„We staan dichter bij het einde van de kredietcrisis dan bij het begin”, zei fondsbeheerder Michael Sieghart van DWS Investments, de vermogensbeheertak van Deutsche Bank.

Tijdens een bijeenkomst voor journalisten in Frankfurt liet hij weten dat investeerders weer wat meer vertrouwen krijgen en dat zij weer in meer risicovolle beleggingen durven te stappen. Zelfs als het gaat om producten gelieerd aan de Amerikaanse hypotheekmarkt, waar de bron ligt van alle ellende.

„De eerste lichtpuntjes zijn in zicht. Op een gegeven moment gaan de prijzen zo ver omlaag dat er partijen langskomen die zeggen: Nu wil ik het hebben”, voegde Pieter Furnée, directeur van het Nederlandse onderdeel, daaraan toe. Hij denkt niet dat de crisis op de geldmarkten grote gevolgen heeft voor de economie. „Ik hoor geen grote dramaverhalen van mensen die niet uit de financiële sector komen.”

Andere zakenbanken, zoals het Zwitserse UBS en het Amerikaanse Goldman Sachs, repten de afgelopen weken al over de laatste fase van de kredietcrisis, die vorig jaar zomer begon met dalende huizenprijzen in de Verenigde Staten. Hypotheken bleken waardeloos omdat veel Amerikaanse huizenbezitters hun verplichtingen niet meer konden nakomen. Die leningen waren gebundeld en verpakt als beleggingsproducten en doorverkocht aan banken in de VS en andere landen.

Wanneer de crisis op de geldmarkten echt voorbij is, durven de banken niet te zeggen. Furnée: „Wij kunnen niet in een glazen bol kijken.”

De verwachtingen van de bankiers staan haaks op de ramingen van het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Het IMF zei eerder deze maand dat de totale verliezen wereldwijd door de kredietcrisis kunnen oplopen tot 945 miljard dollar. De teller staat nu op zo’n 200 miljard dollar.

Deutsche Bank liet eerder deze maand weten in het eerste kwartaal van dit jaar 2,5 miljard euro te moeten afschrijven op onder meer aan de hypotheekmarkt gerelateerde beleggingen. Dat is meer dan de totale afschrijvingen van de bank in heel 2007.