Schrijver Abraham de Vries was bruggenbouwer tussen witte en gekleurde mensen
In Durbanville bij Kaapstad overleed vrijdag 23 augustus de in Zuid-Afrika alom gewaardeerde schrijver Abraham H. de Vries. De laatste drie jaar van zijn leven stonden in het teken van de ziekte van Alzheimer. Plannen voor nieuwe publicaties bleken onrealistisch.
Abraham (Braam) de Vries werd geboren op 9 februari 1937 en groeide op in het plaatsje Ladismith, waar zijn vader (moeder stierf bij zijn geboorte) een boerderij annex winkel met de naam ”Winkelplaas” had. Ladismith ligt in de Klein Karoo, een landstreek met bergen, wijngaarden, graanakkers en struisvogels ten noordoosten van Kaapstad, met Oudtshoorn als belangrijkste stad.
De Vries was verknocht aan de Klein Karoo. De berg ”Towerkop” nabij zijn geboortehuis inspireerde hem tot fantasierijke verhalen. Hij hield van de mensen van de Klein Karoo, die in deze droge wereld moesten ploeteren om te overleven, of ze nu bruin, wit of zwart waren. Het waren zijn mensen.
Deze mensen spelen in hun verbondenheid met de weerbarstige natuur een voorname rol in de talrijke bundels met korte verhalen die De Vries sinds zijn debuut in 1956 publiceerde. Deze bundels hadden titels als: ”Vliegoog”, ”Dubbeldoor” (dubbele eidooier), ”Die uur van die idiote” en ”Maar wie snoei die rose in die nag?”
Als kind luisterde De Vries aandachtig naar de gesprekken die boeren in de ouderlijke winkel voerden. In die verhalen liepen waarheid en verbeelding vaak door elkaar, waarop anderen weer met nieuwe verhalen reageerden.
„Verhalen waren voor Abraham de Vries een noodzakelijk medium om het leven te kunnen begrijpen” - Dr. Hans Ester, literatuurwetenschapper
De verhalen van De Vries hebben vaak een anekdotisch begin over een gebeurtenis in de Klein Karoo en gaan dan de diepte van het menselijk bestaan in, zodat een naam een mens wordt met vragen over de rol van God in het leven. De mensen aan wie de verteller De Vries met name gehecht is, zijn veelal bruine landarbeiders die een geheel eigen Afrikaans spreken.
Kerstverhalen
Tot de mooiste verhalen van De Vries behoren zijn kerstverhalen. Ze zijn gebundeld in het fraai geïllustreerde ”Onder Hoë Sterre”. Een verhaal dat eruit springt, is ”Kerssang by pitlamplig”. Elk jaar schreef de Vries een voortzetting van dit verhaal, dat zich concentreert op de oude traditie in de dorpen van de Klein Karoo waarbij de landarbeiders in de kerstnacht met hun gezinnen langs de boerderijen gaan om liederen ter ere van God te zingen. ”Deernis” van God met de mensen is hier het cruciale woord.
Verhalen waren voor De Vries een noodzakelijk medium om het leven te kunnen begrijpen, in de eerste plaats de situatie waarin de straatarme, gekleurde inwoners van de Klein Karoo verkeerden. Ook zijn ervaringen in Europa verwerkte de Vries in verhalen. Over zijn verblijf in Amsterdam in 1964 en 1965 schreef hij het ”Joernaal uit ’n gragtehuis” met rake observaties, fijnzinnige humor en voortdurende vergelijkingen met het ingewikkelde leven thuis in Zuid-Afrika. Amsterdam bracht hem op nieuwe gedachten en nieuwe verhalen.
De Vries was een bruggenbouwer tussen witte en gekleurde mensen. Hij en zijn vrouw zorgden ervoor dat de „bruine” mensen uit de omgeving van de Winkelplaas schoon drinkwater kregen. Van zijn verbondenheid met de „andere Afrikaners” getuigde ook de tv-documentaire die hij over zijn grote vriend Adam Small maakte, de man wiens gedichten in het Kaaps een felle aanklacht vormen tegen de rassenscheiding van de jaren na 1948.
Nederlandse woorden
Abraham de Vries hield van het Afrikaans in alle varianten en was wars van scheidslijnen. Nederlandstalige schrijvers als Louis Paul Boon, W. F. Hermans en Simon Carmiggelt betekenden veel voor de Vries. Hij kende hen persoonlijk. De Vries doorspekte zijn Afrikaans graag met Nederlandse woorden wanneer die kernachtig en raak waren. Gedichten van Kloos en andere Tachtigers citeerde hij uit het hoofd.
Het was een voorrecht dat ik samen met Abraham de Vries en zijn vrouw Hannie op zondag de diensten in de Nederduitse Gereformeerde Kruiskerk in Pinelands bij Kaapstad mocht bezoeken. De gesprekken bij de koffie met dominee Wynand Nel waren verrijkend.
Dr. Hans Ester was sinds 1980 bevriend met Abraham de Vries en bezocht samen met de schrijver en diens vrouw Hannie diverse keren de onveranderd gebleven ”Winkelplaas” in Ladismith.