OpinieColumn ds. Belder
Narrenvrijheid op het wereldtoneel

Het is vandaag de elfde van de elfde. „Nou en…?” zegt de protestant. „Start van het carnavalsseizoen”, weet de rooms-katholiek. Vandaag presenteert de nieuwe prins zich met zijn raad van elf. Op Aswoensdag is het weer uit met de pret, dan breekt de vastentijd aan. Maar eerst wordt er dan nog drie dagen uitbundig gefeest, zeven weken voor Pasen.

Ds. J. Belder
11 November 2024 11:12
beeld RD
beeld RD

De carnavalsroep ”Alaaf” is een verbastering van het getal elf. Dat is tweemaal één. Ieder is gelijk. Rangen en standen vallen weg. Even geen sociale ongelijkheid. De maatschappelijke orde wordt op de korrel genomen. Carnaval is de wereld op zijn kop, een compleet omkeringsfeest. De toiletjuf kan drie dagen lang als zeemeermin door het leven gaan; comfortabel is anders. De cafébaas kan een kwallenpak aandoen.

De Reformatie wees dit middeleeuwse volksfeest met zijn heidense wortels resoluut de deur. Ook de contrareformatie maakte bezwaar. Eerder protesteerden bisschoppen, concilies en individuele geestelijken al tegen het platte, vaak zedeloze vermaak met zijn drankgelagen. Ondanks de herleving van carnaval in de negentiende eeuw striemde het dagblad De Noord-Brabander in 1864 het feest nog als verwerpelijk.

De vastenbrief van 1822 –die in alle parochiekerken werd voorgelezen– sprak van „de gevaarlijkste dagen voor de zeden; dagen die van het wulpsch Heidendom ons zijn overgebleven, en op vele plaatsen op zijn Heidens doorgebracht worden”. In Tilburg strafte pater dr. Bernard Hafkenscheid in 1857 „carnavalszotten” hard af toen die de geestelijkheid provoceerden door op Vastenavond veel lawaai te maken voor de kerk. Hij beëindigde de dienst en weigerde de sacramenten te bedienen, vanwege de smaad Christus aangedaan. Het maakte diepe indruk. Tilburg was voorlopig genezen van zijn zottenfeest.

Voor de gereformeerde dominee Landwehr stond carnaval in 1925 nog gelijk aan losbandigheid en zwelgpartijen. Na het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) –waarin de bakens werden verzet– maakte het Veertigurengebed plaats voor de carnavalsmis. Ook gereformeerden gaven hun bezwaren tegen carnaval op. In Helmond traden twee protestanten toe tot de raad van elf, een van hen bracht het zelfs tot prins. Het kan verkeren.

Narrenvrijheid. Sommigen eisen die ruimte voortdurend voor zichzelf op. Schaamteloos overschrijden ze fatsoensnormen, stoten grove beledigingen en emotionele oprispingen uit, steken de draak met tegenstanders. Vooral op het wereldtoneel zijn politieke hooligans levensgevaarlijk. Volgens de Spreukendichter valt van dwazen weinig goeds te wachten.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer