Dr. Wallet: Beschuldiging in verraadzaak Anne Frank mist onderbouwing
De conclusie dat de Joodse notaris Arnold van den Bergh in 1944 de onderduikers in het Achterhuis in Amsterdam zou hebben verraden, is gebaseerd op onbewezen vooronderstellingen.
Dat schrijft prof. dr. Bart Wallet, hoogleraar Joodse Studies aan de Universiteit van Amsterdam vrijdag in een recensie van ”Het verraad van Anne Frank” van de Canadese auteur Rosemary Sullivan in deze krant.
Een internationaal coldcaseteam wees de Joodse notaris Arnold van den Bergh aan als degene die in 1944 de familie Frank zou hebben verraden. Sullivan geeft aan voor 95 procent zeker te zijn van deze uitkomst. Dr. Wallet vindt dat de conclusie is gebaseerd op onbewezen vooronderstellingen. De argumentatie voor het aanwijzen van Van den Bergh is volgens hem „zeer onbevredigend” omdat „kennis noch motief noch gelegenheid is aangetoond.” Tegen elk van die punten is zwaarwegende kritiek in te brengen, stelt hij. „De hele argumentatie blijkt een wankel kaartenhuis te zijn dat bij de minste aanvullende recherche ineenzakt.”
Dr. Wallet ontzenuwt de argumenten van het coldcaseteam een voor een. Van den Bergh is volgens hem neergezet als een van de grootste verraders in de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog in Nederland. „Wie met zo’n heftige beschuldiging komt, moet wel met heel sterke argumenten naar voren treden.”