Binnenland

Psycholoog praat nu op afstand met cliënt

Hulpverleners in de ggz maken nu een wandeling met hun cliënt of besluiten te gaan beeldbellen. De coronacrisis maakt een ontmoeting in de spreekkamer onmogelijk. Groepstherapie is al helemaal ondenkbaar. Toch is dit voor de cliënt niet altijd de oplossing.

Anne Vader
4 April 2020 11:32Gewijzigd op 16 November 2020 18:48
Van Abbema. beeld Emily Hambly
Van Abbema. beeld Emily Hambly

Praten over pijn en verdriet tijdens wandeling in het bos

Door de coronacrisis verruilt hij de gesprekskamer voor een bos in de buurt van Barneveld. Simon Anemaet kiest ervoor zijn cliënten te spreken tijdens een wandeling in de buitenlucht – met 2 meter afstand. Normaal gesproken trok de psychosociaal therapeut al weleens de natuur in met mannen of jongens voor wie een uur in de gesprekskamer erg lang was. Maar sinds hij de deur van Praktijk Selah in Barneveld op slot moest draaien, biedt hij die mogelijkheid aan al zijn cliënten.

„Je kunt wel voor een ontsmet kantoor zorgen en tijdens een gesprek voldoende afstand houden, maar mensen zitten dan toch niet rustig”, zegt Anemaet. Wandelen voelt veilig en kan zelfs helend zijn, merkt hij. „Mensen zitten veel binnen en zijn blij dat ze in de vrije natuur mogen spreken over hun pijn, moeite en verdriet.”

Van tevoren zocht hij geschikte plekken met paden die breed genoeg zijn en waar het niet te druk is. Zo spreekt hij geregeld af bij een bos in Voorthuizen. „Je kunt natuurlijk niet helemaal voorkomen dat iemand toch een bekende tegenkomt en zich daar niet prettig bij voelt. Maar ik zoek altijd een wandelroute waar dit niet snel gebeurt.”

Anemaet informeert vooraf naar de conditie van de cliënt en past zijn tempo daarop aan. Bij regen, kou of wind blaast hij de wandelsessie af. De afspraak vindt dan via videobellen of een andere keer plaats.

Stiltes

Beeldbellen ziet hij als een minder goede optie dan samen een park of bos ingaan. „Met een medium ertussen ben je het fysieke contact kwijt. Bij een wandeling proef je de sfeer en merk je hetzelfde als in de gesprekskamer: stress, spanning, kramp, een snelle ademhaling.” Net als de toon waarop iemand praat. „Bij beeldbellen kun je die er wel uit filteren door aandachtig te luisteren. Maar dat vraagt veel focus. Wandelen geeft rust. En juist door beweging in de buitenlucht kan iemand zijn emoties meer loslaten.”

Tijdens een wandeling kun je soms bijna zonder woorden praten, zegt hij. „Stiltes zijn bij beeldbellen veel stiller. In de natuur mogen die stiltes er gewoon zijn.” Dat hij tijdens het lopen de cliënt niet goed kan aankijken, mist de hulpverlener niet per se. „Dat hoeft niet altijd. Soms is het zelfs fijn, zeker als je over gevoelige dingen spreekt.”

De therapeut gebruikt tijdens het wandelen ook beelden uit de natuur. „Gods schepping is zo rijk. Prachtig om daaruit te putten. Pas sprak ik iemand over zijn pijn uit het verleden. Toen we daar liepen, zagen we een boom in bloesem staan. Zo mooi, puur en wit. Ik wees hem erop dat ondanks dorheid toch heling mogelijk is.”

Niet voor iedereen is wandeltherapie geschikt. Sommige cliënten hebben te weinig energie om te wandelen. „Dan val je terug op beeldbellen.” Ook ouders bij wie hij anders langs zou gaan, moeten het daarmee doen. En speltherapie, dat hij inzet bij traumaverwerking bij kinderen, ligt tijdelijk stil.

Zendelingen

Anemaet biedt verder telefonisch een luisterend oor aan zendelingswerkers. Dat voorziet deze periode juist in extra behoefte. „Op het zendingsveld, ver van huis, krijgen zij te maken met het coronavirus. Sommige zendelingen kunnen niet weg en andere komen juist terug. Dat heeft zijn weerslag op hun emotionele gezondheid.”

De psychische zorg staat door de coronacrisis onder druk, ziet de hulpverlener. „Terwijl de behoefte eraan alleen maar zal toenemen.” Hij ziet ook mensen die door de coronacrisis afgeleid zijn en minder bezig zijn met hun eigen nood. „Maar de problemen kunnen zich opstapelen als je in de crisis jezelf tegenkomt of als je verliezen lijdt. Mensen zullen zich sneller somber voelen doordat ze zich moeten terugtrekken. Ook maken ze zich meer zorgen over hun toekomst, baan en gezin.”

Videobellen met psycholoog is soms een beetje slikken

Hulpverlening via een beeldverbinding is even wennen, weet Aukelien van Abbema. De gz-psycholoog bij Eleos spreekt haar cliënten al ruim een jaar uitsluitend via videobellen. Voor het werk van haar man verhuisde ze naar Engeland. „Door regelgeving wordt mijn ggz-registratie hier niet erkend. Het was daarom een mooie oplossing om online vanuit huis te gaan werken voor Eleos, mijn oude werkgever.”

Eleos zette twee weken geleden de meeste live-gesprekken om in contact via videobellen. Alleen voor artsen die een cliënt echt moeten zien, voor bijvoorbeeld medicatie, geldt een uitzondering. Vanuit haar ervaringen hielp Van Abbema collega’s om de digitale hulpverlening op de rit te krijgen.

In het begin kost die werkwijze meer energie dan een face-to-facegesprek, zegt de psycholoog. „Je moet de techniek op orde krijgen, weten hoe het platform werkt. Maar ik vind niet dat een onlinegesprek onderdoet voor een face-to-facebehandeling. Zolang de verbinding goed is, merk ik niet eens zo gek veel verschil.”

Collega’s lopen in het begin vooral aan tegen technische problemen en overbelaste netwerken. „En voor sommigen is videobellen een beetje slikken omdat ze nu eenmaal heel graag live contact hebben met cliënten. Maar dat kan nu niet.”

De psycholoog voorziet haar collega’s van allerhande tips. Zo drukt ze hen op het hart: „Laat je niet afleiden door de techniek. Blijf vooral over de behandeling zelf nadenken. Verplaats je in de cliënt en heb aandacht voor zijn emoties.” Ook gaf ze vorige week een webinar aan collega’s over onlinebehandelingen.

Poes

Vaak denken mensen dat er behalve fysiek ook in gesprekken meer afstand is, maar dat ontkent Van Abbema. „Je hoort dat zelden van cliënten. En anders was het denk ik net zo goed een punt geweest in een face-to-facegesprek. Wie zijn emoties niet zo goed kan verwoorden, heeft daar ook in een behandelkamer last van.” Cliënten zeggen soms dat ze het heerlijk vinden om vanaf de bank in de huiskamer te praten met een hulpverlener. „Ik heb iemand in behandeling die gesprekken voert met haar poes op schoot. Zij wordt daar rustig van.”

De camera heeft soms zelfs voordelen. „Bij relatietherapie kan ik zeggen: Haal je partner er maar even bij. Zo’n echtpaar komt in ieder geval fysiek dicht tot elkaar, willen ze samen in beeld zijn.”

De gz-psycholoog merkt geen verschil in de mate waarin cliënten hun verhaal durven doen. Behalve dan voor mensen die thuis weinig privé hebben of zich niet kunnen afzonderen in een eigen kamer. „Ik kan me voorstellen dat je dan een rondje gaat lopen met headset in.”

Hard werken

Of ze dan niets mist in het contact met haar cliënten, die ze nog nooit in levenden lijve heeft ontmoet? „Niets is een groot woord. Maar ik zou dit niet doen als ik wist dat ik digitaal kwalitatief minder goede therapie kan geven. In Nederland zou ik waarschijnlijk voor een combinatie van hulpverlening via de computer en op kantoor kiezen. Onlinetherapie is best hard werken. Het kost meer energie om iemand te leren kennen, omdat je minder non-verbale informatie meekrijgt dan wanneer je in dezelfde ruimte zit.”

Van Abbema verwacht dat de hulpverlening in de toekomst vaker een combinatie wordt van videobellen en live-gesprekken. Eleos werkte daar al naartoe. „Omdat de middelen er al waren, konden we na de corona-uitbraak snel omschakelen. Ik schat dat straks voor zo’n 20 procent digitale hulpverlening een prima alternatief is.”

„Bang dat coronacrisis mijn leven in de war gooit”

Niet meer naar groepstherapie, maar een digitale sessie vanachter de laptop. Paniek schiet door Simone* (20) heen als ze nadenkt over de gevolgen van de coronacrisis voor de wekelijkse bijeenkomst die ze volgde voor mentaliseren bevorderende therapie. Normaal gesproken vindt de groepstherapie waar ze leert omgaan met emoties plaats in een behandelcentrum van Eleos. Vanaf deze week ontmoet de groep elkaar via beeldbellen. „Ik ben bang dat de onlinesessie niet alleen de therapie voor een paar maanden verandert, maar mijn levensloop in de war gooit. Videobellen ondermijnt naar mijn idee het effect van de groepstherapie.”

Ze legt uit: „Het is voor mensen in onze groep soms moeilijk om echt contact te maken. Het klinkt misschien kinderachtig, maar iets simpels als een bal overgooien kan dat doorbreken. Je moet elkaar dan aankijken, je lacht met elkaar. Zoiets lukt achter het beeldscherm natuurlijk niet.”

Ook het informele contact met groepsgenoten mist ze. „Normaal gesproken houden de therapeuten boven pauze. De groep blijft beneden en praat dan over van alles. Heel ongedwongen en vriendschappelijk. Zonder dat over alles doorgekauwd moet worden.”

Het beeldbellen beperkt zich vooral tot een formeel gedeelte met de therapeuten erbij. Er is twee keer vijf minuten pauze, in plaats van een uur en een halfuur. „Je kunt dus veel minder als vrienden met elkaar praten. Vanachter de microfoon en webcam heb je het vooral over hoe moeilijk het leven is.”

Knokken

„Het gaat niet om mij”, zegt Simone over de reden waarom ze haar verhaal vertelt. „Iedereen die afhankelijk is van psychische zorg wordt hard geraakt door de gevolgen van corona. Maar ook mensen die op een wachtlijst staan of nog niet om hulp hebben durven vragen. Ik zou daarom willen oproepen: let op elkaar.”

Ze benadrukt dat Eleos niets aan de situatie kan doen. Een beter alternatief ziet ze zelf ook niet. „Voordat de laatste maatregelen kwamen hoopte ik nog op een uitzondering voor therapie. Heel cru dat we nu niet naar de locatie mogen.”

Een fysieke groepsbijeenkomst is voor Simone zo belangrijk omdat ze daar lessen uit individuele gesprekken kan toepassen. „Toen ik een tijdje alleen gesprekken had, vond ik het moeilijk om het geleerde in de praktijk te brengen bij familie en vrienden. In de groep is die stap nog steeds groot, maar ik knok er elke week voor.”

Juist dat verandert nu de groep niet meer fysiek bij elkaar komt. En Simone op haar kamer achter een laptop de sessie volgt. „Natuurlijk zeg ik tegen gezinsleden dat ze niet binnen moeten komen. Maar misschien gebeurt dat per ongeluk toch. Ik ben me er constant van bewust dat iemand aan de deur mee kan luisteren en houd m’n adem in als ik iets op de gang hoor. Tegelijk ben ik zo bang dat dit mijn genezingsproces verstoort, dat ik er alles aan doe om het beste eruit te halen.”

Studie

Simone vreest dat ze door de nieuwe manier van groepstherapie stappen terugzet in de vooruitgang die ze had geboekt. Haar grote angst is dat ze daardoor na de zomervakantie, als de therapie afgerond zou zijn, geen nieuwe studie kan oppakken. Haar vorige studie moest ze halverwege al afbreken. Ze zit nu een jaar thuis, om te werken aan zichzelf.

Gaan studeren voordat dat de therapie klaar is lijkt haar geen goed plan. „De kans is groot dat ik dan weer uitval. Ik zit al jaren met mezelf in de knoop. Ik moet nu stappen vooruit zetten. Anders kunnen die paar maanden dat we niet samen mogen komen, mij wéér een heel jaar kosten.”

* De echte naam van Simone is bij de redactie bekend.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Corona
Medisch

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer