Kerk & religie
„Verhoudingen in CGK staan op scherp”

De Christelijke Gereformeerde Kerken zitten in zwaar weer. Niet iedereen wil het een „crisis” noemen, maar de tegenstellingen binnen de kerk zijn op zijn minst „heel zorgelijk.” Drie reacties.

Redactie kerk
2 April 2019 08:11Gewijzigd op 16 November 2020 15:40
Prof. dr. H. J. Selderhuis hield zaterdag in Apeldoorn een lezing over de 'crisis' in de Christelijke Gereformeerde Kerken. beeld Carel Schutte
Prof. dr. H. J. Selderhuis hield zaterdag in Apeldoorn een lezing over de 'crisis' in de Christelijke Gereformeerde Kerken. beeld Carel Schutte

„Het is crisis in de kerk”, stelde prof. dr. H. J. Selderhuis zaterdag in Apeldoorn tijdens een landelijke ambtsdragersvergadering van de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK). Volgens de rector van de Theologische Universiteit Apeldoorn spitst deze crisis zich toe op „wat de Bijbel wel en niet zegt over vrouw en ambt, over homofiele broeders en zusters, over de leer zoals die in de belijdenis is verwoord, en over hoe je vandaag kerk en kerkverband kunt en moet zijn.”

Ds. P. D. J. Buijs, preses van de laatstgehouden generale synode van de CGK, geeft aan dat hij „helaas” de mening deelt dat er in het kerkverband sprake is van een crisis. „Je ziet dat dingen op scherp komen te staan.”

De predikant uit Nunspeet wijst er echter op dat er in de CGK wel degelijk sprake is van een normatief standpunt over de vrouw in het ambt. „Dat nu van verschillende kanten naar voren wordt gebracht dat het minderheidsrapport op de synode van 1998 gelijkwaardig is aan het meerderheidsrapport, klopt gewoon niet. Op de synode van 2001 is de vraag gesteld: kan ik lid blijven van de CGK als ik het standpunt heb dat vrouwen wel in het ambt bevestigd kunnen worden? Ja, als privépersoon kan een CGK-lid die opvatting hebben, maar dat kan niet als kerkelijk standpunt uitgedragen worden. Deze synode, waar enkele revisieverzoeken werden behandeld, noemde het verschil van inzicht „principieel.””

Schriftgezag

Het woord ”crisis” vindt ds. A. van Heteren, predikant van de Eben-Haëzergemeente in Urk en redactiesecretaris van CGK-blad Bewaar het Pand, „misschien wat te sterk uitgedrukt.” Volgens hem zijn er altijd verschillen binnen het kerkverband geweest. „Toch zijn discussies over Bijbelvertalingen of psalmberijmingen van een andersoortig gewicht dan die over de vrouw in het ambt of over homoseksualiteit. Die onderwerpen raken het Schriftgezag.”

Kerkenraadswoordvoerder en ouderling Wim Groeneweg van de samenwerkingsgemeente van christelijke gereformeerden en Nederlands gereformeerden in Nieuwegein noemt de situatie in de CGK „heel zorgelijk.” De vrouw in het ambt is daarvan een symptoom, vindt hij. „De echte crisis is dat de linker- en de rechterflank in de kerk elkaar niet meer verstaan.”

De Ankergemeente in Nieuwegein –die vrouwelijke ambtsdragers wil benoemen– maakt deel uit van zowel de CGK als de Nederlands Gereformeerde Kerken. „De synode van de CGK heeft uitgesproken dat beide kerkverbanden één zijn in Schrift en belijdenis. Dat is de grondslag, niet hoe je bepaalde dingen regelt. De vrouw in het ambt behoort niet tot de belijdenis. Het is bovendien een onderwerp waarover al heel lang verschillend wordt gedacht. De generale synode van de CGK wees in 1998 een minderheidsrapport over de vrouw in het ambt af, maar bestempelde dat niet als on-Bijbels.”

Volgens Groeneweg denken kerkleden „fors anders” dan de kerkleiding. „In Nieuwegein zie je dat de binding met het kerkverband minder is geworden. Mensen sluiten zich aan bij een plaatselijke gemeente, bij een kerk die hen aanspreekt. Ze begrijpen historisch gegroeide regelingen niet of willen die niet meer. Als kerkenraad geloven we sterk in de autonomie van de plaatselijke kerk. Dáár zijn we verantwoordelijk voor.”

Gemeenten die zich niet aan de regels houden, plaatsen zich buiten het kerkverband, stelde prof. Selderhuis.

Groeneweg: „Nee, dat geldt voor gemeenten die zich niet aan de belijdenis houden. De vrouw in het ambt is iets wezenlijk anders.”

Ds. Van Heteren: „Prof. Selderhuis was er behoorlijk duidelijk in: dat wat de generale synode biddend, met geopende Schriften en na onderlinge gesprekken besluit, is bindend voor de kerken. Dus je kunt niet zomaar bepaalde dingen toelaten of gedogen. Daarmee ondermijn je de huidige stand van zaken en drijf je de kerken uit elkaar. Prof. Selderhuis wees daar eerder al eens op: als je andere spelregels wilt, moet je een ander speelveldje zoeken. Gemeenten die eigenmachtig besluiten vrouwelijke ambtsdragers te benoemen, stellen zich buiten de kerk. Ze moeten er dan ook niet vreemd van opkijken als het kerkverband de geloofsbrieven vanuit deze kerkenraden op meerdere vergaderingen niet langer aanvaardt.”

Ds. Buijs: „Ik snap dat leden vanuit vrijgemaakt gereformeerde of Nederlands gereformeerde hoek schuring ervaren tussen hun opvattingen en die van de CGK. Van de samenwerkingsgemeenten wordt sinds de synode van 1998 echter verwacht dat zij zich houden aan de minst vérgaande kerkorde. Dat is in deze kwestie die van de CGK. Daar is vanuit de generale synode ook meermalen nadrukkelijk de vinger bij gelegd. Het is de vraag of de gemeente in Nieuwegein de consequenties doorziet van het standpunt dat zij heeft ingenomen. Daarover zal een heel grondig gesprek gevoerd moeten worden.”

Vindt u het verstandig als de generale synode op de „pauzeknop” zou drukken en wacht met het nemen van verdere besluiten over dit onderwerp?

Groeneweg: „Mijn advies aan de generale synode zou zijn: Heb oog voor de situatie van samenwerkingsgemeenten. De CGK hebben samenwerking sterk gestimuleerd en zijn verantwoordelijk voor het feit dat deze gemeenten zijn ontstaan. En laat het aan de plaatselijke kerken over of ze bijvoorbeeld vrouwelijke ambtsdragers willen bevestigen. De Gereformeerde Kerken vrijgemaakt hebben voor die route gekozen. Ook daar zijn vrouwelijke ambtsdragers niet onomstreden.”

Ds. Buijs: „De bal ligt nu strikt genomen bij de classes. Of dit thema ook bij de generale synode komt te liggen, hangt af van wat de oogst zal zijn van de vergaderingen van de particuliere synodes. Maar ik zie vooral twee kanten aan het beeld van de pauzeknop. Aan de ene kant zal de classis het gesprek met de samenwerkingsgemeenten tot het uiterste moeten aangaan. We willen elkaar namelijk niet kwijt. Anderzijds moeten kerkenraden ook op de pauzeknop drukken: bezint eer gij begint. Met andere woorden: zet uw besluit niet door ten koste van de eenheid binnen het kerkverband.”

Ds. Van Heteren: „De pauzeknop indrukken betekent dat we blijven bij wat we hebben. Er liggen besluiten die vrouwelijke ambtsdragers en homoseksuele praxis op grond van de Bijbel afwijzen. Er moeten wel heel dringende argumenten zijn om die besluiten te herzien. De nieuwe hermeneutiek, waarbij de huidige cultuur een belangrijke rol speelt in de uitleg van de Bijbel, zet de Schrift opzij.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer