Opinie

Vaccins brengen wereld van maakbaarheid met zich mee

Het lezen van het artikel over het griepvaccin door De Korne en Westerman (RD 3-11) bezorgde ons een ongemakkelijk gevoel. Aan de zorgen van vaccinatieweigeraars wordt in het artikel onvoldoende recht gedaan.

Yke Bauke Eisma en Aart Nederveen
11 November 2020 10:00Gewijzigd op 16 November 2020 20:56
„Medische middelen lijken een uitkomst, maar ze versterken ook onze angst.” beeld ANP, Sem van der Wal
„Medische middelen lijken een uitkomst, maar ze versterken ook onze angst.” beeld ANP, Sem van der Wal

Het gaat ons niet om de discussie over de effectiviteit van het griepvaccin. Laten we gemakshalve veronderstellen dat het griepvaccin ervoor zorgt dat er minder mensen overlijden door griep of dat mensen daardoor minder erg ziek worden. En dat er weliswaar bijwerkingen zijn, maar dat ze meevallen. Waarom zijn er dan toch nog mensen die bezwaar maken?

Hun ongenoegen komt ergens vandaan. Deze houding heeft overeenkomsten met die van gelovigen die er stellig aan vasthouden dat het heelal zesduizend jaar oud is en meer niet. Wetenschappers kunnen alle wetenschappelijke hoeken van de kamer aan hen laten zien, maar achter hun weigering om te geloven in evolutie schuilt meer dan een veronderstelde onbekendheid met wetenschappelijk onderzoek. Ze ervaren dat God wordt ingeperkt en dat maakt hun ziel bedrukt.

De moeite met vaccineren toont overeenkomsten met dit gelovige verzet tegen evolutie. Het is niet altijd goed beredeneerd, maar wie dit ongenoegen alleen met tegenargumenten behandelt, mist daarmee wat de weigeraars echt bedoelen. Dat is namelijk een verlangen dat God primair op een ónmiddellijke manier met ons bestaan te maken heeft.

Naastenliefde

Deze achtergrond wordt in het artikel van De Korne en Westerman niet voldoende gepeild. Hun wereld schijnt overzichtelijk en transparant. Er is daarin een deel dat we kunnen begrijpen. En er is een nog veel groter stuk dat we niet kunnen begrijpen. Het deel dat we begrijpen, is de wereld van het middel en de zogenaamde middelen. Die mogen we onder de zegen van God gebruiken. Maar juist in de splitsing tussen een begrijpelijke en een onbegrijpelijke wereld zit het probleem. Hier moeten we namelijk als mensen eerst zelf een rationeel gefundeerde scheiding aanbrengen. We geven God vervolgens een plaats in de rationele wereld die wij kennen, en daarna kunnen we verder praten. Het beroep op naastenliefde bij vaccineren ligt dan voor de hand. En argumenten tegen vaccinatie kunnen we dan gemakkelijk wegwuiven. Maar de vanzelfsprekendheid waarmee dit gebeurt, is verbonden met de plek die we God hebben gegeven in de wereld van de middelen.

Dit is het eerste bezwaar tegen de suggestie dat naastenliefde een extra argument is voor vaccineren. Een tweede bezwaar behelst het feit dat we met deze wijze van redeneren ziekte als een technisch fenomeen beschouwen. Dat betekent vanzelfsprekend dat er een oplossing beschikbaar is, die door hard wetenschappelijk werken uiteindelijk ontdekt kan worden. In andere woorden: griep, of corona, is in feite een technisch defect aan het lichaam, maar kan door een technische oplossing, namelijk de vaccinatie, worden opgelost. Wie kan daarop tegen zijn?

Blikvernauwing

Wie zich toch ongemakkelijk voelt bij de aan God toegewezen plek in de wereld van de middelen en de reductie van ziekte tot een technisch probleem, staat niet alleen. De middelen hebben ons niet het paradijs gebracht en dat kun je ook buiten de kerk leren. Medische middelen lijken een uitkomst, maar ze versterken ook onze angst. We vragen ons algauw af of ze wel afdoende zijn. Kan het niet nog beter? Hebben we niet meer nodig?

De middelen brengen een eigen wereld met zich mee en die gaat soms wringen. Vaccins kunnen alleen functioneren in een context van maakbaarheid en beheersing. Maar goed zorgen voor de naaste, ook onze zieke naaste, is oneindig veel meer dan zorgen dat je hem of haar niet besmet. Ingeënt zorgpersoneel levert niet per definitie betere zorg. Juist die blikvernauwing wordt in de hand gewerkt door een eenzijdige focus op technische middelen in de zorg. Of we er dan God nog wel of niet bij betrekken, maakt niet zoveel uit.

Geseculariseerd denkschema

Betekent dit dat we dus maar niet moet inenten? Dat volgt niet noodzakelijk. Het gaat ons om iets anders.

Zodra er een schijnbaar logische redenatie ontstaat waaruit blijkt dat inenten nuttig is, of erger, een morele infrastructuur waarin inenten verplicht voelt, is er al oneindig veel gebeurd. Wie dat niet beseft, kan zich onbewust uitleveren aan een geseculariseerd denkschema over ziekte en gezondheid.

Yke Bauke Eisma is promovendus robotica aan de TU Delft. Aart Nederveen is hoogleraar toegepaste MR fysica aan de UvA.

Meer over
Bezinning
Corona

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer