Dat oordeelde de Autoriteit Persoonsgegevens woensdag.

Het plan van de staatssecretaris ziet op het functioneren van de Stichting Interkerkelijke Ledenadministratie (SILA), een koppelcentrum tussen de Basisregistratie Persoonsgegevens (BPR) en zeven kerkgenootschappen. Iemand die bij een van deze zeven kerken is ingeschreven heeft in de BPR een zogenoemde SILA-stip, in jargon een afnemersindicatie genoemd.

Wijzigen de adresgegevens van iemand met zo’n indicatie, bijvoorbeeld door een verhuizing, dan komt de informatie over diens nieuwe verblijfplaats via de SILA bij de kerk in zijn nieuwe woonplaats terecht.

Een Kamermeerderheid wilde daar in 2016 een eind aan maken, maar in het regeerakkoord van Rutte III parkeerden VVD, CDA, D66 en ChristenUnie eventuele beperkende maatregelen, in afwachting van een nieuwe, tijdelijke regeling.

Die maakte Van Huffelen eerder dit jaar bekend.

Haar voorstel maakt een onderscheid tussen huidige en nieuwe kerkleden. Voor het uitwisselen van gegevens van nieuwe kerkleden zou voortaan een zware toestemmingseis moeten gelden: dat mag alleen nog als de betrokkene vooraf elektronisch toestemming heeft verleend aan de minister van Binnenlandse Zaken, die verantwoordelijk is voor de BPR.

Voor bestaande leden is de voorgestelde eis veel milder. Daar geldt dat de uitwisseling van gegevens in principe gewoon kan worden gecontinueerd, tenzij de betrokkene aan het ministerie of het SILA te kennen heeft gegeven die te willen beëindigen.

Die eis is volgens de AP niet in de haak, daarom adviseert de toezichthouder Van Huffelen het uitwisselen van persoonsgegevens zonder voorafgaande, expliciete toestemming te staken. De constructie voor nieuwe kerkleden kan mogelijk standhouden, maar de staatssecretaris dient die wel nader te onderbouwen, meent de AP.