Kerk & religieAanval op Israël
De schreeuw en het houvast van de Psalmen

De kerk zingt mee uit het psalmboek van Israël. Over diepten van ellenden, over de wachters op de morgen. De morgen, ach wanneer?

Jeruzalem met uitzicht op de Olijfberg. beeld Henk Visscher
Jeruzalem met uitzicht op de Olijfberg. beeld Henk Visscher

Plotseling komt er beeld bij de woorden die gezongen worden.

„Hij, Isrels Wachter, sluimert niet…”

Nogal wat mensen zeiden dat ze de tranen achter de ogen voelden branden toen ze deze of andere psalmen over Israël zondag in de kerk zongen. Het beeld van terroristen die volstrekt onschuldige Joden afslachtten, schoof voor de woorden. En dan kunnen de vragen niet uitblijven.

Dat de verantwoordelijken in het Israëlische leger blijkbaar sliepen zodat de aanval van Hamas zó ‘succesvol’ kon zijn, dat was duidelijk. Maar Israëls Wachter, Die sluimert toch niet? En dan toch zo veel doden, hoe kan dat?

En hoe zit het met een Palestijnse christen in de Gazastrook die deze woorden uit Psalm 121 leest terwijl de bommen om hem heen neervallen? Of zijn de psalmen uit de Bijbel niet voor Palestijnen, maar alleen voor Joden? Of alleen voor christenen, omdat Joden niet in de Messias, Jezus Christus, geloven?

Alleen het stellen van deze vragen kan al diepe verwijdering geven tussen christenen onderling. En de vragen blijven maar komen. Want waarom raken de beelden uit Israël ons vaak zo veel dieper dan die uit Oekraïne? Is het omdat nogal wat reformatorische christenen zich toch wel heel erg vereenzelvigen met Israël en dan met name met de orthodoxe Joden? En leidt die vereenzelviging soms ook niet impliciet tot het in het middelpunt zetten van onszelf? Wíj zijn het immers die de Bijbel het best begrijpen en uitleggen. Of is dat nu precies de hoogmoed waarover Paulus schrijft in Romeinen 11? Over de takken die zijn ingeënt in de wijnstok Israël en zich vervolgens beroemen tegen de wortel?

Ondertussen lijdt Israël. Lijdt het volk, lijden de Joden, de vaders en de moeders, de kinderen en de baby’s. Slachtschapen, noemen de psalmen ze. Vermoord, alleen omdat ze bij een volk horen waarvan de naam verbonden is met de Naam van God. Geen excuus mag er zelfs maar gedacht of gefluisterd worden als het over de misdaden gaat die de terroristen van Hamas de afgelopen dagen begingen.

En het lijden duurt maar en duurt maar. Al eeuwenlang. Is het alleen al gezien de in bloed gedrenkte geschiedenis niet volstrekt begrijpelijk dat Israël alles doet om dat kleine lapje grond tussen zee en rivier te verdedigen?

Nee, dat betekent niet dat dus alles wat Israël doet ten aanzien van de Palestijnen goed is en verdedigd moet worden door christenen. Waar onrecht is, moet dat door een christen benoemd worden. Omdat God een God is Die recht en gerechtigheid doet op de aarde en het onrecht niet verdraagt. Zéker niet van het volk dat Hij gesteld heeft tot een licht voor andere volken.

We leven mee met het volk van Israël. En we lézen met hen mee. In de woorden van God, die aan hen zijn toebetrouwd. Meelezers zijn we van de visioenen van de profeten. Over bergen die van zoete wijn zullen druipen en van heidenen die naar Jeruzalem zullen gaan om de God van Israël te aanbidden. Van boodschappers die het goede verkondigen, die van vrede spreken, die tegen Sion zeggen dat God Koning is over de hele aarde. En dan kan het niet anders of een christen denkt aan Jezus, de geboren Koning der Joden.

19734827.JPG
De oude stad Jeruzalem, christelijke wijk. beeld Sjaak Verboom.

We zingen mee uit het psalmboek van Israël. En we zingen mee met Joden over de hele wereld die door de rabbijnen zijn opgeroepen de psalmen te reciteren. Over diepten van ellenden, maar ook over de morgen waarnaar wordt uitgezien. De morgen, ach wanneer?

Komt het ooit nog goed? Zullen leeuw en lam ooit samen weiden? Zullen Arabier en Jood ooit samen de God van Abraham, Izak en Jakob loven?

Já, zegt Micha. „En het zal geschieden, te dien dage…”

Hoe? Gods weg is in de zee en Zijn voetstappen worden niet gekend.

Het visioen staat nog uit, maar het wordt vervuld.

„Wachter, wat is er van de nacht?” roept Jesaja. „De morgenstond is gekomen en het is nog nacht.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer