De eerste ronde van de Franse presidentsverkiezingen verliep zondag redelijk naar verwachting. De kritiek die opiniepeilers het afgelopen jaar ten deel viel na de verrassingen bij de keus voor brexit en de verkiezing van president Trump, gaat maandag in Frankrijk niet op.
Dat betekent niet dat er niets opmerkelijks is gebeurd in Frankrijk. Integendeel, het is voor het eerst in tientallen jaren dat geen van de beide traditionele partijen (socialisten en republikeinen) in de tweede ronde strijden. Het gaat nu om Macron tegen Le Pen: in feite twee mensen van buiten het politieke systeem.
Wat dat betreft past de uitslag van de stemming in Frankrijk zondag in een trend in veel westerse landen. De partijen die na de Tweede Wereldoorlog onze samenlevingen hebben opgebouwd, blijken niet meer in staat de kiezers enthousiast te maken. Het beste voorbeeld daarvan is waarschijnlijk de Nederlandse PvdA, de oude volkspartij die duikelde naar negen zetels. Ook in Amerika was er in de Republikeinse Partij niemand die het kon winnen van buitenstaander Trump.
Nu is Le Pen van het Front National (FN) natuurlijk geen echte nieuwkomer. Haar partij doet al lang mee in de Franse politiek en hoort er in die zin helemaal bij. Maar niet eerder haalde het Front National zo veel stemmen. Het taboe om FN te stemmen gaat er duidelijk steeds meer af. Ook heeft Le Pen haar partij iets weggetrokken uit het radicalisme van haar vader, en dat zal haar zeker hebben geholpen.
In dit licht is de opgeluchte reactie van veel EU-leiders wel bedenkelijk. Le Pen eindigde dan wel niet als eerste, net als de PVV van Wilders in Nederland niet de grootste werd, toch blijft de groei behoorlijk. Vijftien jaar geleden zagen velen na de moord op Fortuyn de noodzaak van een „nieuwe politiek.” Welnu, die is doorgebroken. Maar of dit is wat de leiders van toen voor ogen stond, is natuurlijk de vraag.
Veel nieuwkomers in de politiek hebben duidelijk een anti-Europese agenda. Dat anti-EU-gevoel bestaat in Frankrijk niet alleen aan de rechterkant bij Le Pen, maar ook bij de linkse Mélenchon. Samen hebben die zo’n 40 procent van de stemmen. Dat is meer dan de 24 van Macron. De voorstanders van de Europese integratie hebben sinds zondag dus alleen maar reden om nog bezorgder te zijn.
Toch is het positief dat Macron nu vrijwel zeker president wordt. Onder Le Pen kan er geen constructief Europees beleid worden verwacht. Ze zal liever de Europese Unie tegenwerken dan te zoeken naar een gezamenlijk belang. Nu de Britten hebben gekozen voor een brexit, is het beter als de resterende 27 lidstaten de gevolgen hiervan afwachten. De geschiedenis leert dat al te abrupte politieke hervormingen het ongenoegen onder de bevolking doorgaans aanwakkeren. Daarnaast is de stijl van het Front National –ondanks de hervormingen door Marine Le Pen– redelijk onveranderd: de verontwaardigde kleine man die met minachting kijkt op nieuwkomers en alles wat niet Frans is. Dit doet geen recht aan de Bijbelse notie van de „eenheid van het menselijk geslacht.” Ook daarom is een keus voor Macron verstandiger.