reinigde. Bovendien had de president geen keus; hij kon niet om de rechter heen.
Dat lijkt zich in Wit-Rusland niet te herhalen. De vraag is of er een andere instantie is die Loekasjenko zou kunnen corrigeren. Velen kijken daarvoor naar de Russische president Poetin. Maar het is de vraag of hij hier brood in ziet.
Poetin houdt ervan buurlanden te verzwakken. Momenteel doen de Wit-Russen dat zelf, dus daar hoeft het Kremlin niets meer aan te doen. Ook is de oppositie in Wit-Rusland niet echt een bedreiging voor Poetin. In Oekraïne lonkte de oppositie duidelijk naar het Westen, naar de EU en de NAVO. Dat is in Wit-Rusland helemaal niet het geval.
Voor Wit-Rusland geldt de komende week dus: bestemming onbekend.