Economie

WAO houdt politiek al decennialang bezig

De arbeidsongeschiktheidswetgeving hoort al bijna twee decennia bij de hoofdproblemen van de politiek. Reden voor minister De Geus van Sociale Zaken, en met hem het gehele kabinet, om er een halszaak van te maken. Per 1 januari moet de zaak geregeld zijn.

Peter van Olst
17 June 2005 11:39Gewijzigd op 14 November 2020 02:39

HISTORIE - De WAO is van 1967. Politici verwachtten destijds dat zo’n 200.000 mensen via deze wet een uitkering zouden krijgen: 80 procent van hun laatstverdiende loon. In krap twintig jaar blijkt het aantal echter op te lopen tot 650.000. Het tweede kabinet-Lubbers besluit daarom in 1986 de uitkering met 10 procent te verlagen. Het helpt nauwelijks. In 1990 staat het aantal WAO’ers op 900.000, wat Lubbers brengt tot zijn historische vergelijking met het buitenland: „Nederland is ziek.”

WAO-CRISIS - Als premier Lubbers (CDA) en vice-premier Kok (PvdA) in 1991 een akkoord bereiken over een grondige stelselherziening, breekt binnen de PvdA een crisis uit, die leidt tot het vertrek van partijvoorzitter Sint. Kok mag nog net blijven. Een deel van de plannen ketst in 1993 alsnog af door onenigheid tussen beide coalitiepartijen. Wel worden de WAO-keuringen voor nieuwe gevallen aanzienlijk aangescherpt.

MISBRUIK - Een parlementaire enquêtecommissie onder leiding van PvdA-kamerlid Buurmeijer constateert in 1993 dat de WAO door werkgevers en werknemers al jaren oneigenlijk wordt gebruikt om overtollige werknemers te dumpen. Het eerste paarse kabinet reageert daar in 1994 op door werkgevers een hogere premie te laten betalen naarmate ze meer werknemers in de WAO laten belanden.

COMMISSIE-DONNER - Omdat desondanks toch de grens van 1 miljoen WAO’ers in zicht komt, wordt de onafhankelijke commissie-Donner in het leven geroepen. Die stelt voor alleen nog mensen die „duurzaam volledig arbeidsongeschikt” zijn toe te laten tot de WAO. Gedeeltelijk afgekeurden moeten met hulp van hun werkgever vervangend werk zoeken. Lukt dat niet, dan wacht de WW en dan de bijstand.

SER-ADVIES - De Sociaal-Economische Raad, waarin werkgevers, werknemers en de overheid overleggen, blijkt het in 2002 in grote lijnen eens met het voorstel van de commissie-Donner. Het tweede paarse kabinet komt er echter niet meer aan toe. De WAO wordt als een hete aardappel doorgeschoven.

DE GEUS - In beide kabinetten-Balkenende is oud-CNV-bestuurder De Geus minister van Sociale Zaken. Hij kondigt aan van de WAO zijn hoofdonderwerp te maken.

WET WIA - In het voorjaar van 2005 loodst De Geus zijn voorstel voor een Wet werk en inkomen door de ministerraad. Die bestaat uit twee aparte regelingen: één voor volledig en duurzaam arbeidsongeschikten (de IVA) en een voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten (de WGA).

IVA-REGELING - Gedeeltelijk arbeidsongeschikten krijgen recht op hulp bij het weer aan de slag komen. Verder ontvangen zij een loonaanvulling, waardoor het inkomen stijgt naarmate men meer werkt. Zowel werkgevers als werknemers krijgen een grotere verantwoordelijkheid om gedeeltelijk arbeidsongeschikten aan het werk te houden.

WGA-REGELING - Werknemers die volledig arbeidsongeschikt zijn en geen zicht op herstel hebben, komen in aanmerking voor een uitkering van 70 procent van het laatste loon. Ook werknemers die volledig arbeidsongeschikt zijn en een geringe kans op herstel hebben, krijgen een uitkering van 70 procent van het laatste loon. Zij worden de eerste vijf jaar jaarlijks herkeurd om te bezien of herstel optreedt.

HERKEURINGEN - Sinds 1 oktober 2004 worden WAO’ers jonger dan 50 jaar opnieuw gekeurd volgens nieuwe, strengere keuringseisen. Dit leidt tot een verrassende afname van het totaalaantal WAO’ers. De linkerflank van de Tweede Kamer betoogt op grond daarvan dat de noodzaak van stelselherziening eigenlijk achterhaald is.

HYBRIDE UITVOERING - In zijn wetsvoorstel kiest minister De Geus voor een hybride uitvoeringsstelsel. Dit betekent dat de publieke uitkeringsinstantie UWV samen met particuliere verzekeraars verantwoordelijk wordt. In de Tweede Kamer blijkt hiervoor echter geen steun te zijn. Ook UWV waarschuwt dat het te ingewikkeld wordt.

PATSTELLING - In de week van de technische behandeling van het wetsvoorstel komen de coalitiepartijen CDA, VVD en D66 met hun alternatieven voor de uitvoering van de nieuwe wet tegenover elkaar te staan. CDA en D66 willen de uitvoering overlaten aan de particuliere verzekeraars. De VVD vindt dat dit te duur wordt, omdat deze private partijen, in tegenstelling tot UWV, geen reserves achter de hand hebben.

EFFECTEN - Mocht de nieuwe wetgeving daadwerkelijk op 1 januari van kracht worden, dan verwacht minister De Geus een beperking van het aantal uitkeringen tot ongeveer 600.000. Zo’n 80.000 mensen extra zullen aan het werk kunnen. In totaal zal de nieuwe wet naar verwachting 1 miljard euro per jaar besparen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer