Waarom lijkt de kerk vooral aandacht voor gezinnen te hebben?
Er zijn veel eenpersoonshuishoudens in Nederland. Maar als je in de kerk komt, lijkt dat een werkelijkheid op afstand. Daar heerst een gezinscultuur.

Voorbeelden in preken hebben daar dikwijls mee te maken. In kerkbodes en in de zondagse voorbeden wordt aandacht geschonken aan huwelijken, geboortes, huwelijksjubilea. Alleenstaanden worden pas vermeld als ze ziek zijn. Bij de kinderdoop zijn mensen zonder kinderen toeschouwers die last kunnen hebben van hun gemis.
Veel gemeenten kennen een opvoedkring en een moederkring. Bestaan er ook gespreksgroepen voor alleenstaanden of echtparen zonder kinderen? Voor weduwen, weduwnaars en alleenstaanden is aandacht in het pastoraat en in de voorbede op zondag. Voor gescheiden mensen is al minder (of geen) belangstelling. Voor nooit-gehuwde alleenstaanden is in de kerk géén belangstelling. Die redden zich wel, denkt iedereen. Er is een enkele uitzondering: in genoemde doopdiensten en op moeder- en vaderdag denkt een predikant in zijn gebed soms aan de mensen die geen kinderen hebben gekregen.
Zielenpiet
Ik begrijp wel dat sommige alleenstaanden zich niet helemaal deel voelen van de gemeente. ”Gemeente” is ”gemeenschap”, maar vooral op zondag leven bijna alle gemeenteleden vooral in hun eigen gezin. Wat op doordeweekse dagen niet zo opvalt, doet dat dus op zondag des te meer. Kijk maar na afloop van de kerkdienst: alleenstaanden lopen of rijden alleen weg en echtparen zonder kinderen gaan samen-alleen naar huis. Bij alle ontmoetingen tussen kerkmensen gaan de spontane gesprekken dikwijls over hun kinderen. Dat is voor mensen zonder kinderen soms heel vervelend.
Niet alle alleenstaanden en mensen zonder kinderen hebben het daar op dezelfde manier moeilijk mee. Ze kunnen tegen een doopdienst opzien, want zij hebben nooit voor in de kerk gestaan met een baby op de arm. Ze kunnen er echter ook tegen opzien omdat er dan weer voor hen gebeden wordt en ze met hun ogen dicht al kunnen voelen dat anderen naar hen kijken als ”ach die mensen die zoveel missen”. Ze zijn bang voor het stigma van zielenpiet.
Koffie
Vanuit de Bijbel gezien, moeten we het probleem nuanceren. God heeft mensen niet voor het alleen-zijn geschapen. Toch is het krijgen van kinderen nooit basis van eeuwig heil. Paulus spreekt zelfs over de gave van het alleen zijn (1 Korinthe 7:7-8). Dat doet hij met het oog op het Koninkrijk van God. Daarmee maakt hij duidelijk dat het gemis, namelijk van een echtgenoot en van kinderen, omgezet kan worden in een kracht.
Ongehuwden en echtparen zonder kinderen zijn op een andere manier vruchtbaar in de dienst van God dan de mensen met een gezin. Iedereen is belangrijk in Gods gemeente en alleenstaanden en echtparen zonder kinderen kunnen daar op een actieve manier vorm aan geven. Ze hebben een gemis. Dat schrijnt. Tegelijkertijd hebben ze volgens Paulus ook een voorsprong in de dienst van God, al wil hij niet overdrijven. Alleen blijven is geen opdracht. Hij wénst dat iedereen zou zijn zoals hij.
Juist op zondag leven bijna alle gemeenteleden vooral in hun eigen gezin
Ik daag mensen zonder kinderen uit om niet aan de rand van de gemeente toe te kijken hoe gezellig anderen het hebben, maar volop deel te nemen aan het gemeenteleven. Ze kunnen zelf investeren in persoonlijke contacten. Het klopt dat veel mensen op zondag uit de kerk snel naar hun eigen gezin gaan en de alleenstaanden of echtparen zonder kinderen voorbij fietsen. Ik denk óók: komen zij ooit op het idee om gezinnen op de koffie te vragen? Ze kunnen wachten tot gezinnen hen uitnodigen. Ze kunnen ook zeggen: „Ik heb zin om een keer voor jullie gezin te koken. Hoe zouden jullie dat vinden? Ik vind het leuk als mensen mij op de koffie vragen, maar ik vind het nog leuker als jullie in mijn huis mijn dag gezellig maken!”
Het leven van gezinnen is prachtig, maar niet volmaakt. Daar gaan ook dingen mis. Het leven van alleenstaanden en van echtparen zonder kinderen is op een andere manier prachtig en evenmin volmaakt. Mensen kunnen elkaar tot steun zijn!

Meeleven
Paulus vraagt om te wenen met de wenenden en blij te zijn met de blijden (Romeinen 12:15). Dat betekent dat gelukkige gezinnen kunnen meeleven met ongehuwden en kinderloze echtparen. Dat betekent óók dat mensen die een gezin missen, mogen genieten van de gezinnen die er zijn (van familie, van vrienden, van mensen uit de gemeente). Wij moeten voortdurend oefenen om ons te kunnen verplaatsen in de ander, gelukkig of minder gelukkig. Vervolgens moeten wij dat omzetten in daadwerkelijk meeleven van twee kanten.
Tot slot geef ik een paar mooie voorbeelden van hoe het er ook aan toe kan gaan. Een echtpaar zonder kinderen nodigt juist alleenstaanden uit op de koffie na de kerkdienst. „Wij hebben even geen behoefte om over kinderen te praten en ondersteunen zo elkaar!” Een alleenstaande vrouw geeft een feest met receptie omdat ze vijftig is geworden. „Ik wil ook een keer iets groots vieren.” Haar predikant houdt tijdens het feest een meditatie. In een Afrikaanse kerkelijke gemeente mogen voor de kerkdienst alle mensen naar voren komen en zeggen wat ze op dat moment te vieren hebben. De een noemt zijn verjaardag, de ander een promotie en een derde een jubileum. Als ze dat gedaan hebben, zegent de predikant hen. Zo komen alleenstaanden, gehuwden met en zonder kinderen allemaal aan bod. Prachtig!
De auteur is voorganger, spreker en schrijver.