Het aantal aanvallen op christenen in India is de afgelopen vier jaar sterk toegenomen. „De situatie heeft een keerpunt bereikt”, aldus organisatie Open Doors, die hierover deze week een rapport publiceerde.
Niet alleen christenen, maar ook moslims en kasteloze burgers hebben met een toename van het geweld te maken gekregen sinds de hindoenationalistische regering van premier Modi in 2014 aan de macht kwam, blijkt uit het rapport. In het eerste kwartaal van 2018 werden bijvoorbeeld meer gevallen van geweld geregistreerd dan in heel 2014. De meeste incidenten werden geregistreerd in de deelstaten Chhattisgarh en Maharashtra, in het midden van het land.
Er zijn meerdere organisaties die hun waarnemingen openbaar maken, al is het wel zo dat geen enkele organisatie het totale aantal meldingen over de schending van de godsdienstvrijheid beschikbaar heeft. Daarom vindt Open Doors dat er een goede documentatie en monitoring van het geweld om religieuze redenen moet komen.
De opstellers van het rapport noemen vier „aanjagers” van vervolging. Naast het hindoenationalisme zijn dat de antibekeringswetgeving, het misbruik van de wet voor gebieden waar veel tribale gemeenschappen wonen en het kastenstelsel.
Signalen van de verslechterde situatie van christenen in India gaf maandag ook voorganger Hennig Behrends uit Detern tegenover het Duitse persbureau Idea. Hij bezocht onlangs met een kerkelijke delegatie uit Oost-Friesland een aantal samenwerkingsgemeenten van de ”Kerk van de Goede Herder” in de deelstaten Telangana en Andhra Pradesh. „Het christelijke maatschappelijk werk wordt door strenge voorwaarden en voorschriften bemoeilijkt”, aldus Behrends.