BinnenlandFietsongeval

Jongens op fatbike rijden Helena Burger uit Veenendaal omver en vluchten: Ik slaap al wekenlang slecht

Twee jongens op een fatbike reden enkele weken geleden Helena Burger (57) uit Veenendaal omver. Nog altijd heeft ze pijn.

16 April 2025 14:36Gewijzigd op 17 April 2025 19:44Leestijd 5 minuten
Helena Burger uit Veenendaal raakte gewond toen twee jongens op een fatbike haar fiets ramden. beeld Herman Stöver
Helena Burger uit Veenendaal raakte gewond toen twee jongens op een fatbike haar fiets ramden. beeld Herman Stöver

„Ik voelde ontzetting en dacht: dit gaat echt fout”, zegt Helena Burger (57) woensdag, als ze terugblikt op het fietsongeval eind maart.

Op zaterdagmiddag rond 14.00 uur stapt Burger op haar elektrische fiets. Ze is van plan haar moeder in het nabijgelegen Renswoude te bezoeken. Een ritje van een paar kilometer.

Het gaat mis in een bocht op een weg nabij winkelcentrum De Scheepjeshof, in hartje Veenendaal. Een fatbike met daarop twee „buitenlandse jongens van een jaar of zeventien in donkere kleding” rijdt op haar af. „Ik zag hoe de fatbike met grote snelheid de bocht naar links afsneed. Het gebeurde in drie seconden. Je hebt geen tijd om lang na te denken. Ik kon niet naar rechts uitwijken. Daar staan bloembakken. Ik probeerde tevergeefs de fatbike links te passeren.”

De fatbike ramt de fiets van Burger aan de rechterkant. „De mand voorop mijn fiets is helemaal verfrommeld.” Ze slaat tegen de grond, net als de twee jongens. „Ze vielen half bovenop me.”

„Ik vind het verbijsterend dat de bestuurders van de fatbike hun verantwoordelijkheid niet nemen”

Helena Burger, slachtoffer fietsongeval

Terwijl de jongens al snel „opkrabbelen”, blijft Burger met „veel pijn” op straat liggen. „De jongens vroegen me: „Gaat het met u, mevrouw?” Ik zei: „Nee, ik heb veel pijn, ik kan niet overeind komen.”” Al snel ontfermt een toegesnelde omstander zich over Burger.

Berucht

De twee bestuurders van de fatbike vluchten, vertelt Burger. „Kennelijk hoopten ze dat ik zou zeggen: Ik kan overeind komen en ga weer door.” Tot op heden hebben de jongens niets van zich laten horen. „Ik vind dat verbijsterend. Ze veroorzaken een ongeval en nemen hun verantwoordelijkheid niet.”

In het ziekenhuis, waar ze met een ambulance naartoe wordt gebracht en urenlang verblijft, blijkt dat de linkerarm en linkerschouder van Burger fors zijn gehavend. „Ik heb mijn linkerschouder gebroken. Het gaat om een zogeheten proximale humerusfractuur. Die is berucht vanwege de pijn die je er zes tot negen weken van hebt. Gelukkig heb ik mijn schouder als het ware gunstig gebroken. De breuk moet vanzelf genezen, ik kom er zonder operatie vanaf.” Ook liep ze een „kleine breuk” in haar linkerelleboog op én kneuzingen in haar linkerpols en linkerhand.

De eerste week na het ongeval ligt de Veenendaalse moeder van negen kinderen op de bank. „Ik ging maar foto’s uitzoeken. Ook volgde ik online de synode van de Christelijke Gereformeerde Kerken”, zegt Burger, lid van de cgk Renswoude.

Slapen met een pijnlijke arm gaat slecht. „Ik heb nog geen nacht goed geslapen. Ik lig op mijn rug met een kussen als ondersteuning voor mijn schouder.” De pijn was zo groot dat ze tot eind vorige week morfine kreeg toegediend.

Baby

De Veenendaalse is sinds het ongeval nog steeds fors onthand. „Ik kan mijn linkerarm niet gebruiken. In het huishouden heb je twee armen nodig. Me zelfstandig aankleden lukt niet. Omdat ik slecht kan stilzitten, probeer ik bijvoorbeeld was op te hangen aan een laag wasrek. Maar dat valt me best zwaar.” Het „meest jammer” vindt Burger dat haar „omadagen” vervallen. „Ik kan nu geen baby uit bed of de box tillen”, zegt Burger, die vrijwilliger is bij Schreeuw om Leven.

Hulp krijgt ze van haar drie thuiswonende kinderen, andere familieleden, vrienden en gemeenteleden. „Mensen uit de kerk koken bijvoorbeeld drie keer per week. Allemaal lopen ze een stapje harder voor me.”

In de buurt van de ongevalslocatie is cameratoezicht, maar bruikbare beelden van het fietsongeval lijken er niet te zijn. „De politie liet me weten dat de aanrijding zelf niet op beeld is vastgelegd. Van de twee jongens zijn alleen beelden waarop ze op hun rug te zien zijn.”

Bos bloemen

Medio 2016 werd Burger ook al eens op haar fiets aangereden. „Toen verleende een auto me ten onrechte geen voorrang. Ik raakte gewond aan mijn rechterschouder en heb daar nog altijd last van.” De afwikkeling van dat ongeval ging toen heel anders. „De bestuurder van de auto stond dezelfde dag met een bos bloemen op de stoep.”

Helena Burger uit Veenendaal. beeld Herman Stöver

Burger overweegt „ernstig” om voortaan op de fiets altijd een helm te dragen (zie ”Zet een fietshelm op”). „Voor grotere fietstochten, bijvoorbeeld door bloemenvelden, dragen mijn man en ik al een paar jaar een helm. Ik ga nu misschien voortaan ook op kleine stukjes een fietshelm dragen. In Veenendaalse winkelstraten zigzaggen fatbikers tussen de mensen door, hoewel dat niet mag. Je moet superalert zijn.”

Het ongeval heeft forse impact op haar. „Eind vorige week gebruikte ik voor het laatst morfine. Sindsdien voel ik meer emoties. Iedere keer verschijnt op mijn netvlies het beeld van fatbikers die heel hard op me af rijden.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Vond je dit artikel nuttig?

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer