Opinie
Commentaar: EU, blijf zoeken naar oplossing bootvluchtelingen

Opnieuw is er op de Middellandse Zee een migrantenboot omgeslagen. Het aantal doden is niet precies bekend, maar er zijn woensdag in elk geval 25 lichamen geborgen. Van de opvarenden zijn er 373 gered.

Hoofdredactioneel commentaar
6 August 2015 12:32Gewijzigd op 15 November 2020 20:53
Reddingsoperatie na het omslaan van een boot met vluchtelingen, woensdag. Beeld EPA
Reddingsoperatie na het omslaan van een boot met vluchtelingen, woensdag. Beeld EPA

Toen er eerder dit jaar honderden vluchtelingen verdronken, bestond in heel Europa het gevoel: dit mag niet blijven doorgaan. Alleen al in de maand april vielen er volgens de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) 1100 doden. Woensdag berichtte de organisatie dat er dit jaar al zo’n 2000 migranten zijn verdronken tijdens hun oversteek van Noord-Afrika naar Zuid-Europa.

De vraag was: wie zou het oplossen? Het antwoord was snel gevonden: de Europese Unie. Burgers en bestuurders mogen graag zeggen dat er niet te veel bevoegdheden naar Brussel moeten wegvloeien. Maar als de problemen te groot worden, beschouwt iedereen de EU maar al te graag als de grote wondermachine.

Niemand kan zeggen dat Brussel er niet genoeg vergadertijd aan heeft besteed. Maar ook kan niemand zeggen dat we sindsdien veel verder zijn gekomen. Nog steeds vertrekken er boten vanaf de Libische kusten, en een ongeluk als dat van woensdag was dan ook niet te voorkomen. Door de aanhoudende onrust in Syrië en het islamistische ‘kalifaat’ zwelt ook de stroom migranten over land nog steeds aan.

Wie zich verdiept in het debat over migratie van de afgelopen 25 jaar, ziet één voorstel telkens weer terugkeren: voorkomen dat mensen de grens oversteken, bijvoorbeeld door ze in Noord-Afrika al in een kamp op te vangen. Dit voorstel heeft de charme van de eenvoud. Maar in al die verschillende crises die er zijn geweest, is het niet het wondermiddel gebleken.

De Europese Unie heeft na april ingezet op een verdeling van de migranten over de lidstaten. Vanouds was het beleid dat de landen waar vluchtelingen aankomen, moeten zorgen voor de opvang. Dat drukt dus heel zwaar op Italië voor migranten uit Afrika, en op Griekenland voor vluchtelingen uit het Midden-Oosten. Bovendien bestaat in Noord-Europese landen als Duitsland de indruk dat grensbewaking in Griekenland en Italië niet de prioriteit heeft die het moet hebben.

Van de verdeling van migranten over de EU is tot nu toe weinig terechtgekomen. Diverse lidstaten willen er niet aan meewerken. Hongarije is daarvan het duidelijkste voorbeeld. Het land vindt dat al genoeg vluchtelingen zijn grens oversteken en is momenteel bezig een hoog hek te plaatsen. Dat roept veel kritiek op. Maar toch valt niet uit te sluiten dat het een effectieve grensbewaking zal blijken.

Dat de Europese ministers nog niet in staat zijn geweest om een antwoord te verzinnen, betekent echter niet dat het onderwerp weer van de EU-agenda moet verdwijnen. Meermalen hebben de (onder)ministers van alle lidstaten intensief met elkaar over dit onderwerp gesproken. Ook landen die niet direct met de kwestie te maken hebben, voelen zich zodoende mede­verantwoordelijk. Het leven van de vluchtelingen is te kostbaar om de oplossing maar weer bij de Grieken en de Italianen over de schutting te gooien.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer