Artikel Clements stemt Van den Brink dankbaar; „wederzijds meer inzicht”
Dr. G.A. van den Brink stelt dat door zijn ontmoeting met ds. G. Clements „wederzijds meer inzicht” groeit. „We zijn er echter nog niet. Wie ”aanbieden” zegt, moet ook ”aannemen” erkennen.”
Het laatste artikel van ds. G. Clements (RD 18-1) stemt mij dankbaar! Dankzij onze ontmoeting groeit er wederzijds meer inzicht. Ds. Clements erkent dat het hypercalvinisme een groot gevaar is en dat het aanbod van genade niet vaak genoeg kan plaatsvinden. Beiden erkennen wij dat de rechtvaardiging het hart is van de reformatorische theologie. Er zit, ondanks eerdere verwarring, vooruitgang in het gesprek.
We zijn er echter nog niet. Wie ”aanbieden” zegt, moet ook ”aannemen” erkennen. Ds. Clements spreekt over de rechtvaardiging van de goddeloze en stelt dan de vraag hoe je een goddeloze wordt. Vandaar zijn nadruk op verbrijzeling. Over de rol van het geloof zwijgt hij. In ons gesprek heb ik hem gevraagd wat volgens hem het rechtvaardigende geloof inhoudt. Alle oude schrijvers (de antinomianen uitgezonderd) stellen dat God slechts diegenen rechtvaardigt (aan de zijde Gods!) die Christus aannemen (Johannes 1:12). Zo spreekt ook Dordt (Dordtse Leerregels I.4). Hoeveel geloofsdaden we ook onderscheiden, zonder Christus aan te nemen zijn wij nog steeds veroordeeld (Johannes 3:36; 1 Johannes 5:12 met kanttekening).
Zondaren komen ertoe de Zaligmaker aan te nemen dankzij de prediking van het Evangelie (Heidelbergse Catechismus 7.20-21). Ds. Clements zegt dat Dordt voor troost naar boven wijst. Dat is onjuist: Dordt wijst naar de Evangelieverkondiging (DL I.16; III/IV.16-17). Daar wordt het Koninkrijk ontsloten: zo vaak wij de belofte van het Evangelie met waar geloof aannemen, hebben wij vergeving van zonden (HC 31.84).
De leer van de rechtvaardiging door het geloof functioneert niet als ik me afvraag hoe ik een goddeloze word. Zij schittert wel als ik weet hoe ik door Christus aan te nemen rechtvaardig ben. Niet de nieuwe mens, maar de Nieuwe Mens moet centraal staan.