Opinie

Commentaar: Wereld weet niet goed raad met situatie in Irak

De wereld zit met de handen in het haar. De internationale gemeenschap weet niet zo goed raad met de razendsnelle opmars van radicaalislamitische strijders in Irak.

Hoofdredactioneel commentaar
17 June 2014 11:18Gewijzigd op 15 November 2020 11:22
Iraakse politieagenten bewaken de toegang tot Bagdad. Rebellen van de radicaal-islamitische beweging zijn bezig aan een opmars naar de Iraakse hoofdstad. beeld EPA
Iraakse politieagenten bewaken de toegang tot Bagdad. Rebellen van de radicaal-islamitische beweging zijn bezig aan een opmars naar de Iraakse hoofdstad. beeld EPA

Opeens is de term ISIS gemeengoed geworden. Tot voor kort had menigeen nooit van die groepering gehoord. Hooguit wisten we dat ze in Syrië tegen regeringstroepen van president Bashar al-Assad vocht. Of tegen rivaliserende opstandelingen – als het zo uitkwam.

Inmiddels is de schijnbaar onstuitbare opmars van ISIS in Irak een regelrechte bedreiging geworden. Niet alleen voor Irak, maar ook voor het Midden-Oosten als geheel. ISIS heeft al gedreigd na Irak ook Jordanië binnen te trekken. En ook daar zal de beweging spontane medestanders vinden.

Dat maakt precies de kracht van ISIS uit. Normaal gesproken heeft een oprukkend leger wel even tijd nodig om de bezetting van steden te consolideren alvorens een veroveringstocht voort te zetten. Bij ISIS lijkt daar nauwelijks sprake van. Gaandeweg de opmars sluiten zich sympathisanten bij de opstandelingen aan, zodat er elke dag nieuwe terreinwinst wordt geboekt.

Die sympathisanten bevinden zich vooral onder aanhangers van wijlen Saddam Hussein. Zij maakten nog het tijdperk mee waarin de soennitische minderheid jarenlang werd bevoordeeld, ten koste van de sjiitische meerderheid. Nu de sjiieten hun getalsmatige aandeel in de Iraakse bevolking politiek hebben verzilverd, is de onvrede onder soennieten alleen maar gegroeid. Niet voor niets hebben zich inmiddels duizenden voormalige officieren uit het toenmalige leger van de Iraakse dictator bij ISIS aangesloten.

Dat werpt de indringende vraag op of de opmars van ISIS nog wel kan worden gestuit. Inmiddels duiken er al berichten op over gevechten rond de Iraakse hoofdstad Bagdad. Dat betekent dat de rebellen al zo ongeveer de helft van het land in handen hebben.

Van het regeringsleger hoeft Irak weinig te verwachten. De troepen van premier Maliki onderscheidden zich tot nu toe vooral door te vluchten voor de naderende ISIS-strijders. Toegegeven, die rebellen zijn geen frisse jongens. De beelden van massa-executies en verhalen over afgehakte handen en onthoofdingen spreken voor zich.

Kennelijk hebben de miljarden Amerikaanse dollars om het Iraakse leger te trainen weinig vruchten afgeworpen. Dat maakt eens te meer duidelijk dat geld geen oplossing biedt voor diepgewortelde etnische en religieuze tegenstellingen.

En dus zijn de ogen van de voor de zoveelste keer geplaagde Iraakse bevolking op de buitenwereld gericht. Washington wikt en weegt. Het stuurt ruim 
200 militairen om de Amerikaanse ambassade in Bagdad te beschermen. Dat staat natuurlijk voorop.

En verder? Misschien worden er drones ingezet. Misschien gaan de Verenigde Staten samenwerken met Iran om ISIS een halt toe te roepen, maar daar hoeven we vooralsnog ook niet al te veel van te verwachten. Intussen gaat de opmars van ISIS door. En is de vorming van een radicaalislamitisch kalifaat aan de grenzen van Europa straks een feit.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer