Kersvers staatssecretaris Van Oostenbruggen (Fiscaliteit) krijgt op zijn eerste werkdag direct huiswerk mee van de Hoge Raad. De uitspraak heeft mogelijk als gevolg dat een groep van ca. 11.000 gedeeltelijk arbeidsongeschikten duizenden euro’s belastingvoordeel moet inleveren.
Deze groep arbeidsongeschikten moet mogelijk duizenden euro’s belastingvoordeel inleveren. Het is aan staatssecretaris Van Oostenbruggen om een besluit te nemen.
De Hoge Raad heeft vrijdag arrest gewezen in een zaak tussen de fiscus en een zestiger die gedeeltelijk arbeidsongeschikt is. De zestiger zag zich in het najaar van 2019 geconfronteerd met een naheffing van 3000 euro, omdat de inspecteur oordeelde dat hij geen recht heeft op arbeidskorting.
Volgens de gedeeltelijk arbeidsongeschikte is er sprake van fiscale discriminatie. De zestiger vindt het oneerlijk dat hij over zijn uitkering geen arbeidskorting krijgt, terwijl andere gedeeltelijk arbeidsongeschikten dat wel krijgen.
De Hoge Raad oordeelt dat de huidige situatie in strijd is met het discriminatieverbod
Als een gedeeltelijk arbeidsongeschikte zijn uitkering via de werkgever ontvangt, krijgt hij arbeidskorting over de uitkering. Als een tweede gedeeltelijk arbeidsongeschikte zijn uitkering rechtstreeks van het UWV ontvangt, krijgt hij geen arbeidskorting. Dat is het enige verschil, wat de in deze zaak betrokken zestiger een belastingnadeel oplevert van duizenden euro’s per jaar.
Hoewel de zestiger in eerste instantie bakzeil haalde bij de rechter, pakte het oordeel in hoger beroep in zijn voordeel uit. Daar ging toenmalig staatssecretaris Van Rij tegen in verzet, waardoor de zaak bij de hoogste rechter belandde.
Discriminatie
De Hoge Raad oordeelt dat de huidige situatie in strijd is met het discriminatieverbod in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Of de uitkering via de werkgever of rechtstreeks via het UWV ontvangen wordt, is geen reden om fiscaal onderscheid te maken. De hoogste rechter wijst er in het vonnis op dat de arbeidskorting oorspronkelijk alleen bedoeld is voor werkenden.
Deze conclusie betekent echter niet dat alle gedeeltelijk arbeidsongeschikten in aanmerking komen voor rechtsherstel. Het is op twee manieren mogelijk om de fiscale discriminatie op te lossen: enerzijds door alle gedeeltelijk arbeidsongeschikten de fiscale korting toe te kennen, anderzijds door alle arbeidsongeschikten de korting te onthouden. De hoogste rechter vindt dat het aan de staatssecretaris is om daarover te besluiten.
Desondanks geeft de Hoge Raad in het vonnis wel degelijk richting aan de te bewandelen herstelroute. Geen enkele arbeidsongeschikte arbeidskorting toekennen zou „beter aansluiten bij het doel van de arbeidskorting”. Terwijl als alle gedeeltelijk arbeidsongeschikten de korting krijgen, dit „zou leiden tot een moeilijk te rechtvaardigen verschil in behandeling ten opzichte van andere uitkeringen”.
Bestuderen
Een woordvoerder van het ministerie van Financiën laat weten dat de Belastingdienst het arrest en de gevolgen van het arrest uitvoerig gaat bestuderen. Het is op dit moment nog niet duidelijk hoe lang dat gaat duren.
Nadat het hoger beroep was gewonnen door de gedeeltelijk arbeidsongeschikte zestiger, wekte de zaak de belangstelling van de Tweede Kamer. Staatssecretaris Van Rij heeft de Kamer destijds laten weten dat er ca. 11.000 gedeeltelijk arbeidsongeschikten zijn die hun uitkering via de werkgever ontvangen. Als het kabinet besluit om het fiscaal voordeel voor deze groep te laten vervallen, gaan ze er gemiddeld 2300 euro per jaar op achteruit.
Mocht de overheid besluiten om alle arbeidsongeschikten de arbeidskorting toe te kennen, dan kost dit de schatkist jaarlijks 1,6 miljard euro. In dat geval zouden ook volledig arbeidsongeschikten in aanmerking komen voor het fiscaal voordeel.
Staatssecretaris Van Rij wilde destijds geen voorkeur aangeven voor een van beide opties, maar eerst het arrest van de Hoge Raad afwachten. Nu dat er ligt, is het aan staatssecretaris Van Oostenbruggen om een besluit te nemen.