Staalconcern ArcelorMittal heeft in het derde kwartaal veel minder winst geboekt dan een jaar eerder. Het bedrijf met een beursnotering in Amsterdam beklaagt zich vooral over de Chinese staalindustrie. Die produceert veel meer dan nodig voor de eigen markt, wat leidt tot „onhoudbare marktomstandigheden” door de dumping van goedkoop staal op de Europese markt.
De omzet daalde tot 15,2 miljard dollar, tegenover 16,6 miljard dollar in dezelfde periode vorig jaar. De nettowinst kwam uit op 287 miljoen dollar, 69 procent minder dan een jaar eerder.
„De toegenomen import in Europa is een zorg en sterkere handelsmaatregelen zijn dringend nodig om dit aan te pakken”, zegt topman Aditya Mittal. Hij pleit ook voor een strengere ‘CO2-correctie’ aan de Europese buitengrenzen. De Europese Unie heft een extra importheffing op staal dat buiten het landenblok op een vervuilendere manier is gemaakt, zodat Europese fabrikanten niet op achterstand komen te staan door dure verduurzamingsmaatregelen. Maar volgens Mittal moet dat mechanisme worden versterkt.
Door de afgezwakte wereldeconomie is de vraag naar staal nu nog laag, onder andere in China. Toch produceren staalfabrikanten daar nog veel, wat leidt tot goedkope export naar het buitenland waar amper aan verdiend wordt. Maar ArcelorMittal stelt dat de vooruitzichten voor de wereldwijde staalmarkt op de middellange en lange termijn positief zijn.
Eerder deze week meldde het Indiase Tata Steel, het moederbedrijf van de staalfabriek bij IJmuiden, een lagere winst door de gedaalde vraag naar staal in combinatie met een overaanbod.