Bijbelse offerlam is niet pasgeboren, maar al een jaar oud
Voor een illustratieve verwijzing naar het Lam Gods in de lijdenstijd moet een eenjarig dier worden gebruikt, geen onschuldig lammetje van een paar weken oud.

De symboliek van het Lam Gods krijgt al eeuwenlang brede aandacht in de christelijke gemeente. Van Mattheüs tot Openbaring komen we verwijzingen naar ”het Lam” tegen. In Openbaring alleen al 24 keer. Ook uit het Oude Testament kiezen predikanten in de lijdenstijd regelmatig preekstof met verwijzing naar de symboliek van het Lam. Wie hoorde nooit een preek over Jesaja 53:7: „als een lam werd Hij ter slachting geleid”?
In oude kerken zien we het Lam Gods nogal eens in gebrandschilderde ramen of als muurdecoratie
De Heere Jezus werd en wordt regelmatig symbolisch afgebeeld: in de kunst, in kinderbijbels, kerkbladen, schoolkranten of schoolbrieven, op liturgieën voor een paasviering en in sommige kerken zelfs op beamers. Wie op internet met de trefwoorden ”Lam Gods” naar afbeeldingen zoekt, komt een scala aan illustraties tegen. In oude kerken zien we het Lam Gods nogal eens in gebrandschilderde ramen of als muurdecoratie. Waar in het afbeelden van Jezus als Persoon veelal terughoudendheid gold, lijkt de keuze voor een symbolische weergave minder problematisch.
Dartel dier
De vraag is of we hiermee op de goede weg zijn. Dan bedoel ik niet de keuze voor de symbolische afbeelding op zich. Na de doop van Jezus daalde de Heilige Geest „als een duif” op Hem neer (Markus 1:10). Dit nodigt uit om bij illustratieve uitingen rond Pinksteren allerlei duiven te gebruiken. Nu heb (en had) je een paar soorten duiven in Israël, maar het beeld van een duif is toch voor velen vervat in een vliegende witte of lichtgekleurde vogel, ter grootte van een tortelduif.
Kerkbladen en kinderbijbels schromen niet om bij artikelen over Goede Vrijdag en Pasen een jong lammetje af te beelden
Hoe anders is dit bij het Lam Gods. Kerkbladen en kinderbijbels schromen niet om bij artikelen over Goede Vrijdag en Pasen een jong lammetje af te beelden. Zo’n dartel dier dat onschuld en hulpeloosheid, ja, zelfs wat zieligheid uitstraalt. Soms ook nog op de arm van een herder(in). In digitale schoolbrieven en dergelijke is het vaak niet anders. De afbeelding van zo’n lammetje met een kruis boven zich zal bij velen op het netvlies staan.
Dik in de wol
Jezus als Lam Gods afbeelden vereist wel enige kennisname van de gebruikte symboliek of, zo men wil, de schaduwendienst in het Oude Testament. In Exodus 12 lezen we over de instelling van het Pascha, met (onder andere) het offerlam. In vers 3-5 staat: „Spreekt tot de ganse vergadering van Israël, zeggende: Aan de tiende dezer maand neme een iegelijk een lam, naar de huizen der vaderen, een lam voor een huis. Maar indien een huis te klein is voor een lam, zo neme hij het en zijn nabuur, de naaste aan zijn huis, naar het getal der zielen, een iegelijk naar dat hij eten kan; gij zult rekening maken naar het lam. Gij zult een volkomen lam hebben, een manneken, een jaar oud; van de schapen of van de geitenbokken zult gij het nemen.”
Jezus als Lam Gods afbeelden vereist kennisname van de schaduwendienst in het Oude Testament
Prediking die wijst op het volkomen en algenoegzame offer van Jezus, zijnde zonder zonde, zal ons niet vreemd in de oren klinken. Het opmerkelijke is echter dat de woorden „een jaar oud” vaak over het hoofd worden gezien. Het gaat helemaal niet om een jong lammetje van een paar weken oud, met zo’n onschuldig en vertederend kopje. Wie beseft dat „een jaar oud” het lam tot een vrijwel volwassen schaap (ram) of geit (bok) maakt? Al vrij dik in de wol en de vacht, een lam van een jaar oud, in de kracht van het leven komend.
Voor de lijdenstijd en Pasen moeten we dus afbeeldingen zoeken van eenjarige lammeren. Dat is het eerlijke verhaal. Je kunt je ook afvragen of je een drie weken oud lam wel met je buren kunt delen (vers 4): daar zit nog vrijwel geen vlees aan.
Andere eisen
We kunnen speculeren over hoe het jonge lammetje erin geslopen is. Termen uit het kerstverhaal met liedteksten waarin je over ”herdertjes” of het ”Kindje Jezus” leest, verraden wellicht iets van het zoetige gevoel dat blijkbaar opgewekt moet worden. Het moet alles vertederend, vriendelijk en zacht zijn. Dat vertaalde zich naar de illustratieve omlijsting van het kerstverhaal. Het werd en wordt ‘opgeleukt’.
Maar het lijdensevangelie, de schaduwendienst en de symboliek zijn niet ‘leuk’, eerder verschrikkelijk en ingrijpend. Er stierven dagelijks dieren. Heenwijzing na heenwijzing, eeuwenlang. De climax kwam in het sterven van Jezus Christus, hét Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt (Johannes 1:29). In de kracht van Zijn leven.
Mag je op Bijbelse illustraties dan nooit een lammetje afbeelden? Is die prachtige tekening op de voorkant van de Kleuterbijbel van Evert Kuijt –met een lam op de armen van de herder, te midden van de kudde– dan verdacht? Zeker niet. Jezus gebruikte talloze beelden in Zijn spreken. Zijn gelijkenissen over de herder en zijn schapen (en lammeren) nodigen uit om de breedte van de kudde weer te geven, inclusief de jonge lammetjes.
Voor een verwijzing naar het Lam Gods in de lijdenstijd gelden echter andere eisen. In de 15e eeuw schilderde Hubert van Eyck het Lam Gods, dat tentoongesteld wordt in de Sint-Baafskathedraal in Gent (zijn broer Jan voltooide het). Los van de meningen over wat dit altaarstuk in het kader van de godsdienst uit die tijd oproept, is één ding zeker: de broers wisten van Exodus 12. Het Lam Gods in het paneel midden onder is een prachtig eenjarig schaap.
De auteur is oud-docent natuuronderwijs aan Driestar Educatief.