„Crisis CGK maakt studie aan TUA echt niet riskant”
Wie aan de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA) studeert of wil gaan studeren, hoeft niet bang te zijn dat de onrust in de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK) die studie riskant of onzeker maakt.

„Dat is volstrekt niet het geval”, zegt prof. dr. M.J. Kater, rector van de TUA. „Vorige week nog sprak een al wat oudere student aan de TUA mij hierover bezorgd aan. En ik hoor die zorg vaker. Zo van: kan ik mijn theologische studie hier nog wel beginnen, voortzetten of afmaken, nu het kerkverband van de CGK wankelt? Die angst kan ik echt wegnemen. Natuurlijk doet de crisis in ons kerkverband iets met studenten en docenten. Maar niet op zo’n manier dat het voortbestaan van onze opleiding nu gevaar zou lopen. Dat laatste is echt een sprookje dat de wereld uit moet.”
Prof. Kater wijst erop dat slechts 17 procent van de studenten aan de TUA tegenwoordig nog uit de CGK komt en ook dat de docenten de laatste jaren uit meerdere kerkgenootschappen worden gerekruteerd. „Daarmee zeg ik overigens niet dat de band tussen TUA en CGK niet of niet meer van belang is. We hebben een historische en formele binding met de CGK, waar we ook blij mee zijn. Daardoor zijn we als TUA een kerkelijk rechtspersoon. Dat is van belang, ook omdat het op deze wijze makkelijker is om zelf vorm te geven aan de inhoud van ons onderwijs.”
De binding tussen TUA en CGK kent bovendien een geestelijke dimensie, benadrukt de hoogleraar. „Je wilt geen theologische academie zijn zonder band met de kerk. Die twee moet je zo dicht mogelijk bij elkaar houden.”
Maar zou het de financiële positie van de TUA niet raken als de CGK uiteen zouden vallen?
„Dat zou in financieel opzicht wel gevolgen hebben, maar geen dramatische. Jaarlijks brengen CGK-leden voor de TUA zo’n vijf tot zes ton op. Dat is natuurlijk een geweldig mooi bedrag, dat we niet graag zouden missen. Maar binnen onze totale inkomsten is het een vrij beperkt deel. Voor ons voortbestaan zijn we er niet van afhankelijk. Zouden we deze geldstroom in de toekomst moeten missen –waar ik dus niet van uitga–, dán zouden we op zoek moeten gaan naar andere fondsen. Bij mensen of instanties die de TUA goedgezind zijn. Maar ik geloof niet dat het snel zover zal komen.”

Waarom niet?
„Dat de CGK werkelijk geheel ophouden te bestaan, zie ik niet zomaar gebeuren. Komt het tot een andere organisatievorm van ons kerkverband, bijvoorbeeld iets in de trant van het onlangs afgewezen model van een A- en een B-deel, dan blijven we als TUA nog gewoon een kerkelijk rechtspersoon. En dat is voor ons dan voorlopig het belangrijkste.”
Wordt op de TUA veel gesproken over de crisis in de CGK?
„Zeker. Er is veel meeleven onder de studenten, ook onder hen die zelf niet tot de CGK behoren.
De groep die zich het meest zorgen maakt, is die van de admissiaal studenten. Momenteel zijn dat er dertien. Deze studenten vragen zich natuurlijk af in welke kerk zij straks predikant zullen worden. Is dat nog wel de kerk waarin zij zich geroepen weten? Juist vanwege deze zorgen besteedt het curatorium aan hen nu extra aandacht.”
Vorig jaar verwelkomde de TUA een recordaantal nieuwe studenten, te weten vijftig. Kan de impasse in de CGK ervoor zorgen dat die opwaartse trend weer ombuigt?
„Dat hoop ik niet en dat verwacht ik ook niet. Het geeft vaak een goede indicatie voor het komende leerjaar als je het aantal mensen dat onze meeloopdagen bezoekt door twee deelt. Dan komen we op dit moment uit op zo’n veertig nieuwe studenten. De groei lijkt er dus in te blijven zitten.”
U zei dat de spanningen in de CGK studeren aan de TUA in geen enkel opzicht riskant maakt. Maar werken die spanningen, die onder meer te maken hebben met verschillen van mening over hermeneutiek, dan niet door in het onderwijs en in het docentenkorps?
„Dat valt mee. Kijk, een academisch gesprek is echt iets anders dan een kerkelijk gesprek. Verder proef ik bij docenten het verlangen om elkaar als gereformeerde theologen in de 21e eeuw te willen vasthouden. Waarbij het aan een universiteit natuurlijk niet allemaal koekoek één zang hoeft te worden.
Wel blijft het voor academici van belang te beseffen dat het niet verstandig is elk gedachtespinsel of proefballonnetje meteen in de kerken los te laten. Wat in een academische context nog betrekkelijk veilig is, kan op het grondvlak van de kerken veel verwarring geven. Dat moet je niet willen.”
Ziet u als het gaat om het weer bijeenbrengen van de kerkelijke flanken in de CGK misschien nog een bepaalde rol weggelegd voor de TUA?
„Dr. C.P. de Boer deed vorige week in het Reformatorisch Dagblad een oproep om als verschillende reformatorische kerken en gereformeerde theologische instituten werk te maken van het revitaliseren van een gereformeerde Schriftvisie. Dat lijkt mij een goed voorstel. Mogelijk kan de TUA, samen met bijvoorbeeld het Hersteld Hervormd Seminarium, een keer een congres of symposium hierover beleggen.”