Docenten krijgen hulp bij het lesgeven over de Holocaust. Een zogenoemd steunpunt Holocausteducatie moet de normalisering van antisemitisme op scholen en in de maatschappij tegengaan.
Dat zegt Eddo Verdoner, de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding (NCAB), tegen NU.nl. „Holocausteducatie is een cruciaal onderdeel in de strijd tegen antisemitisme, discriminatie en uitsluiting. Deze donkere periode van onze geschiedenis mag aan geen enkele leerling voorbijgaan.”
Rechts-extremisten proberen volgens hem nu vaak antisemitisme te normaliseren in de maatschappij. „Jongeren zijn daar gevoelig voor.” Als voorbeeld noemt de regeringscommissaris de antisemitische leuzen die rechts-extremisten begin februari projecteerden op het Anne Frank Huis. „Daarom moeten we nu handelen tegen het verspreiden van dit antisemitische gedachtegoed.”
Historicus Ton van der Schans, tot voor kort voorzitter van de Verenging van docenten Geschiedenis en staatsinrichting in Nederland, wijst erop dat de discussie over Holocaustonderwijs een hele oude is. „Tien jaar geleden pleitte Wilders al voor het verplicht stellen van lessen over de Holocaust.” Volgens hem is het echter moeilijk vast te stellen of er op scholen daadwerkelijk te weinig aandacht is voor het onderwerp. „Een havo-leerling die geschiedenis als examenvak heeft, krijgt zo’n vijfhonderd uur les over het verleden. Dat is best veel.” De historicus pleit dan ook „voor minder kwantiteit en meer kwaliteit”.
Hoewel veel scholen volgens Van der Schans op een degelijke manier aandacht besteden aan het onderwerp, maakt hij zich wel zorgen over de plek die de Holocaust krijgt in het onderwijs. „Steeds vaker komt het in het rijtje van slavernij, Black Lives Matter en discriminatie te staan, maar de Holocaust was uniek. In zijn omvang en in de systematische manier waarop het is gebeurd. Behandel de geschiedenis daarover dan ook apart.”
Boerenprotesten
Behalve een steunpunt Holocaustonderwijs, vinden diverse historici dat de onderwijsministers sowieso maatregelen moeten nemen om het vak geschiedenis te verbeteren. In een vrijdag gepubliceerde open brief in dagblad NRC stellen ze dat de lessen in geschiedenis te vrijblijvend, te fragmentarisch en te weinig zijn. Ook Van der Schans ondertekende de brief online.
„Is het dan raar dat bij corona- en boerenprotesten gemakkelijk vergelijkingen met NSB’ers en landverraders worden getrokken? Waarom zijn we verbaasd dat mensen zo weinig weten over de rijke migratiegeschiedenis en het koloniale verleden van Nederland? Wie weet nog dat Nederland een republiek is geweest en wat de scheiding der machten betekent”, vraagt het gezelschap zich vertwijfeld af.
„Historische kennis is geen medicijn tegen extremisme, maar het is wel een noodzakelijke voorwaarde voor een genuanceerde kijk op actuele ontwikkelingen in Nederland en in de wereld”, benadrukken de briefschrijvers. „Zonder historische kennis kan er maar wat geroepen worden. Of het klopt, maakt niet uit. Er is toch vrijheid van meningsuiting?”, schrijven ze.
Hoewel Van der Schans de brief ondertekende, ziet hij geen direct verband tussen de toename van antisemitische uitingen in de samenleving en het volgens sommigen verschraalde Holocaustonderwijs. „Volgens mij is er meer aan de hand. Je lost toenemend antisemitisme niet alleen op met meer geschiedenislessen.”
Wel stelt hij voor om van geschiedenis een verplicht examenvak te maken. „Zeker op het vmbo is nog een wereld te winnen. Daar is geschiedenis een ondergeschoven kindje.” Vaak is het onderdeel van een vak als maatschappijleer. „Scheid die vakken van elkaar.”