Trump dictator „enkel op dag één”?
Een doorkijk naar wat de Verenigde Staten na de presidentsverkiezingen van 5 november mogelijk te wachten staat, is voldoende om ons eigen politieke bestel dicht tegen de borst te drukken.
Het getuigt in rechtse kringen van goede smaak om af te geven op de overheid. Hoe minder ambtenaren, hoe beter. Hebben we na jaren toeven in de linkse woestijn eindelijk een min of meer conservatieve regering, wordt de stem des volks alsnog vakkundig in de weg gezeten door ambtenaren met uitsluitend moeilijke vragen en juridische belemmeringen.
„Absolute loyaliteit wordt het uitgangspunt bij al Trumps benoemingen”
Een ambtenarij die niet gebonden is aan een partij of heersende ideologie is echter zonder twijfel een van de grootste zegeningen van de moderne staat. Een democratie kan simpelweg niet functioneren zonder neutrale ambtenarij die op basis van expertise (niet loyaliteit) gerekruteerd wordt. Daar hoef je niet links of rechts voor te zijn, maar conservatieven zouden deze norm toch zeker moeten omarmen. Al was het maar uit angst voor wanorde en irrationeel beleid onder druk van een voortdurend veranderende publieke opinie.
Strategische posities
Verschillen zijn er altijd geweest tussen het Amerikaanse en Europese model van overheidsorganisatie. De ”Pendleton Act” uit 1883 zorgde voor de invoering van een zogenaamd meritocratisch systeem, waarbij een steeds groter aantal federale ambtenaren in de Verenigde Staten niet langer op basis van politieke connecties maar op basis van bekwaamheid werd geselecteerd. Zo werden kandidaten onderworpen aan een heus staatsexamen, waaruit moest blijken of men geschikt was voor het ambt, ongeacht de politieke kleur van het Witte Huis. Partijpolitieke benoemingen zijn echter altijd gebleven: tot op de dag van vandaag worden zo’n 4000 federale ambtenaren door de president aangesteld, vooral op strategische posities, zoals ambassadeurs, aanklagers en hoofden van agentschappen. In zekere zin past dit bij een presidentieel systeem, waarbij de uitvoerende macht relatief sterk staat tegenover de volksvertegenwoordiging en waarbij het principe ”winner takes all” (wie wint krijgt alles) geldt, waar wij de voorkeur geven aan continuïteit en compromissen.
Donald Trump is erop gebrand om revanche te nemen, zodat zijn clan een smadelijke afgang zoals die na de verkiezingen van 2020 bespaard blijft. Absolute loyaliteit wordt het uitgangspunt bij al zijn benoemingen. Trumps toezegging dat hij geen dictator wil worden behalve „voor één dag” stelt in dat licht bepaald niet gerust. Veelzeggend is dat slechts een handvol ministers uit zijn eerste kabinet zich achter Trumps kandidatuur voor 2024 heeft geschaard. Onder zijn grootste critici bevinden zich oud-stafchefs, generaals en ministers van Defensie, die het dichtst op zijn huid gezeten hebben. De bekende senator Mitt Romney wees onlangs op het gevaar van een tweede termijn voor Trump: „Hij zal niet dezelfde generaals om zich heen hebben, mensen met oordeel en ervaring die zijn impulsen in toom houden. In plaats daarvan krijgt hij mensen om zich heen die zijn impulsen juist aanmoedigen.”
In een democratische rechtsstaat staat niemand boven de wet, ook niet de president. Toch is dat wel wat Trump en de zijnen nastreven: belangrijke denktanks rond de oud-president adviseren om het ministerie van Justitie (hoogste aanklager) en de veiligheidsdiensten onder het directe gezag van het Witte Huis te brengen. Weg met de weigerambtenaar die loyaal is aan de grondwet in plaats van Trump. Kort voor de verkiezingen van 2020 vaardigde Trump ”Schedule F” uit, een decreet dat ervoor zorgde dat het aantal politieke benoemingen van 4000 naar 50.000 zou stijgen. Biden draaide dit terug, maar er hoeft geen twijfel over te bestaan dat een nieuwgekozen president Trump opnieuw zal inzetten op maximale politisering van het federale overheidsapparaat.
Niet voor niets eist de Europese Unie bij toetreding van nieuwe lidstaten stabiele instellingen die democratie en rechtsstaat garanderen. Een ambtenarij die niet loyaal is aan het algemeen belang maar aan de grillen van de heersende macht neemt alle zuurstof weg die nodig is om tot breed gedragen beleid te komen. Beleid dat op geen enkele manier voortborduurt op wat er al ligt en alleen de eigen vingerafdrukken op dossiers duldt, heeft dan ook weinig kans op overleven na een wisseling van de wacht. De bureaucratie als partijpolitieke stammenstrijd naar trumpiaans model opent een permanente cyclus van revanche, waarbij staand beleid door nieuwe machthebbers bij voorbaat bij het grofvuil gezet wordt – want besmet. Laten we de professionele en neutrale ambtenarij zoals wij hier kennen koesteren.
De auteur is politicoloog.