Koninklijk Huis

„Koninginnedag werkte samenbindend”

UTRECHT. Koninginnedag, decennia­lang op 30 april gevierd, was „volksfeest nummer één.” Dat zegt Albert van der Zeijden, weten­schappelijk medewerker van het Nederlands Centrum voor Volkscultuur en Immaterieel Erfgoed.

J. Visscher
30 April 2014 16:50Gewijzigd op 15 November 2020 10:24
Toenmalig Koningin Beatrix in Veenendaal op de laatste Koninginnedag. Beeld ANP
Toenmalig Koningin Beatrix in Veenendaal op de laatste Koninginnedag. Beeld ANP

Een aubade bijwonen, een Oranje­tompouce verorberen, een vrijmarkt bezoeken. Decennialang was 30 april, de dag van vandaag, in Nederland het toneel van feestelijkheden. Nu niet meer. In plaats daarvan is Koningsdag op 27 april gekomen, en die dit jaar op zaterdag 26 april werd gevierd.

Een breuk met een traditie? „Dat valt wel mee”, reageert Van der Zeijden. „Er wordt nog steeds feestgevierd, alleen nu een paar dagen eerder.”

Buiten kijf staat dat Koninginnedag de afgelopen decennia volksfeest nummer één was, zegt Van der Zeijden. „In 2010 hebben we onderzoek gedaan naar de vraag welke tradities Nederlanders het meest waarderen. Op één staat sinterklaas, dan volgt kerstmis, en in de derde plaats komt Koninginnedag. Maar als je specifieker naar volksfeesten kijkt, staat Koninginnedag op nummer één.”

Koninginnedag heeft altijd een „samenbindende waarde” gehad, vindt Van der Zeijden. „Mensen gaan de straat op, dossen zich uit, vieren feest.” Populair zijn de vrijmarkten. „Dat is een succesformule gebleken.”

Koningin-moeder Emma begon er eind negentiende eeuw mee om –samen met de kleine prinses Wilhelmina– het volk meer te benaderen, aldus Van der Zeijden. „Ze startte een offensief om het koningschap ook in de harten van de Nederlanders te verankeren. Het Nederlandse volk moest het koningshuis ook zíén.”

Onder koningin Juliana werd jaarlijks op 30 april het defilé op Paleis Soestdijk gehouden. „Zo werd het volk betrokken bij het koningshuis. Op oude filmpjes zie je processies van honderden mensen aan het bordes voorbij­trekken. Telkens werden er mensen uit verschillende provincie uitgenodigd. Mensen gaven cadeautjes. Het volk kon het feest via de televisie meebeleven.”

Dat koningin Beatrix op Koninginnedag jaarlijks het land introk om het volk te bezoeken, was „een enorm succes”, analyseert Van der Zeijden. „In dorpen en steden lopen mensen zich het vuur uit de sloffen om er wat van te maken.”

Van der Zeijden verwacht dat Koningsdag een verandering zal ondergaan. „Tradities moet je zo af en toe tegen het licht houden. Een uitgelezen moment daarvoor is de komst van een nieuwe vorst. Koning Willem-Alexander heeft er ook al op gezinspeeld dat Koningsdag een iets andere invulling krijgt. Er is een nieuwe generatie aangetreden. Misschien wordt het wat minder koek­happen en zaklopen en komt er meer ruimte voor bijvoorbeeld muziekfestijnen.”

Zonder twijfel zal koning Willem-Alexander zich in de toekomst op Koningsdag onder het volk blijven begeven, denkt Van der Zeijden. „Je merkte zaterdag dat hij, en zeker ook koningin Máxima, daar plezier in hebben. Ze leggen gemakkelijk contacten met het gewone volk.”

Vermeldenswaard is dat koning Willem-Alexander Koningsdag bewust niet op zondag viert, stelt Van der Zeijden. „Dat toont aan dat hij het christelijk bevolkingsdeel niet wil bruuskeren en hun ook de gelegenheid geeft mee te feesten.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer