Verdere beperkingen van het gebruik van consumentenvuurwerk zijn onvermijdelijk. Die conclusie trekt premier Mark Rutte na de jaarwisseling, waarbij anderhalve week geleden opnieuw veel incidenten plaatsvonden.
„Wij vinden dat je niet op de oude voet door kunt”, zei Rutte vrijdag in de persconferentie na de eerste ministerraad van het nieuwe jaar. Tijdens de jaarwisseling werden opnieuw agenten en hulpverleners belaagd. „Het is verschrikkelijk, schandalig, hoe sommige mensen zich gedragen tegen hulpverleners die voor ons allemaal belangrijk werk doen. Daar blijf je van af. Dat werk doen ze voor ons allemaal.”
Wat voor beperkingen er precies komen, dat zei Rutte nog niet. Hij benadrukte dat hier de komende weken gesprekken over worden gevoerd met de politie en brandweer. Die zijn al langer voorstander van verdere beperkingen. Ook de Onderzoeksraad voor Veiligheid pleitte eerder al voor een verbod op knalvuurwerk en vuurpijlen.
Afgelopen zomer werd al besloten om het zwaarste consumentenvuurwerk, in de categorie F3, vanaf 2020 in de ban te doen. „Ik vind dat het daarbij niet kan blijven”, zei Rutte. Concreter wilde hij het niet maken, wel zei hij dat „de ’of’-vraag niet meer aan de orde is”.
Bij het nadenken over verdere beperkingen moet ook worden gekeken naar „de handhaafbaarheid”. Rutte denkt dat het kabinet in de loop van februari „met nadere mededelingen zal komen”.
Dat er op enig moment een totaalverbod komt lijkt Rutte „onwaarschijnlijk”.