Viktor Janoekovitsj, die donderdag werd geïnstalleerd als nieuwe president van Oekraïne, moet zich buigen over de vraag of de Russische Zwarte Zeevloot op Oekraïens grondgebied blijft. Iedereen die voor Rusland is, is tegen een vertrek.
In de Sovjet-Unie was Sebastopol op het Oekraïense schiereiland de Krim een gesloten stad. Het was ondenkbaar dat een buitenstaander in de buurt kwam van de hier gelegen Zwarte Zeevloot. Dat veranderde na de val van de Sovjet-Unie in 1991. Evenals de status van de Zwarte Zeevloot.
In 1997 kwamen Rusland en Oekraïne overeen om de vloot te splitsen. Afspraak is dat de Russen tot 2017 Oekraïne betalen voor de ligplaats en de bijbehorende accommodaties. Wat er na 2017 gebeurt, is aan president Janoekovitsj.
Salaris
Aan de weg die naar de Russische oorlogsschepen voert ligt het Zwarte Zeevlootmuseum. Op het dak wappert de Russische vlag. Het museum is een onderdeel van de afspraak tussen Kiev en Moskou in 1997. „Mijn salaris ontvang ik van de Russische overheid”, legt gids Elena Tretjakova (28) uit.
De geschiedenis van de Zwarte Zeevloot gaat hand in hand met die van Sebastopol, blijkt uit haar verhaal. „De keuze van tsarina Catharina de Grote om in 1783 Sebastopol te stichten was strategisch. Deze plek ligt het dichtst bij het toenmalige Ottomaanse Rijk.”
Vanwege die strategische ligging laat Moskou de Zwarte Zeevloot niet los. Russische oorlogsschepen staken in augustus 2008 over naar Georgië toen beide landen een korte oorlog voerden. Drie maanden daarvoor liet de Russische admiraal Vladimir Visotski duidelijk weten dat de Zwarte Zeevloot in Sebastopol blijft: „Rusland heeft strategische belangen in de oceanen, en die zullen we verdedigen. De Zwarte Zeevloot zal blijven liggen.”
De Zwarte Zeevloot betekent overigens meer voor de Russen. Het is het symbool van macht in dit deel van Oekraïne, want de Krim is in hun ogen Russisch grondgebied. Etnische Russen vormen de meerderheid en Russisch is de hoofdtaal.
Sebastopol, strijdtoneel van oorlogen met de Fransen, Engelsen, Turken en Duitsers, staat vol met Russische monumenten. Het doet nog altijd pijn dat in 1954 Sovjetleider Nikita Chroesjtsjov de Krim aan Oekraïne gaf. Het uiteenvallen van de Sovjet-Unie en het daarbijbehorende verlies van de Russische machtspositie was de volgende klap.
Trots
Met de Zwarte Zeevloot waakt Moskou over zijn Russen op de Krim. De zakenpartners Alexander Glazirin en Sergej Derkatsj in Sebastopol zijn daar dankbaar voor. Ze zijn respectievelijk 24 en 27 jaar oud en geboren in de laatste jaren van de Sovjet-Unie.
Ze zitten op een bankje met uitzicht op Russisch oorlogsmonument in zee. Ze voelen zich Russisch. „De Zwarte Zeevloot verdedigt onze positie”, zegt Glazirin trots. „Als wij worden onderdrukt neemt de vloot het voor ons op. En niet alleen tegen de Oekraïners”, waarschuwt hij. „Ook tegen de Turken. De oorlogsschepen moeten na 2017 blijven.”
Dezelfde geluiden klinken van Gennadi Basov (39) in een café schuin tegenover het museum. Hij is leider van het Russisch Blok, dat streeft naar een Oekraïense federatie, waarbij de Krim het zelf voor het zeggen heeft en integreert met Rusland. Hij houdt zijn jas aan en zijn telefoon rinkelt onophoudelijk. „De Zwarte Zeevloot is versmolten met Sebastopol en moet blijven. Niet alleen uit politiek oogpunt, maar de infrastructuur is er voor gemaakt en de vloot zorgt voor werk.”
Gids Elena Tretjakova, die voor een langer verblijf van de oorlogsschepen is, wacht rustig af wat het lot van de vloot wordt. „In zeven jaar kan er veel gebeuren.”