Synode Protestantse Kerk benoemt dr. Kees van Ekris als scriba; „Ik wil luisteren naar de kritische stem”
Dr. C.M.A. (Kees) van Ekris wordt de nieuwe scriba van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN). Hij wil eerst goed luisteren, ook naar kritische stemmen.

De theoloog volgt per 1 juli dr. R. (René) de Reuver op, zo werd donderdagmiddag bekendgemaakt op de generale synode van de PKN in Lunteren. De verkiezing van scriba had achter gesloten deuren plaats.
Dr. Van Ekris (52), die lid is van de Gereformeerde Bond in de PKN, werkt sinds 2019 bij de missionaire organisatie IZB. Daarvoor stond hij als gemeentepredikant in Breukelen en Zeist. Hij promoveerde in 2018 op profetische elementen in de prediking. Dr. Van Ekris woont met zijn gezin in leefgemeenschap De Wittenberg in Zeist. Hij was in 2023-2024 Theoloog des Vaderlands. Ook heeft hij diverse publicaties op zijn naam staan die breed de aandacht trokken, waaronder ”Dialoog, dans en duel. Preken voor tijdgenoten”.
Moed
Dr. Van Ekris zei direct na zijn benoeming in de synode dat de kerk moed nodig heeft. „We leven in een tijd vol uit-elkaar-trekkende krachten, in de samenleving, in families, in lokale kerken, in synodes.” Dat verzwakt, en daarom moet de kerk „de oefening doen om tot diepere eenheid te komen, die onder allerlei conflict en dispuut zit.”
Hij wees onder meer op de moed om vrede stichten én om zelfkritiek te hebben. „Als scriba zal ik proberen voor te gaan in het luisteren naar kritische stemmen die ons ook iets kunnen vertellen over wie wij geworden zijn als kerk.”

Dr. Van Ekris denkt dat de verschillende tradities in de Protestantse Kerk elkaar kunnen en moeten versterken. „Laten wij niet vervallen tot kibbelende discussies vol eigenbelang en kleingeestigheid. Laten wij de tijd verstaan en het beste wat je hebt, vanuit jouw traditie, biografie en gemeente, inbrengen.” Hij beloofde al zijn „theologische breedte en souplesse” in te zetten om „al die stemmen recht te doen”.
De nieuwe scriba gaf aan „niet zozeer in nieuwe plannen te geloven”. Wel kondigde hij aan het komende jaar tien ”tafels” te willen organiseren, om in gesprek te gaan over thema's „waarvan wij allemaal aanvoelen dat ze ons bezighouden.” Hij noemde onder meer de onderwerpen oorlog, Generatie Z, schepping en bekering. Daardoor kan de PKN „scherp krijgen wat gaande is en wat ons als kerk te doen staat”.
Deze tien tafels zijn „geen pr-dingetje”, zei dr. Van Ekris na afloop. „Voor de kerk is de waarde van een kritische stem groot.”
Trots
In een interview in het Reformatorisch Dagblad noemde dr. Van Ekris zich vorig jaar „een reformatorische jongen” met „liefde voor de gereformeerde gezindte”. Hoe ervaart hij het om vanuit die achtergrond het gezicht te zijn van de brede, veelkleurige Protestantse Kerk? „Iedereen heeft een eigen komaf”, zei de nieuwe scriba desgevraagd. „Zeker ook de afgelopen weken merk ik hoezeer ook de andere tradities en de andere talen in de kerk mij aan het hart gaan, dat ik daarvan houd, dat ik –dat klinkt misschien pretentieus– die meen te begrijpen.”
Dr. Van Ekris wil „met liefde” in de „brede kerk” staan en zich daarvoor inzetten. De kerk mag „trots” zijn op haar tradities. „En ik ben ook trots op de mijne. En ik gun het anderen dat ze ook de trots van hun traditie inbrengen in onze gezamenlijke kerk.”
Preses ds. T. (Trijnie) Bouw noemde de nieuwe scriba „theologisch heel sterk en creatief” en denkt dat hij „alle lagen in de kerk en daarbuiten met elkaar kan verbinden.”
Publieke theologie
Van de nieuwe scriba, die voor vijf jaar wordt benoemd, wordt onder meer verwacht dat hij vraagstukken die in kerk en samenleving aan de orde zijn, doordenkt. Als voormalig Theoloog des Vaderlands hield dr. Van Ekris zich daar al nadrukkelijk mee bezig. „Mijn functie heeft te maken met publieke theologie. Ik wil plekken opzoeken die typerend zijn voor onze cultuur”, zei hij daarover eerder in het Reformatorisch Dagblad.
Bij de bezoeken die hij aflegde, in onder meer de wereld van de geestelijke gezondheidszorg, sport en politiek, zei hij „veel baat” te hebben bij de gereformeerde theologie. „Die helpt me om scherp te kijken, bijvoorbeeld als het gaat om de machten die ik in onze cultuur waarneem.”

De nieuwe scriba moet onder meer actief zoeken naar mogelijkheden om deel te nemen aan het publieke debat en kerken oproepen tot het verstaan van hun missionaire roeping, vermeldde de vorig jaar opgestelde taakomschrijving. Hij vertegenwoordigt de Protestantse Kerk in het publieke domein en in oecumenische verbanden. Dr. Van Ekris zei donderdag eerst naar de „stemmen” van anderen te willen luisteren voordat de kerk zich over bepaalde thema’s uitspreekt.
Dr. De Reuver neemt deze zomer na negen jaar afscheid als scriba. Hij was de derde scriba sinds het ontstaan van de PKN in 2004, na achtereenvolgens dr. B. Plaisier en dr. A.J. Plaisier.
Nieuwe rector
De synode ging donderdag akkoord met de benoeming van prof. dr. Martha Frederiks tot rector van de Protestantse Theologische Universiteit (PTHU). Frederiks (1965), die per 1 augustus bij de PThU aan de slag gaat, is nu hoogleraar studie van het wereldchristendom aan de Universiteit Utrecht. Ze is lid van de Protestantse Kerk.
„Binnen de PThU zijn academische excellentie en dienstbaarheid aan kerk en samenleving onlosmakelijk met elkaar verbonden”, aldus Frederiks. „Dat spreekt mij zeer aan en ligt mij na aan het hart.”
Frederiks volgt interim-rector prof. dr. Klaas Spronk op. Die gaf tijdelijk leiding aan de PThU nadat prof. dr. Maarten Wisse eind 2023 onverwacht opstapte.
Hoogleraren
De PThU, die „sterk wil inzetten op de bestudering van de klassieke protestantse theologie”, benoemde twee voltijds hoogleraren: dr. Aza Goudriaan en dr. Wim Moehn. Dr. Goudriaan, nu universitair hoofddocent aan de PThU, krijgt per 1 mei een persoonlijke leerstoel wetenschap en vroomheid. Hij zal zich vooral gaan richten op de bestudering van theologie en filosofie ten tijde van de Reformatie.
Dr. Moehn krijgt een persoonlijke leerstoel geschiedenis van het gereformeerd protestantisme. Hij was bijzonder hoogleraar namens de Gereformeerde Bond aan de PThU, voor 0,4 fte. In plaats daarvan gaat de Gereformeerde Bond de persoonlijke leerstoel voor 0,5 fte financieren, zegt Piet Vergunst, algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond, desgevraagd. Prof. Moehn, die op 1 januari 2026 fulltime aan de slag gaat: „Uitbreiding van de tijd voor onderzoek betekent voor mij ook dat ik weer aandacht kan schenken aan mijn eerste liefde op academisch terrein: de ontsluiting van de werken van Johannes Calvijn.”
Europese kerken
De synode maakte een begin met de bezinning op ”Het spreken van de kerk”. Aanleiding was een verzoek van ouderling A.G. van Steenwijk aan de synode in november om een uitspraak te doen over rechts-extremisme in de samenleving. De synode stemde destijds in met het voorstel van het moderamen om eerst na te denken over de vraag wat de kaders zijn voor het spreken van de kerk.
Synodeleden spraken hierover donderdag in groepen met elkaar aan de hand van twee casussen die preses ds. Bouw voorlegde. Vrijdag zal het onderwerp opnieuw aan de orde komen.

Ds. K. van der Kamp, bestuurslid van de Europese Raad van Kerken (CEC), gaf een toelichting op de tekst van de Charta Oecumenica 2025, die op 27 april in Litouwen naar buiten wordt gebracht. Hij las een Nederlandse samenvatting daarvan voor en vroeg aan de synodeleden „welk punt uw hart sneller doet kloppen”. De meeste handen gingen omhoog bij het onderdeel dat spreekt over het gezamenlijk verkondigen van het Evangelie.
Ouderling-kerkrentmeester J. Smit (Wapenveld) had vragen bij de zinsnede „We bouwen mee aan het huis van Europa”. „We gaan als kerk toch niet de politiek in?” Ds. Van der Kamp zei in een reactie dat de Charta en de Europese kerken ervoor kiezen „om gesprekspartner te zijn van de gezamenlijke Europese politiek. De kracht daarvan is dat je bijdraagt aan de samenleving; het risico is dat je wordt meegezogen in het opportunisme van de politiek.”
Ds. M. van Heijningen (Alblasserdam) miste in het document „de Naam van onze Heer en Heiland” en verwees daarbij naar de geloofsbelijdenis van Nicea, die 1700 jaar bestaat. Hij vond de Charta „een beetje doenerig. Ik leef toch liever van wat Hij voor mij deed. Kan dat meer benadrukt worden?”