Koud hadden de bommen in Londen hun verwoestende werk gedaan of van alle kanten viel te beluisteren dat deze terreurdaden niets met de islam van doen hebben. ”Islam = Vrede”, zo klonk het - opnieuw. Hervormd theoloog dr. Sam Janse is er niet gerust op. „Ik zou zo graag het bewijs eens zien.”
Eind vorig jaar mengde de Driebergse predikant (55) zich voor het eerst in het publieke debat rond de islam. Directe aanleiding vormde de kanselboodschap die de synode van de Protestantse Kerk had uitgeschreven na de moord op filmmaker Theo van Gogh en de daaropvolgende brandstichtingen in moskeeën en kerken.
„Ik heb deze kanselboodschap niet voorgelezen”, liet hij weten in Trouw en in het blad Woord & Dienst. In zijn ogen gaf die blijk van een „bedenkelijke generositeit” ten opzichte van moslims, van een „dolgedraaide Bergrede-moraal.” „Dit is een verkeerd signaal. Buiten de kerk is het taboe doorbroken en kunnen er kritische vragen aan de islam gesteld worden. Is het werkelijk zo dat de gewelddadige verspreiding van de islam niets te maken heeft met het wezen en de oorsprong van deze godsdienst?”
In april dit jaar kwam hij, in een groot artikel in Trouw, nog eens op die vraag terug. „Ik geloof dat de conclusie onontkoombaar is. Gebruik van geweld ter verwezenlijking van religieuze doelen is diep in de bodem van de islam verankerd.”
Verklaringen
Meteen na de aanslagen in het Londense openbaar vervoer verklaarde premier Blair dat die weliswaar door moslims waren gepleegd, maar dat hij ook wist dat de meeste moslims op de wereld deze terreurdaden veroordelen. In Nederland lieten de Protestantse Kerk en twee islamitische koepelorganisaties eenzelfde geluid horen. In een gezamenlijke ”verklaring voor de samenleving”, aangeboden aan minister Donner, stelden zij dat „de grote meerderheid van de moslims” geschokt is door terroristische acties als deze. „Dit geweld wordt steeds weer in verband gebracht met hun godsdienst. Bovendien worden deze moordaanslagen uitgevoerd door mensen die zich tot de moslimgemeenschap rekenen. We wijzen hierbij elke vorm van extremisme ten stelligste af.”
Opvallend
„Wat Blair betreft”, zegt dr. Janse, „ik begrijp dat hij als politicus weinig anders had kunnen zeggen. Hij móét wel onderscheid maken tussen gematigde en radicale moslims, een wig tussen hen drijven. Maar laat je vervolgens een wetenschappelijke analyse op zulke uitspraken los, waar kom je dan terecht? Een gematigde moslim zei nog niet zo lang geleden: „Het is toch opvallend. Niet alle moslims zijn terrorist. Maar verreweg de meeste terroristen zijn wel moslim.””
Toegegeven, zegt de nieuwtestamenticus, die samen met zijn vrouw op de kansel in Driebergen staat, „in de koran staan vredelievende teksten. Maar óók teksten die oproepen tot vernietiging van de ongelovigen, van niet-moslims dus. En dan wil ik moslims twee vragen stellen: a) Erkennen jullie dit? en b) Wat doen jullie hiermee? Dat Mohammed B. zich beroept op de koran, is dat terecht? Zo niet, hoe moet de koran dan gelezen worden?”
Er loopt een lijn van Mohammed A. naar Mohammed B., schreef u in Trouw. Wil dit zeggen dat elke moslim in potentie een Mohammed B. is?
„Zo ver wil ik niet gaan. Maar het is wel zo dat elke vredelievende moslim kinderen kan krijgen die zich kunnen beroepen op teksten in de koran die geweld rechtvaardigen. Moslimouders moeten dus niet vreemd opkijken als hun kind een Mohammed B. wordt. Hun profeet, Mohammed, heeft vanaf het begin van zijn optreden gebruikgemaakt van het zwaard om zijn doeleinden te realiseren. Bezoek je het Tokapi-museum in Istanbul, dan vind je daar in een vitrine het zwaard van Mohammed, of wat daarvoor doorgaat. Daarmee onderscheidt de islam zich wezenlijk van het christendom, gaat het hier om een totaal ander paradigma. Je kunt je toch niet voorstellen dat je in een museum in het Vaticaan een zwaard van Jezus aantreft?”
Maar wel een uit de tijd van de kruistochten.
„Daar zitten inderdaad aspecten aan waarvoor wij ons nu schamen. Maar feit is dat christenen inmiddels op alle mogelijke manieren spijt hebben betuigd over deze periode. En dat is iets wat ik in de islamwereld mis. Het is niet gemakkelijk om nog christenen te vinden die de kruistochten niet bekritiseren. Maar het is nog moeilijker om moslims te vinden die de gewapende strijd ter verbreiding van ’het ware geloof’ onder kritiek stellen.”
Ook moslimorganisaties hebben de aanslagen in Londen veroordeeld.
„Aan hun oprechtheid wil ik niet twijfelen. Ik wil zelfs geloven dat zij het menen als zij zeggen dat de islam in de kern vredelievend is. Maar ik zeg erbij: ik zou daar dan zo graag het bewijs eens van zien. Om maar wat te noemen: hoe kan het dan dat christenen in Saudi-Arabië en Iran stelselmatig onderdrukt worden? Waarom is het onmogelijk om in Mekka of Riyad een kerk te bouwen, zo groot als de moskeeën die in het Westen overal verrijzen? Waarom hoor ik onze polderimams nooit eens over het absolute gebrek aan godsdienstvrijheid in veel islamitische landen? Dat zou voor mij een aanwijzing zijn voor hun democratische gezindheid. Maar dit zijn vragen waar ik niet gerust op ben.”
En waarop u het antwoord wel weet?
„Ik wil open vragen stellen. En dan verwacht ik ook eerlijke antwoorden. Maar als die uitblijven, is dat voor mij een veeg teken. Als je aan Abu Jahjah van de Arabisch Europese Liga vraagt: Vind je dat de sharia hier ingevoerd moet worden? dan antwoordt hij niet met ja of nee, maar dan zegt hij: „Dat is niet aan de orde.” En dan zeggen veel christenen: „Zie je wel? Hij vindt van niet.” Maar ik weet bijna zeker dat hij bedoelt: Dat is nú nog niet aan de orde.”
Voor de sharia hoeven Nederlanders niet bang te zijn, zei onlangs een moslima tijdens een debat in Utrecht. Die komt namelijk voor een groot deel overeen met onze grondwet.
„Dat zal waar zijn. Maar de pijn zit ’m nu juist in dat deel waarin hij niet met de grondwet overeenkomt: steniging van vrouwen die overspel hebben gepleegd, de doodstraf op godslastering, handen afhakken.
Om nog even terug te komen op de godsdienstvrijheid in moslimlanden: in Woord & Dienst heb ik een aantal jaren geleden een artikel geschreven over de dialoog tussen christenen en moslims. Daarop kwam een reactie van een imam. Hij zei: Er zíjn geen christenen in Saudi-Arabië. Op zo’n moment denk ik: Wat ís dat nu? Weet hij echt niet dat er honderdduizenden christenen wonen?”
Relativisme
Veel progressieve christenen reageren echter op een vergelijkbare manier, weet dr. Janse inmiddels. „Daar kunnen dan verschillende dingen achter zitten. Een soort van paternalisme bijvoorbeeld: de ander in bescherming willen nemen - en hem dus niet serieus nemen. Juist door kritische vragen te stellen kan de ander groeien.
Ik constateer ook een ver doorgeschoten relativisme. Soms vraag ik me af of de christelijke partner in de dialoog zelf zijn wortels in het Evangelie wel heeft. Wat ik vaak zie, is dat de islamitische gesprekspartner gelooft in Allah en zijn profeet Mohammed en dat de christen gelooft in de dialoog. Dat levert niets op.
Verder neem ik een chronisch, en uiteindelijk onvruchtbaar, schuldgevoel waar bij veel christenen. Velen menen dat ze eigenlijk niets meer mogen zeggen omdat ze in de achterliggende eeuwen zo veel brokken hebben gemaakt. En natuurlijk, voor een moment kan zwijgen goed zijn. Christenen hébben verschrikkelijke fouten gemaakt, er ligt schuld. Maar je kunt jezelf ook zo ver wegcijferen dat je je eigen identiteit verloochent.
Ik weet van cursussen waarin vooral naar voren komt wat we als christenen en moslims delen. Prachtig, is ook niet te ontkennen. Maar mogen de verschillen en de pijnpunten ook genoemd worden? Pas dan wordt de dialoog vruchtbaar. En daarom heb ik mijn artikelen in Trouw en Woord & Dienst geschreven. Om een steen in de vijver te gooien. Uit een soort boosheid. Omdat er zo veel vragen níét gesteld worden en waarvan het alleen al vanuit psychologisch oogpunt heilzaam zou zijn ze wel te stellen.”
Kunt u drie pijnpunten noemen?
„In de eerste plaats: de islam predikt een Jezus en Die níét gekruisigd. Dat is niet toevallig. De islam kan niets met een profeet die er aan onderdoorgaat. Hij is een religie van de overwinning. Zijn symbool is niet voor niets een wassende maan in plaats van een kruis.
Twee: moslims zien zichzelf graag als afstammelingen van Abraham. En daarbij wordt Izaäk voor de tweede maal geofferd. Want in hun optiek is niet Izaäk, maar Ismaël de geliefde zoon. Daar zou ik zeer kritische vragen bij willen stellen.
Als derde wil ik noemen het geweld dat sinds het begin in de islam zit ingebakken. Zelfkritiek zal voor moslims moeilijk zijn omdat dit geweld zo verankerd is in de koran en in het optreden van Mohammed.”
Veel mensen, constateert dr. Janse, zeggen nu: De islam heeft een eigen Verlichting, een tweede Voltaire nodig. „Zelf zit ik op een andere lijn. Ik denk dat moslims iets van Isa (Jezus, AdH) van Nazareth kunnen leren. Tegelijk voel ik me ook wel eens hun bondgenoot. Soms voel ook ik de pijn die zij voelen als het gaat om het klimaat in het Westen.”
Moslims kunnen iets van Isa van Nazareth leren, zegt u. Gaat u zo ver dat u zegt dat ze niet buiten deze Isa kunnen?
„Dat durf ik wel te zeggen, ja. Ik ben geen relativist. Al pleit ik wel voor bescheidenheid. Ik voel me in dit opzicht thuis bij de stichting Evangelie & Moslims. In haar benadering wordt ruimte gegeven aan de ander, maar wel vanuit een duidelijke verworteling in het christelijk geloof.”
Een moeilijk punt blijven de geweldsteksten in het Oude Testament.
„Daar ligt inderdaad een lastig punt, waar met name reformatorische christenen, met een -hoe zeg ik het netjes- fundamentalistische schriftbeschouwing, tegenaan zullen lopen. Mijn testvraag aan collega’s in dit verband is vaak: Laat je het laatste vers van Psalm 137 wel eens zingen? En wat doe je met het boek Jozua, waarin God opdracht geeft om hele steden uit te roeien: mannen, vrouwen, kinderen? Vraagt God, de Vader van Jezus Christus, dit van mensen? Zelf ben ik van mening dat wij in Jezus Christus een scherper zicht hebben gekregen op wat God wel en niet wil.”
Zullen ’fundamentalistische’ christenen dat niet met u eens zijn?
„Ik vraag mij dat af. Want dan zetten zij toch de klassieke schriftbeschouwing onder kritiek. Is de Bijbel dan niet van kaft tot kaft Gods woord?”
In het essay ”Occidentalisme” stellen Ian Buruma en Avishai Margalit dat voor moslims het -christelijke- Westen de zondige Stad van de Mens is. Na lezing ben je geneigd te denken: De zwarte kousen waren zo verkeerd nog niet.
„Moslims mogen ons óók kritische vragen stellen. En dan moet je constateren dat het nihilisme, het onfatsoen, de uitverkoop van waarden in de samenleving, de kerk niet voorbijgaan. Ik ben echt niet voor een veelheid aan regeltjes. Ook in dat opzicht ben ik afgegroeid van het milieu waarin ik ben grootgebracht. Maar ik zeg wel dat we weer, in alle bescheidenheid, moeten laten zien dat het Evangelie van Jezus Christus een betere weg wijst. Ook in onze levensstijl.”
Hoe ziet u de toekomst van de kerk in Nederland?
„Je hoopt altijd op een omslag. Dat er een moment komt dat mensen zich gaan afvragen: Zou er ook nog iets anders zijn dan carrière, geld, seks? Maar ik weet niet of zo’n omslag er nog komt. Ik hoop het.”
Herhaaldelijk hebt u zich uitgesproken voor de komst van een moskee in Driebergen. In hoeverre gebeurde dit van harte?
„Natuurlijk was het bij mij niet: hoi, hoi, nu komt er een moskee. Het werden er overigens twee. Maar als burger van een rechtsstaat wil ik ook moslims de ruimte geven. Zij wonen hier toch? En zolang zij de weg naar Jezus Christus niet hebben gevonden, moeten we hun ruimte bieden om hun eigen religie te praktiseren. Ik ben wat dat betreft geen SGP’er. Overigens, toen mij de vraag werd gesteld of we als Raad van Kerken in Driebergen deze moskee financieel moesten steunen, heb ik nee gezegd. Dat lijkt schizofreen, maar juist daar ligt voor mij een belangrijk onderscheid tussen islam en christendom. Een zekere tweerijkenleer, een scheiding tussen kerk en staat, heb je nodig. En die tweepoligheid mis ik in de islam node.”
Als de ontwikkelingen doorzetten, is Europa eind deze eeuw islamitisch, zei islamexpert Bernard Lewis vorig jaar in Die Welt. Deelt u zijn analyse?
„Ik weet het niet. Er valt zo weinig over te zeggen. Maar zeg nooit nooit. Als je ziet hoeveel er in de achterliggende tien jaar veranderd is… De vraag is wat de resultante zal zijn van de ontwikkelingen in de moslimwereld zelf. Zet het proces van secularisering, van liberalisering, door? Of juist dat van radicalisering? We zullen het moeten afwachten. Waarbij ik me wel afvraag wat de toetreding van Turkije tot de EU gaat betekenen. Ik maak mij daar zorgen over.”
Nog niet te maken gekregen met bedreigingen?
„Nee. Ik heb ook niet het idee dat de Mohammed B.’s mij op grond van deze artikelen zullen gaan bedreigen. Maar je weet niet waar paranoia toe leidt. Hier vlakbij woont Paul Rosenmöller. Na de moord op Pim Fortuyn hebben er een tijdlang wachtposten voor zijn huis gestaan. Dat zijn toch rare toestanden.”